background image
ACTUALiTéS méDiCALeS
MEDI-
SfEEr
414
24
16 mei 2013
DOSSieR
E
pidemiologische studies hebben aangetoond dat ongeveer
50% van de patiënten met de ziekte van Crohn rookt. Deze
ziekte is onmiskenbaar het gevolg van een combinatie van
genetische aanleg en omgevingsfactoren, en van die vele factoren is
precies het roken het duidelijkst betrokken (1). er is dan ook heel wat
onderzoek naar gedaan, en wel op drie niveaus:
- Kan roken de ziekte van Crohn veroorzaken?
- Kan roken de ziekte van Crohn uit haar evenwicht brengen en
verergeren?
- Kan stoppen met roken de evolutie van de ziekte van Crohn
veranderen?
Het antwoord is driewerf ja (2). Vergeleken met niet-rokers maken
rokers tweemaal zoveel kans om de ziekte van Crohn te ontwikkelen
en er is geen duidelijk verband met het aantal sigaretten dat ze roken
(3). erger nog, roken verergert de evolutie van reeds bevestigde ziekte
van Crohn: het risico op een opstoot is met meer dan 50% verhoogd
bij actieve rokers in vergelijking met bij niet-rokers (2). Dit hogere
risico is onafhankelijk van het geslacht, de leeftijd, de anciënniteit van
de ziekte, de plaats van de letsels en de lopende behandeling en is
significant vanaf een dagelijks verbruik van meer dan 15 sigaretten (2).
Op langere termijn hebben rokers vaker nood aan een systemische
corticotherapie en vooral aan immunosuppressiva dan niet-rokers (4).
Jonge vrouwen lijken het gevoeligst te zijn voor de effecten van roken.
een leeftijd > 40 jaar lijkt eveneens een indicatie te zijn voor ernsti-
gere ziekte bij rooksters (1). Bovendien verhoogt roken de kans op
recidief na remissie (5) of na chirurgie, en versnelt het de frequentie
van herhaalde operaties (6). Het aantal actuariële klinische recidieven
op 5 jaar bedraagt 75% bij rokers en 40% bij niet-rokers, het aantal
nieuwe ingrepen bedraagt respectievelijk 22% en 8% (7). Bij rokers
is ook de prevalentie van aandoeningen van de dunne darm hoger
(8). Daarvoor zijn verschillende mechanismen aangehaald, stoornis-
sen van de microcirculatie, aantasting van het darmslijmvlies door de
nicotine of veranderingen in de afweerrespons (4, 5).
meer recent kon een team uit Parijs aantonen dat, zelfs bij licht roken
(1-10 sigaretten/dag), de kans op een ongunstige evolutie groter is
dan bij niet-rokers (46% vs 36% van de tijd in actieve fase van de
ziekte, p < 0,001) en even groot (48%) als bij rokers die meer dan
10 sigaretten per dag roken.
Over de rol van passief roken is lang discussie geweest. we weten
echter dat de passieve blootstelling aan tabaksrook bij de geboorte het
latere risico om de ziekte van Crohn te ontwikkelen verhoogt (risico
x 5,3), ongeacht welke ouder er rookt (10). Het schadelijke effect van
de tabak is dus meer verbonden aan de inhalatie ervan dan aan de
transplacentaire passage. Op volwassen leeftijd worden de vaststellin-
gen die worden gedaan bij de rokers ook waargenomen bij passief ro-
ken, dat de behoefte aan immunosuppressiva en anti-TNF-middelen
doet toenemen (11).
Passief roken verhoogt het risico op multipele
sclerose
een casecontrolstudie die in zweden werd uitgevoerd bij 695 niet-
rokers (van wie 39% werd blootgesteld aan tabak) en 1.635 controles
(34% blootgesteld aan tabak) wees uit dat in vergelijking met diegene
die niet waren blootgesteld aan passief roken, de odds ratio voor het
optreden van multipele sclerose 1,3 bedroeg (19). De duur van de
blootstelling was geassocieerd met een verhoogd risico op mS. Volgens
de onderzoekers verhoogt roken de activiteit van pro-inflammatoire
cellen in de longen en wijzigt het bepaalde eiwitten, wat aanleiding
zou kunnen geven tot een breuk in de tolerantiemechanismen.
Rokers lopen overigens een hoger risico om in het klinisch bevestigde
(CDmS) of recurrente-remitterende stadium van multipele sclerose
Effect van stoppen met roken
De gemiddelde evolutiviteit van de ziekte van Crohn is bij voormalige rokers even groot
als bij niet-rokers, en kleiner dan bij actieve rokers (2). Het jaarlijkse percentage inter-
venties is bovendien lager bij rokers die zijn gestopt dan bij de nog actieve rokers (4).
meer nog, vanaf een jaar na het stoppen met roken wordt de ziekte minder agressief en
is de kans op opstoten en op de behoefte aan corticoïden en immunosuppressiva kleiner
dan bij rokers en identiek aan niet-rokers.
Jammer genoeg slaagt slechts een klein percentage van de patiënten erin om te stoppen
met roken (102). Ondanks de enkele reserves over de rol van de verandering van de eet-
gewoonten en de psychologische veranderingen die met het stoppen met roken worden
geassocieerd, kan dit laatste de evolutie van de ziekte van Crohn nochtans aanzienlijk
beïnvloeden. Het is dus van fundamenteel belang om de patiënten te overtuigen om
het roken op te geven (13). Colitis ulcerosa ­ waarvoor de heilzame rol van nicotine is
aangetoond ­ is geen excuus om de patiënt niet aan te moedigen om volledig te stoppen
met roken, wegens het risico op kanker als gevolg van het roken (long-, kno-, slokdarm-,
blaas-, pancreaskanker enz.) en het risico op chronische bronchopulmonale en cardio-
vasculaire ziekten (14).