background image
ACTUALiTéS méDiCALeS
MEDI-
SfEEr
414
13
16 mei 2013
DiALOOG TUSSeN zieKeNHUiS eN ARTS
- de naam van de anesthesist, alsook in
geval van een anesthesist in opleiding
de namen van zijn directe verantwoor-
delijken;
- de exacte persoonsgegevens om de
laatstgenoemden te contacteren;
- de exacte datum en het tijdstip van de
ingreep;
- de indicaties voor deze ingreep;
- de toestand van de patiënt na de opera-
tie;
- de mogelijke verwikkelingen op korte
(minder dan 24 uur) en lange termijn.
Dit laatste mag men niet vergeten te ver-
melden. Het zal immers de huisarts zijn die
met deze problematiek geconfronteerd zal
worden. Het aspect "tijdigheid" omvat het
vroegtijdig communiceren van de datum
van de geplande ingreep, idealiter minstens
één week vooraf. Dit moet toelaten de pati-
ent eventueel beter voor te bereiden en de
nazorg doeltreffend te organiseren.
Al te dikwijls heeft de patiënt niet alle infor-
matie begrepen die de specialist hem over
de ingreep verschafte: noch over de nodige
voorbereiding, noch over de techniek die
toegepast zal worden, noch over de gevol-
gen van de operatie. er op voorhand weet
van hebben, laat de huisarts toe om indien
nodig alles nog eens rustig te overlopen met
zijn patiënt. zo kan het nuttig zijn om de pa-
tiënt te zeggen dat hij vóór de ingreep con-
tact moet opnemen met de huisarts om alle
mogelijke misverstanden te kunnen vermij-
den, om alles wat de patiënt niet duidelijk
begrepen heeft of misschien reeds vergeten
is op een rustige en begrijpelijke manier uit
te leggen en/of te herhalen en om de gevol-
gen van de ingreep te verduidelijken.
zo wordt het ook mogelijk om afspraken te
maken voor de preoperatieve onderzoeken
volgens de ASA-classifi catie (classifi catie van
de te opereren patiënt volgens de ernst van
voorafbestaand orgaanlijden, ontwikkeld
door de "American Society of Anesthesio-
logists
"). is het bijvoorbeeld nuttig dat een
oftalmoloog een elektrocardiogram (ecg)
eist vóór een ingreep? wat is het nut van
een aidstest bij het herstel van een fractuur?
Na onderling overleg kan afgesproken wor-
den welke onderzoeken van belang zijn. in-
dien er tijd geboden wordt in de aanloop
naar de ingreep, kan er zelfs bij gebrek aan
eenduidigheid omtrent de nodige preopera-
tieve onderzoeken veel geregeld worden om
de ingreep probleemloos in de steigers te
zetten.
De organisatie van de postoperatieve thuis-
zorg wordt het best op voorhand geregeld.
Hierbij is een adequaat en volledig voor-
schrift voor nazorg essentieel. Dit vermijdt
dat sommige verpleegkundigen plots han-
delingen moeten uitvoeren waarvoor ze
onvoldoende werden opgeleid. Vermits de
patiënt het recht heeft om autonoom te be-
slissen wie hem zal verzorgen, kan hij zijn
Al te dikwijls
heeft de
patiënt niet
alle informatie
begrepen die de
specialist hem
over de ingreep
verschafte: noch
over de nodige
voorbereiding,
noch over de
techniek die
toegepast zal
worden, noch over
de gevolgen van de
operatie.