background image
C A R D I O L O G I E
Bloedvaten, Hart, Longen
n
Vol 18
n
Nr 8
n
2013
40
ejectiefractie van het linker- en het rech-
terventrikel daalde tijdens een behandeling
met antracyclines. Er werden echter geen
klinische tekenen van hartinsufficiëntie of
cardiomyopathie waargenomen (13).
Hoewel een MRI een zeer gevoelig, reprodu-
ceerbaar en veelbelovend onderzoek is, zijn
verdere studies noodzakelijk om de waarde
ervan bij het opsporen van cardiotoxiciteit
te evalueren bij patiënten die kanker heb-
ben overleefd.
Cardiopulmonale inspanningsproef
Een cardiopulmonale inspanningsproef is
een veelbelovende techniek, waarmee car-
diorespiratoire problemen kunnen worden
opgespoord die niet kunnen worden aange-
toond met studies in rust. Ook hier is verder
onderzoek vereist om de plaats ervan bij
het opsporen van late cardiotoxiciteit te
evalueren (14, 15).
Optimale timing voor bewaking van
de hartfunctie
De Children Oncology Group (COG) start
met het opstellen van richtlijnen voor een
cardiale follow-up op lange termijn bij pati-
enten die kanker hebben overleefd. Zo heeft
de COG een schema voor follow-up opge-
steld volgens de leeftijd, de antracycline-
dosis en/of de stralingsdosis (16) (Tabel 1).
Preventie van cardiovascu-
laire complicaties
Preventie van complicaties is een belangrijk
onderzoekdomein, en er zijn al meerdere
preventieve maatregelen uitgetest.
Beperking van de cumulatieve dosis
antracyclines
Bij de meeste behandelingsschema's voor
kanker bij volwassenen en kinderen wordt
de maximale cumulatieve dosis van antra-
cyclines beperkt (17). Er is echter geen dosis
bekend waaronder er geen cardiotoxiciteit
en vooral dan geen chronische myocard-
disfunctie optreedt bij kinderen.
Gebruik van verschillende schema's
voor toediening van antracyclines
Het is niet bewezen dat een traag infuus
veiliger is dan een bolus van antracyclines
met betrekking tot cardiale toxiciteit. Bij
een continu infuus is de piekconcentra-
tie lager, maar duurt de blootstelling aan
antracyclines langer. Bij een systematisch
nazicht van de Cochrane Database naar de
verschillende doses die worden toegediend
bij volwassenen, werd vastgesteld dat een
infuus van antracyclines van 6 uur of langer
het risico op klinische hartinsufficiëntie en
subklinische beschadiging van het hart ver-
laagt. In die studie kon echter niet worden
aangetoond dat een continu infuus bij kin-
deren veiliger is dan een bolusinjectie gezien
het beperkte aantal pediatrische patiënten
dat aan de studie deelnam. De wijze van
toediening moet nog worden geëvalueerd
bij kinderen voor er specifieke aanbeve-
lingen kunnen worden geformuleerd (18).
Analogen, antraceendionen en
nieuwe galenische vormen van
antracyclines
Analogen zoals epirubicine, idarubicine en
mitoxantron zijn in preklinische en klini-
sche studies minder cardiotoxisch geble-
ken, maar er zijn geen studies uitgevoerd
bij kinderen (19).
Liposomale antracyclines werden ontwik-
keld om de cardiotoxiciteit van doxorubicine
te verminderen met behoud van zijn anti-
tumorale werkzaamheid, maar er zijn meer
gegevens bij kinderen nodig om richtlijnen
op te stellen en om liposomale antracycli-
nes veiligheid te kunnen gebruiken
.
Hartbeschermende stoffen
Door een beter inzicht in het werkings-
mechanisme van antracyclines kunnen
strategieën worden ontwikkeld om de
cardiotoxiciteit te voorkomen of te ver-
minderen zonder afbreuk te doen aan
de werkzaamheid
. Er worden meerdere
mogelijk hartbeschermende stoffen on-
derzocht, waaronder dexrazoxaan. Bij een
meta-analyse van de Cochrane Database
werd aangetoond dat dexrazoxaan de
toxiciteit van antracyclines bij volwasse-
nen significant vermindert, maar er zijn
onvoldoende gegevens gekend bij kinde-
ren om richtlijnen te formuleren (20). De
richtlijnen die in 2008 werden gepubliceerd
door de American Society of Clinical Onco-
log
y (ASCO), raden evenmin dexrazoxaan
aan in de pediatrie (21). Er zou immers
een hoog risico zijn voor het ontstaan
van een nieuwe kanker (acute myeloïde
leukemie en myelodysplasie) bij kinderen
die dexrazoxaan krijgen. Er zou ook een
hoger risico zijn op ernstige beenmerg-
aplasie en ernstige infecties. Dexrazoxaan
mag dan ook niet worden gebruikt in die
leeftijdsgroepen.
Radiotherapie
Dankzij moderne technieken zoals driedi-
mensionale planning van de behandeling,
gebruik van een deeltjesversneller, verde-
ling van de stralingsdoses via anterieure en
posterieure velden, en uitblokking onder
de carina bij dosissen boven 30 Gray (Gy)
is het risico op cardiale nevenwerkingen
veel kleiner geworden, maar niet volledig
verdwenen (22).
Posttherapeutische interventies
Factoren die kunnen leiden tot acute hart-
symptomen zijn deze die de groei van het
hart versnellen, zoals het gebruik van groei-
hormonen, en factoren die de hemodyna-
mische behoeften verhogen zoals zwan-