![]() dat we ingrijpen op handen die nog spontaan recupereren. Samenwerking van het team met de patiënt is essentieel om de verwachtin- gen van de patiënt te toetsen aan de chirurgische mogelijkheden en omge- keerd. len kunnen? Welke vaardigheden zijn wenselijk bij de activiteiten van het dagelijkse leven, zoals verwerving van zelfsondage bijvoorbeeld? Wat zijn de hobby's van de patiënt? Zal de patiënt mechanisch rolstoelrijden? Moet hij een joystick kunnen bedienen? Welke hulp- middelen zullen worden aangeschaft of voor welke hulpmiddelen is er interesse? Gestandaardiseerde testen zoals de test van Van Lieshout en de grasp and release test geven objectieve informatie betref- fende de snelheid, de compensatoire be- wegingen en de handigheid van de patiënt. Testen van sensibiliteit over de verschillende handzones en vingers is belangrijk. dures is gebaseerd op evaluatie van spierkracht in de verschillende spieren van het bovenste lidmaat, met de bedoe- ling een inventaris op te maken en te de- tecteren of er verschillende spieren zijn met een gelijkaardige functie (6). Wan- neer twee spieren met een gelijkaardige functie beschikken over voldoende kracht, kan men één van beide nemen om een andere functie over te nemen na peestransfer. baseerd op de internationale classificatie van Giens. De spiertesting moet gebeu- ren door ervaren therapeuten en artsen. De uiteindelijke beslissing tot chirurgie gebeurt na bespreking van het chirur- gische plan en de beoogde doelstellin- gen met de patiënt. De motivatie van de patiënt moet optimaal zijn, de verwach- tingen moeten realistisch zijn. De functie van het bovenste lidmaat bij een tetraplegiepatiënt wordt in belang- rijke mate bepaald door de mogelijkheid een reikwijdte te bekomen in de ruimte, het beschikken over een volle handgreep (cilindergreep) en het beschikken over een sleutelgreep (Figuur 2). Het is interessant als men met de twee handen verschillende vaardigheden be- zit: één sterke hand waarmee men zwaar- dere voorwerpen kan grijpen en één open hand waarmee men bredere voor- werpen kan grijpen. Het bekomen van reikwijdte is gekop- peld aan schouderabductie en elle- boogextensie. Controle over elleboogextensie is op ver- schillende manieren te bekomen. We opteren meestal voor transfer van het pars posterior m. deltoideus naar de insertie- tief wordt zes weken immobilisatie in ex- tensie voorzien met abductie en elevatie van de schouder teneinde de sutuur te be- schermen en oedemen te voorkomen. Ver- volgens wordt extensie geoefend vanuit een progressief opbouwende elleboogfle- xie. Tijdens deze reëducatie krijgt de patiënt een protectieve spalk om accidentele elle- boogflexie te voorkomen. Op het einde van de revalidatie moet de patiënt met zijn hand de mond kunnen bereiken. bekomen worden door transfer van de m. brachioradialis naar de polsextensoren (Giens 1). Een passieve tenodesegreep is het resultaat. Heeft de patiënt reeds een actieve polsdorsiflexie, dan kan de m. brachioradialis gebruikt worden om een andere functie te bekomen, zoals transfer van m. brachioradialis naar de m. flexor pollicis longus om een actieve sleutelgreep te bekomen (Giens 2). Wanneer de polsextensie stevig is en het resultaat van een krachtige m. extensor carpi radialis brevis en longus, kan trans- fer van de longuspees naar de flexor digitorum profundus het grijprepertoire van de patiënt ook uitbreiden naar een actieve volle handgreep (Giens 3). handchirurgieprocedures de handfunctie kan verbeteren. |