connotatie, had 82 procent van de postmenopauzale vrouwen met één of meerdere fracturen een T-score > 2,5 (het waren dus vrouwen met osteopenie en zonder osteo porose) (8). Dus zelfs als we onze therapeutische indicatie baseren op een meting van de BMD en/of de FRAX-score, kunnen we talrijke fragiele patiëntes over het hoofd zien. De markers voor botremodellering geven een dynamisch beeld van de toestand van het skelet en zeggen iets over de snelheid van de botremodellering. Ze zijn nauw betrokken bij de mechanismen die een rol spelen in de mechanische weerstand van het skelet (Figuur 2). Bovendien kunnen de waarden snel veranderen op enkele dagen tot weken onder invloed van de effecten van de krachtige middelen tegen osteoporose waarover we tegen woordig beschikken. De meting van deze markers heeft grote diensten bewezen in de ontwikkeling van nieuwe behandelingen voor osteoporose en is op grote schaal gebruikt in therapeutische studies naar geneesmiddelen. Maar we moeten voorzichtig zijn met het extrapoleren van de veranderingen die in deze studies zijn vastgesteld bij grote groepen patiënten naar individuele gevallen. De uiteenlopende factoren die zijn betrokken bij de weerstand van het skelet worden weergegeven in figuur 4. van botremodellerIngsmarkers ritme: ze zijn hoger `s nachts en `s morgens en lager in de namiddag. Het is dan ook belangrijk om ze bij dezelfde morgens. Hun concentratie stijgt bij de meeste vrouwen in de menopauze en bij sommige vrouwen zelfs al in de late premenopauze en de perimenopauze, wanneer de men struaties onregelmatig worden en de FSHconcentratie stijgt. De concentraties nemen niet af met de leeftijd (9). Er kan een zekere mate van seizoensgebonden variatie worden vastgesteld, net als voor de BMD, die grotendeels wordt veroorzaakt door de verlaagde concentraties 25-OH- vitamine D in de winter, met bijschildklierreactie (10). Na een fractuur, vooral een heupfractuur, hebben ze de nei ging om hoog te blijven tot een jaar na de fractuur. De momenteel beschikbare markers worden weergegeven in tabel 1 en 2. paalde voorwaarden door het Riziv wordt terugbetaald) en FRAX (nog niet erkend door het Riziv) mogen de markers voor botremodellering (de meeste worden niet terugbe taald) niet worden gebruikt als therapeutische beslissings drempel voor de indicatie van een behandeling tegen osteo porose. Ze zijn niet gecorreleerd aan de BMD-waarde en ze zijn (nog?) niet opgenomen in het FRAX-model. Hoewel in bepaalde studies (11) een zeker verband is vastgesteld tus sen bepaalde markers en de BMD in groepen van bejaarde patiënten, vormen ze momenteel absoluut geen aanvaard baar alternatief voor een meting van de BMD. typeafwijking (T-score) van de BMD overeenstemt met ongeveer een verdubbeling van het fractuurrisico. Er be staan voor België ook waarden voor het fractuurrisico op |