apparaat, kan het anestheticum in rechtstreeks contact met de zenuw worden geïnjecteerd, na identificatie via elektrostimulatie en emg. Na de injectie volgt het kli nische onderzoek van de kracht van de antagonistische spieren en de gewrichtsmobiliteit, net als de evaluatie van de loop- of grijpfunctie, zonder dat de patiënt spasmen krijgt. Met de blokkade kan ook de respectieve rol van de spasticiteit, de motorische controlestoornissen en de re tracties in de klachten van de patiënt worden vastgesteld. Bovendien, en vooral, kan de patiënt dan zélf zien wat het potentiële voordeel is van een behandeling van zijn spasticiteit (6). Zenuwblokkades zijn een veilige techniek waarvan slechts weinig bijwerkingen werden gerappor teerd. aandoening, heeft de patiënt al revalidatie gevolgd. Die blijft de hoeksteen van elke behandeling van spasticiteit. Kinesitherapie is de enige manier om de tekorten die met spasticiteit worden geassocieerd spierzwakte, verlies van de fijne motoriek, coördinatiestoornissen, retracties en loop- en evenwichtsstoornissen te behandelen. De revalidatie omvat spierstrekoefeningen om de spastici teit af te remmen (helaas met slechts tijdelijk effect) en re tracties te vermijden, neurologische oefeningen (controle van de motoriek, lopen, evenwicht, uithouding), functio nele elektrostimulatie en educatie van de patiënt tot `zelf- educatie'. Revalidatie is ten slotte essentieel om een opti maal effect te verkrijgen van elke medische of chirurgische behandeling van spasticiteit. spasticiteit, maar kunnen hulp bieden voor de functionele gevolgen en retracties. Het meest gebruikt zijn `enkel-voet- ortheses' (AFO) in geval van spits- en klompvoet. Nachte lijke orthesen aan de handen kunnen retracties vermijden. Dynamische orthesen die een constante maar pijnloze tractie mogelijk maken, worden voorgeschreven in geval van retracties als gevolg van spasticiteit ter hoogte van de elleboog, de knie en de enkel. chijnlijk ook meest voorgeschreven) behandeling vormen, zijn ze niet altijd even efficiënt. Dat is vooral te wijten aan de bijwerkingen, zoals slaperigheid of lage bloeddruk. Ba clofen, tizanidine of benzodiazepines hebben met elkaar gemeen dat ze geleidelijk aan moeten worden toegediend. Daarbij moet worden begonnen met lage dosissen die over het hele etmaal worden verspreid, om de bijwerkingen zo veel mogelijk te beperken. We moeten de patiënt duidelijk uitleggen dat de optimale dosis deze is die het meeste effect heeft op zijn spasticiteit en de minste bijwerkingen veroor zaakt. De patiënt, bijgestaan door zijn behandelende arts en kinesitherapeut, bepaalt dus zelf welke dosis het best geschikt is voor hem, zonder dat dit de maximumdosis moet zijn. Bij ernstige spasticiteit kunnen de verschillende geneesmiddelen worden gecombineerd. De beste indica ties hiervoor zijn waarschijnlijk buigspasmen en pijn als gevolg van de spasticiteit. Dat een geneesmiddelenbehan deling de functie (lopen of grijpen) zou kunnen verbete ren, is een illusie. Patiënten met spasticiteit van medullaire |