background image
ACTUALiTéS méDiCALeS
MEDI-
SfEEr
414
19
16 mei 2013
TeCHNO-SFeeR
Hierbij dient benadrukt te worden dat onderzoeksresultaten el-
kaar soms tegenspreken en een consensus op dit ogenblik ver zoek
is. Bovendien waagt niemand het om deze resultaten als onbedui-
dend naast zich neer te leggen. een aantal van deze studies werden
trouwens uitgevoerd binnen het kader van het europese ReFLeX-
programma (Risk Evaluation of Potential Environmental Hazards From Low
Energy Electromagnetic Fields Exposure Using Sensitive in vitro Methods
),
een prestigieus multicenterproject waarbij de effecten van laag-energetische
electromagnetische golven op weefsel werden bestudeerd.
Electromagnetische hypergevoeligheid?
Het kan niet genoeg benadrukt worden dat biologische effecten - als
ze al zouden bestaan, weliswaar nopen tot waakzaamheid en verder
onderzoek - niet noodzakelijkerwijze hetzelfde betekenen als ge-
zondheidseffecten. eén van die mogelijke gezondheidseffecten zou
`elektromagnetische hypergevoeligheid' zijn, een conglomeraat van
lichamelijke klachten zoals duizeligheid, misselijkheid, spijsverterings-
stoornissen, vermoeidheid en slapeloosheid.
Ondertussen is hieromtrent heel wat onderzoek uitgevoerd en het
SCeNiHR (Scientific Committee on Emerging and Newly Identified
Health Risks) heeft gerapporteerd dat in het merendeel van dergelijke
studies geen verband kon worden aangetoond tussen electromagneti-
sche golven en de gezondheid. enkele studies hebben wèl een associ-
atie gevonden, die evenwel statistisch niet hard kon worden gemaakt,
niet reproduceerbaar bleek en/of nooit duidelijk kon gescheiden wor-
den van een nocebo-effect. Deze resultaten doen vermoeden dat de
blootstelling aan dergelijke electromagnetische golven geen of slechts
een zeer geringe rol speelt bij het ontstaan van voornoemde lichame-
lijke klachten.
kanker?
Uit de resultaten van cohortestudies en een meta-analyse concludeerde
een zweedse onderzoeksgroep dat "er adequate epidemiologische evi-
dentie voorhanden is om een link te suggereren tussen langdurig tele-
foongebruik en de ontwikkeling van een ipsilaterale hersentumor
". Het
betreft personen die gedurende minstens 10 jaar gebruik hadden ge-
maak van een mobiele en/of draadloze telefoon en een verhoogd risico
vertoonden om aan dezelfde (ipsilaterale) zijde als het `telefoonoor' een
hersentumor te ontwikkelen. De data bleken statistisch significant voor
glioma en akoestisch neuroma, maar niet voor meningioma (4, 5).
Deze resultaten werden echter in vraag gesteld door een Amerikaans
team, wegens het feit dat de enorme toename van mobiele telefonie
in de Verenigde Staten tijdens de periode 1992­2008 (van nagenoeg
0% tot 100 %) niet gepaard is gegaan met een toename van de in-
cidentie van glioma (die over diezelfde periode vrijwel onveranderd
is gebleven). Toch blijven de onderzoekers voorzichtig en sluiten
een verhoogd risico op hersentumoren niet uit bij personen die zeer
intensief en gedurende vele jaren gebruik maken van een mobiele
en/of draadloze DeCT telefoon (6). Tot diezelfde conclusie komt de
iNTeRPHONe-studie, de grootste cohortestudie tot nog toe uit-
gevoerd werd binnen dit domein; de auteurs vinden geen verhoogde
risico's voor het ontwikkelen van glioma en meningioma, maar onder-
strepen dat de langetermijneffecten van `zeer intensief gebruik van
mobiele telefoons' verder onderzoek vereist (7).
De CoSMoS-studie
De COSmOS-studie probeert eens en voor altijd een einde te maken
aan het debat door gedurende 30 jaar de gezondheid op te volgen van
meer dan 250.000 mobiele telefoongebruikers (tussen 18 en 69 jaar)
uit Nederland, Groot-Brittanië, zweden, Finland en Denemarken.
Hierbij vullen de deelnemers regelmatig een online vragenformulier
in over hun telefoongebruik, levensstijl en gezondheid. Het zal een-
ieder duidelijk zijn: wetenschappers en clinici nemen de mogelijke
gezondheidsrisico's van o.a. mobiele telefonie aux sérieux. Afspraak
binnen 30 jaar...
Referenties
1. Leszczynski D et al. Non-thermal activation of the hsp27/p38mAPK stress pathway by mobile
phone radiation in human endothelial cells: molecular mechanism for cancer- and blood-brain
barrier-related effects. Differentiation 2002;70(2-3):120-9.
2. Czyz J et al. High frequency electromagnetic fields (GSm signals) affect gene expression levels in
tumor suppressor p53-deficient embryonic stem cells. Bioelectromagnetics 2004;25(4):296-307.
3. Remondini D et al. Gene expression changes in human cells after exposure to mobile phone
microwaves. Proteomics 2006;6(17):4745-54.
4. Khurana VG et al. Cell phones and brain tumors: a review including the long-term epidemiologic
data. Surg Neurol 2009;72(3):205-14
5. Hardell L, et al. Use of mobile phones and cordless phones is associated with increased risk for
glioma and acoustic neuroma. Pathophysiology 2012 Dec 20.[epub ahead of print]
6. Little mP et al. mobile phone use and glioma risk: comparison of epidemiological study results
with incidence trends in the United States. BmJ 2012;344.
7. interphone Study Group. Brain tumour risk in relation to mobile telephone use: results of the
iNTeRPHONe international case-control study. int J epidemiol 2010;39(3):675-94.