background image
38 |
Medi-Sfeer 378
|
8 september 2011
dossIer onco
MS6746N_2011
Slapeloosheid
Geen onschuldig
symptoom
isabel ferier
Aan slaapstoornissen bij kankerpatiënten werden al tal van studies
gewijd. De slaapkwaliteit werd daarbij met verschillende middelen ge-
evalueerd, zoals vragenlijsten, actimetrie of polysomnografi e. Volgens
de voornoemde studie lijdt 59% van de kankerpatiënten aan slapeloos-
heid. De prevalentie daarvan neemt af met de tijd, maar blijft toch zeer
hoog (36% na 18 maanden). De frequentie lijkt iets hoger in geval van
borstkanker (42%-69%) of gynaecologische kanker (33%-68%). Bij
mannen, vooral met prostaatkanker, lijkt slapeloosheid iets minder vaak
voor te komen, behalve als de behandeling een plotse andropauze in-
leidt. Ten slotte heeft bijna één patiënt op 5 nooit eerder last gehad van
slaapstoornissen.
De resultaten van de gepubliceerde studies wijzen meestal op een ge-
fragmenteerde slaap en een verminderde waakzaamheid overdag. Angst
en depressie, vaak het gevolg van de mededeling van de diagnose en de
kankersymptomen (pijn, hoesten, dyspneu, functionele urinesymptomen,
opvliegers...), lijken een nadelige invloed te hebben op de slaapkwali-
teit. Cognitieve gedragstherapie zou in dit opzicht een oplossing kunnen
betekenen, temeer omdat de slapeloosheid de bijwerkingen van de
kankerbehandeling nog kan verergeren.
Slapeloosheid betekent dat de patiënt moeilijk kan doorslapen (hij ligt 's
nachts langer dan een half uur wakker, wordt 's morgens een half uur
te vroeg wakker, kan moeilijk inslapen). Het is een typisch symptoom
van chemotherapie, los van de factoren die worden geassocieerd met
de kankerdiagnose. Drie van de vier kankerpatiënten lijdt aan slapeloos-
heid, dat is 3 keer meer dan in de algemene bevolking. Het symptoom
is niet alleen schadelijk (2) omdat het de levenskwaliteit aantast, maar
ook omdat het het immuunsyteem nog meer ontregelt. Dat blijkt uit de
verhoogde productie van interleukine-6, TNF-alfa en CRP. Slapeloosheid
kan bovendien ook de oorzaak zijn van humeurschommelingen (depres-
sie, angst). Ze vermindert de energie en veroorzaakt vermoeidheid en
denk- en concentratiestoornissen.
Ondanks deze zeer hoge cijfers, stelt Oxana Palesh vast dat slapeloos-
heid geen verergerende factor is als ze snel wordt behandeld. Enkele
eenvoudige tips (zie inzet) en een korte behandeling (2-3 weken) met
langwerkend benzodiazepine* om het verslavingsrisico te beperken,
kunnen helpen als de slapeloosheid zich voordoet in het tweede deel
van de nacht. Benzodiazepine vermindert ook de angst bij het ontwa-
ken. Bij geïnduceerde slapeloosheid kan de patiënt overschakelen op een
benzodiapzepine met een zeer korte werkingsduur of nog een andere
behandeling: trazodon, SSRI, melatonine, mirtazapine, mianserine...
rekening houdend met de psychiatrische comorbiditeit.
Noot
*Langwerkende benzodiazepines zijn: clobazam, clonazepam, clorazepaat, cloxazolam, diazepam, fl unitrazepam,
fl urazepam, ethyl lofl azepaat, nitrazepam, nordazepam, prazepam en tetrazepam (Referentie: Répertoire
commenté des médicaments 2011, CBIP).
Referenties
1.
SavardJ,etal.NaturalCourseofInsomniaComorbidWithCancer:An18-MonthLongitudinal
Study.JClinOncol.2011Aug8.[Epubaheadofprint].
2.
PaleshO,etal.Prevalence,Demographics,andPsychologicalAssociationsofSleepDisruption
inPatientsWithCancer:UniversityofRochesterCancerCenter­CommunityClinicalOncology
Program.JClinOncol2010;28(2):292-8.
Slaapstoornissen zijn een vaak voorkomend symptoom van kanker. Heel wat studies koppelen ze aan pijn, angst, depressie,
vermoeidheid, verminderde levenskwaliteit en sommige geneesmiddelen zoals chemotherapie. In de internationale literatuur
duikt steeds vaker de notie `symptoomgroepen' op, die wijst op een verband tussen al deze verschillende ongemakken voor de
patiënt. Zo blijkt althans uit een recent overzichtsartikel van Josée Savard (universiteit van Laval, Québec) (1).
EnKELE EEnVoUdiGE tipS oM
VErMoEidhEid En SLaapStoorniSSEn
tE oVErWinnEn
Doe overdag dutjes van 15 of 20 minuten.
Probeer overdag zoveel mogelijk actief te zijn.
Ga iedere dag op hetzelfde uur naar bed en sta steeds op hetzelfde
uur op.
Ontspan u voordat u naar bed gaat door een lauw bad te nemen of nog
wat te lezen.
Vermijd alcohol, cafeïnehoudende dranken en tabak in de uren voor u
naar bed gaat.
Zorg voor een comfortabel bed en comfortabele kussens en lakens.
Verduister de kamer indien nodig met rolluiken of overgordijnen.
Als u niet kunt slapen, sta dan op en ga naar een andere kamer in plaats
van te liggen draaien en keren. Lees of kijk tv tot u rustig genoeg bent
om weer naar bed te gaan.
anGSt En dEprESSiE:
VaaK ondErSChat
Behalve de frequentie van deze syndromen, benadrukken de studies
ook dat SSRI's en SNRI's de typische depressies en vermoeidheid van
kankerpatiënten kunnen voorkomen of verlichten. Zeer angstige patiënten
zijn vaak geholpen met neuroleptica met angstwerende eigenschappen
(bijvoorbeeld tiapride). Deze middelen zijn interessant in de ambulante
praktijk. In ziekenhuizen wordt vooral 's nachts vaak doorlopend midazolam
gebruikt als de andere behandelingen niet volstaan. De dosis hangt af van
de intensiteit van de angst en van het feit of tegelijk nog andere psychotrope
middelen worden gebruikt.