background image
Wat is pulmonale hypertensie?
Bij pulmonale hypertensie is de druk verhoogd in de arteria
pulmonalis of in de longvenen. We onderscheiden vier
categorieën van pulmonale hypertensie:
- Een eerste type is pulmonale arteriële hypertensie.
Hierbij stijgt de druk in de longslagaders door toename
van gladde spiercellen in de arteriële wand. De aandoening
kan familiaal voorkomen of geassocieerd zijn met een
bindweefselaandoening (zoals systemische sclerose),
een aangeboren hartziekte, portale hypertensie, virussen
(zoals hiv) of met gebruik van drugs of vermageringspillen.
- Onder een andere categorie valt pulmonale veneuze
hypertensie. Dit wordt meestal gezien in het kader van
linkerhartfalen en kleplijden van het linkerhart.
- Chronische hypoxie ligt aan de basis van de derde categorie
van pulmonale hypertensie. Dit wordt bijvoorbeeld gezien
bij slaapapneu, longfibrose en chronische obstructie van de
luchtwegen.
- Het vierde type ten slotte ontstaat als gevolg van chronische
longembolie, bijvoorbeeld als verwikkeling van een diepe
veneuze trombose in de benen. Ook hierdoor neemt de druk
in de longvaten toe.
De aandoening kan sluipend beginnen en dus lang onopgemerkt
blijven. Kortademigheid bij inspanning en vermoeidheid zijn
vrij typische, maar ook vrij algemene klachten. Pijn in de borst,
duizeligheid met soms flauwvallen, hartkloppingen, hoest,
heesheid, gezwollen voeten, hepatomegalie en gezwollen venen
in de hals zijn andere symptomen.
Expertisecentrum pulmonale
hypertensie
Evi Smeyers: Hier in het
expertisecentrum in Leuven zorgt
een multidisciplinair team voor de
behandeling van patiënten met
pulmonale hypertensie. Hierdoor volgen
we continu enkele honderden patiënten,
onder leiding van prof. Marion Delcroix.
Vooraleer we de patiënten zien, hebben
ze meestal al raadplegingen bij een
cardioloog of pneumoloog achter de rug.
Gemiddeld hebben ze dan al enkele
jaren klachten. Omdat onbehandelde patiënten na aanvang van de
ziekte gemiddeld nog maar enkele jaren te leven hebben, zijn ze dus
niet zelden al behoorlijk ziek wanneer ze zich hier voor het eerst
aanmelden. Sommigen komen aan in een rolstoel en zijn al buiten
adem bij de geringste inspanning. Aanvankelijk wordt medicatie
opgestart onder de vorm van tabletten. Bij onvoldoende beterschap
worden verschillende geneesmiddelen gecombineerd. Bloedverdunners
en diuretica worden vaak al van in het begin gestart. Sommige
patiënten hebben behoefte aan zuurstof, tijdens inspanningen of
continu. Aanhoudende stabilisatie van de toestand is mogelijk, maar
dit varieert van patiënt tot patiënt. Soms moet men overgaan tot
intraveneuze medicatie. In sommige gevallen kan atriale septostomie
aangeboden worden aan de patiënten, en in laatste instantie is een
(hart-)longtransplantatie de oplossing voor jongere patiënten die niet
beantwoorden aan de therapieën.
Bij patiënten met chronische longembolen (groep 4) wordt bij
voorkeur een operatie uitgevoerd om de vaten te onstoppen.
JSC040N ALB
-
T
-2013-05-03-026
World Pulmonary Hypertension Day ­ May 5
th
Pulmonale hypertensie:
een zeldzame ziekte met
ernstige gevolgen
Pulmonale hypertensie is een zeldzame aandoening. Om die reden wordt de diagnose niet zelden laattijdig
gesteld, waardoor ook de behandeling onderbenut kan blijven.
Naar aanleiding van de World Pulmonary Hypertension Day op 5 mei spraken we over dit onderwerp met Wim
Colle, ondervoorzitter van de patiëntenvereniging PH, en met Evi Smeyers, studieverpleegkundige van het team
pulmonale hypertensie van het UZ Gasthuisberg. Dit team vormt het Nederlandstalige expertisecentrum voor
de behandeling van pulmonale hypertensie.
MS7670N.indd 1
08/05/13 09:21