![]() patiënt met een post-hartstilstandsyndroom, waarbij het hart en de hersenen samen moeten worden aangepakt", aldus nog de therapeutische aanpak van het post- hartstilstandsyndroom van de American Heart Association (Figuur 1) (3). studies verschenen in The New England Jour- nal of Medicine van 2002 (4). Wegens de inclusiecriteria is het wel noodzakelijk dat de resultaten op een genuanceerde wijze worden geïnterpreteerd. Van de 3.551 ge- screende patiënten bleken er 3.246 niet aan de inclusiecriteria te voldoen, namelijk een hartstilstand waarbij getuigen aanwezig zijn, ventrikelfibrillatie of ventrikeltachycardie zonder perfusie met een ritme waarbij elek- troshock mogelijk is, een leeftijd 18-75 jaar, resuscitatie binnen de 5-15 minuten door medisch spoedpersoneel en ROSC (terugkeer van spontane circulatie) binnen 60 minuten. "Deze groep patiënten vormt dus zeker niet de meerderheid van de patiënten die we in de dagelijkse praktijk zien", aldus Vranckx. teit na zes maanden waren de belangrijkste eindpunten en een normothermie- en hy- pothermiegroep werden met elkaar verge- 275) met een hartstilstand buiten het zie- kenhuis en geslaagde resuscitatie en ROSC binnen de 60 minuten bleek het risico op mortaliteit te verminderen met 26% in de hypothermie- versus normothermiegroep (p = 0,02). gunstiger in de hypothermiegroep, in ver- gelijking met de normothermiegroep (p = 0,0009; risicoratio 1,40 voor het eindpunt gunstig neurologisch resultaat). "Door de trage afkoeling (surface) werd de doeltem- peratuur slechts na 12 uur bereikt (< 34°C). Misschien zou een snellere afkoeling dan ook een beter resultaat hebben opgeleverd, ter- wijl een voldoende lange afkoelingtijd en een graduele opwarming ook zeer belangrijk zijn", merkte Pascal Vranckx op. de patiënten die beter geen therapeutische hypothermie krijgen: 1) patiënten met een temperatuur minder dan 30°C bij opname, gemeten ter hoogte van het trommelvlies (hoewel deze patiënten wel onder de doel- gehouden); 2) zwangere vrouwen (die in de studie bij de exclusiecriteria hoorden); 3) patiënten die comateus zijn vóór de hart- zijn en waarbij intensieve verzorging niet meer gepast lijkt. thermie zijn in dit opzicht ook te vermel- den", vervolgde Vranckx, namelijk ernstige systemische infectie, voorafbestaande co- agulopathie en aangetoonde multipele or- gaanfaling, terwijl vroegere trombolytische therapie geen contra-indicatie is. met de hartstilstand hebben een belang- rijke invloed op de ernst van het post-hart- stilstandsyndroom en de prognose ervan. Positieve factoren zijn een hartstilstand met getuigen, vooral wanneer een omstaander CPR (cardiopulmonale resuscitatie) toepast, evenals het feit of het initiële hartritme shockeerbaar is. Negatieve factoren zijn de tijdsduur zonder circulatie (complete circulatiestilstand zonder borstcompres- sies) en de tijdsduur met lage bloedstroom of asystole buiten het ziekenhuis van een hartstilstand tijdens de eerste 48 uur na ROSC spontaan een lichte graad van hypothermie (> 32°C) ontwikkelen . |