![]() antiandrogenen niet wordt geassocieerd met een verhoging van het car- diovasculaire risico. Volgens de auteurs is deze therapie dus aanbevolen bij de behandeling van patiënten met een cardiovasculair risico. Epidemiology, End Results) en door enkel mannen ouder dan 65 met een nieuw gediagnosticeerde prostaatkanker te selecteren (n = 22.816), stelden Saigal en zijn collega's vast dat het cardiovasculaire risico bij patiënten onder ADT 20% hoger was dan bij mannen die deze behandeling niet kregen. Deze verhoging werd waargenomen binnen de 12 maanden na de start van de behandeling. Volgens een preliminair rapport is de impact op diabetes eerder merkbaar dan de impact op cardiovasculaire ziekten. Het diabetesrisico (16%) kan bij mannen van 66 jaar en ouder immers uitblijven tot 6 maanden na een ADT. 4.892 mannen uit de CAPSURE-databank (Cancer of the Prostatic Urologic Research Endeavor), dat ADT het risico van cardiovasculaire mortaliteit daadwerkelijk verhoogt bij patiënten die een radicale prostatectomie hebben ondergaan voor een gelokaliseerde kanker, maar niet bij mannen die werden behandeld met radiotherapie (HR = 2,6, 95%CI: 1,4-4,7, p = 0,002). van Nanda en zijn collega's werd uitgevoerd bij 5.077 patiënten met een gelokaliseerde of lokaal gevorderde kanker die al dan niet werden be- handeld met een neoadjuvante hormoontherapie (een GnRH-agonist en een zuiver antiandrogeen), gevolgd door radiotherapie. De neoadjuvante therapie werd duidelijk geassocieerd met een toename van de mortaliteit voor alle oorzaken samen bij mannen met een coronair antecedent (hart- falen of hartinfarct), maar niet bij mannen met slechts één risicofactor. Bij patiënten met een coronair antecedent bedroeg de mortaliteit onder ADT 26,3%, tegenover 11,2% bij patiënten die niet werden behandeld met een neoadjuvante hormoontherapie: de overlijdenskans is dus bijna tweemaal groter. 65 is het cumulatieve risico van cardiovasculaire mortaliteit 5,5% onder ADT en 2% zonder ADT. Onder de 65 is het risico 3,6% onder ADT en 2% in de andere gevallen. Radiation Therapy Oncology Group of de EORTC aan een tweede analyse. Zij stelden geen enkel verband vast tussen de voorgeschreven ADT en een verhoging van de overlijdenskans, zelfs na vijf jaar follow-up... resultaten en de resultaten van de gerandomiseerde gecontroleerde studies. Wat moeten we daarvan denken? Bij alle patiënten onder ADT moeten de metabolische stoornissen worden aangepakt. De behande- ling houdt immers een aantal risico's in en moet worden voorbehouden voor patiënten die beantwoorden aan de selectiecriteria. Volgens de wetenschappelijke comités van enkele verenigingen zoals de American Heart Association, de American Cancer Society en de American Urological Association moet met het risico rekening worden gehouden, maar mag het geen formele contra-indicatie van de behandeling zijn. ADT. Ook de andere zorgverstrekkers moeten op de hoogte worden ge- bracht, vooral als de patiënt onder ADT ouder is dan 65 en cardiovascu- laire antecedenten en/of metabool syndroom heeft. Het zou daarom inte- ressant zijn om vóór de start van de ADT de taille-omtrek, de bloeddruk, de nuchtere glykemie, HDL- en LDL-cholesterol, het triglyceridegehalte en het C-reactief proteïnegehalte te meten. Omdat ADT al vroeg verande- ringen kan teweegbrengen, worden deze tests in het eerste jaar van de behandeling bij voorkeur om de drie maanden herhaald. te gaan, behalve dan de klassieke aanbevelingen om de kans op diabe- tes of cardiovasculaire aandoeningen te verminderen. Patiënten moeten worden aangemoedigd om een gezonde levensstijl aan te nemen: weinig vet, stoppen met roken, matig alcoholverbruik en regelmatige lichaams- beweging. de metabolische impact van sarcopene obesitas en perifere insuline- resistentie te verminderen. Volgens Segal (5) en zijn medewerkers kan een behandeling van 12 weken met 3 keer per week resistentieoefeningen (n = 82), in het geval van prostaatkanker behandeld met ADT, de vermoeid- heid verlichten (p = 0,002), de levenskwaliteit verbeteren (p = 0,001) en de spieren versterken in zowel de bovenste ledematen (p = 0,009) als de onderste (p < 0,001), in vergelijking met de controlegroep (n = 73) op de wachtlijst voor zo'n therapie. Deze resultaten werden bevestigd in nog andere studies. Interessant is dat het PSA- en het testosterongehalte niet was gewijzigd bij patiënten die deze oefeningen hadden uitgevoerd. Ze worden dus goed verdragen door patiënten onder ADT. Segal (6) toon- de in een gerandomiseerde studie ook aan dat deze oefeningen voorde- len opleveren voor mannen die werden bestraald, ongeacht of ze eerder werden behandeld met neoadjuvante chemotherapie. wind. In dat geval moeten er geneesmiddelen worden voorgeschreven. Hypolipidemiërende en hypoglykemiërende middelen, antihypertensiva en antiaggregantia kunnen worden gebruikt, maar het ontbreekt nog aan voldoende studies voor deze patiënten. ADT minder cardiovasculaire bijwerkingen heeft dan een continue be- handeling. Verschillende studies tonen aan dat de bijwerkingen op korte termijn, bijvoorbeeld op de seksuele functie of de levenskwaliteit, verbe- teren tijdens de periodes zonder behandeling. Over het belang van een dergelijk behandelingsschema bestaat echter nog geen consensus. Geen enkele klinische studie die met dit behandelingsschema werd uitgevoerd, evalueerde immers de impact van de bijwerkingen. Bovendien blijkt uit de studie van D'Amico et al. (7) dat de cardiovasculaire toxiciteit al toe- neemt na 6 maanden behandeling en dat het testosterongehalte bij alle |