background image
Bloedvaten, Hart, Longen
n
Vol 18
n
Nr 8
n
2013
12
dimsky. Dit verklaart waarom hij ondanks
deze geruststellende gegevens, nog steeds
een stopzetting van aspirine bepleit een
week voor de ingreep. Zeker aangezien bij
een univariate analyse van spoedheelkunde,
wat de vaakst voorkomende oorzaak is voor
een laattijdig stopzetten van de aspirine
(gemiddeld twee dagen voor de ingreep), er
een correlatie was met een verhoogd risico
op cardiale complicaties en op een grotere
bloeding.
RCP: er gaat niets boven de
menselijke hand... (4)
De efficiëntie van manuele compressie bij
een cardiopulmonaire reanimatie wordt
beperkt door de vermoeidheid en de han-
digheid van de uitvoerder. Na twintig minu-
ten massage bedraagt de efficiëntie immers
nog maar 20-30%. Wanneer de ressucitatie
verlengd wordt tot 45 à 60 minuten, is het
moeilijk de kwaliteit van de massage te
behouden. Om die reden werden appara-
ten voor geautomatiseerde mechanische
compressie ontwikkeld. Eén daarvan, luiste-
rend naar de naam LUCAS, werd uitgetest
bij 2.589 patiënten in zes Europese centra,
zonder dat het resultaat voor de patiënt
wijzigde. Een manuele compressie werd
uitgevoerd vanaf de vaststelling van een
hartstilstand, waarna de patiënten ad ran-
dom
in twee groepen werden onderverdeeld:
manuele compressie (n = 1.289) of mecha-
nische defibrillatie tijdens het manoeuvre
(n = 1.300). De test resulteerde in 23,7%
succes na vier uur tegenover 23,6% in de
controlegroep (Figuur 4). Dit gezegd zijnde,
kan men de zaken ook vanuit een ander
perspectief bekijken en vaststellen dat de
mechanische compressie niet schadelijk is.
"Dit soort apparaat kan dus nuttig zijn bij een
refractaire hartstilstand wanneer men een
ECMO of een prelevatie van organen bij hart-
stilstand overweegt"
, stelt Sten Rubertsson
(Uppsala). "In de ruimte voor katheterisatie
of in de ziekenwagen, wanneer de massage
moet verlengd worden, heeft dit apparaat
zijn plaats."
Ten slotte bleken de secundaire
criteria voor het overleven in een goede
neurologische conditie (CPC- score 1-2) in
beide groepen op zes maanden eveneens
gelijkwaardig.
Referenties
1.
Montalescot G, et al. ACCOAST: A Comparison of Pra-
sugrel at the Time of Percutaneous Coronary Intervention
or as Pre-treatment At the Time of Diagnosis in Patients
with Non-ST-Elevation Myocardial Infarction. ESC 2013.
Hot Line II - Late Breaking Trials on Intervention and
devices.
2.
Wald D, et al. PRAMI: Preventive Angioplasty in Myo-
cardial Infarction Trial. Randomized Trial of preventive
angioplasty in myocardial infarction. ESC 2013. Hot Line
II - Late Breaking Trials on Intervention and devices.
3.
Widimsky P, et al. PRAGUE-14: Perioperative cardiovascu-
lar complications versus periioperative bleeding in pa-
tients with cardiovascular disease undergoing non-cardias
surgery. ESC 2013. Hot Line II - Late Breaking Trials on
Intervention and devices.
4.
Rubertsson S, et al. LINC, a multicenter randomized
controlled trial designed to evaluate the efficacy and
safety of LUCAS concept for resuscitation of OHCA. ESC
2013. Hot Line II - Late Breaking Trials on Intervention
and devices. ESC 2013. Hot Line II - Late Breaking Trials
on Intervention and devices.
25%
20%
15%
10%
5%
0%
4-hour
survival
L-CPR
(n = 1.300)
M-CPR
(n = 1.289)
risk di erence -0,05%
95% CI -3,32-3,23, p = 1,00
ICU
discharge
(CPC 1-2)
Hospital
discharge
(CPC 1-2)
At 1 month
(CPC 1-2)
At 6 months
(CPC 1-2)
23,6%
7,5% 8,3% 8,1% 8,5%
6,4% 7,8% 7,3% 7,6%
Figuur 4: Resultaten van de twee technieken en overleving na 4 uur.
Lees nog meer over
het ESC-congres op
www.vcp-bhl.be