background image
OrthO-rheumatO | VOL 11 | Nr 5 | 2013
26
OR0858N
nuttige biomarKers
bij de follow-up van botombouw
bij dialysepatiënten
Pierre Delanaye
1
, Jean-Claude Souberbielle
2
, Marie-Hélène Lafage-Proust
3
,
Guillaume Jean
4
, Etienne Cavalier
5
1. universiteit van Luik, afdeling nefrologie-dialyse-transplantatie, Chu Sart tilman, Liège
2. universiteit Paris Descartes, Inserm u845, hôpital Necker en dienst functionele exploratie, Paris
3. universiteit van Lyon, Inserm u1059, Chu de Saint-etienne, Saint-etienne
4. NephroCare tassin-Charcot, Sainte Foy-lès-Lyon
5. universiteit van Luik, afdeling klinische chemie, Chu Sart tilman, Liège
Evaluatie van de botombouw is een belangrijke stap bij de behandeling van afwij-
kingen in het calcium-fosformetabolisme bij patiënten met nierinsufficiëntie en vooral bij
dialysepatiënten. Een botbiopsie is invasief en kan in de klinische praktijk niet worden
herhaald. Bovendien zijn er almaar minder gespecialiseerde laboratoria die histomorfo-
metrie van het bot uitvoeren. In dit artikel concentreren we ons op biomarkers die wor-
den gebruikt om de botombouw te evalueren en te volgen. Na een kort overzicht van de
pathofysiologie van de botombouw bij hemodialysepatiënten bespreken we de plus- en
de minpunten van de biomarkers die momenteel op internationaal niveau worden aanbe-
volen, namelijk dosering van parathormoon en de alkalische fosfatasen van het bot. Tot
slot zullen we het hebben over enkele andere biomarkers die weleens interessant zouden
kunnen blijken.
B
ot
m
E
ta
B
o
L
IS
m
E
InLEIdInG
Sinds 2006 wordt de term `renale osteodystrofie' (ROD)
vervangen door het letterwoord CKD-MBD (Chronic Kid-
ney Disease-Mineral and Bone Disorder
). De term renale
osteodystrofie wordt nu uitsluitend nog gebruikt wanneer
het gaat om histologische botletsels (1). Die naamsveran-
dering onderstreept de pathofysiologische link tussen de
verschillende laboratoriumafwijkingen die worden waar-
genomen bij chronisch nierlijden (hyperfosfatemie, lagere
vitamine D-concentratie...), de histologische afwijkingen
van het bot (2) en de systemische klinische complicaties
zoals vaatverkalkingen, fracturen en groeiachterstand (1,
3). CKB-MBD veroorzaakt een hoge morbiditeit en mortali-
teit (3-5). In die context is een evaluatie van de botombouw
(turn-over) één van de belangrijkste diagnostische stap-
pen. De behandeling van complicaties van CKD-MBD (bij-
voorbeeld fosfaatbinders en calcimimetica) wordt immers
ten minste bepaald door de mate van botombouw van de
patiënt. Het referentieonderzoek om botombouw te evalu-
eren is ongetwijfeld een histologisch onderzoek van een bot-
biopt na dubbele markering met tetracycline (1, 6-9). Een
botbiopsie is evenwel vrij invasief en kan moeilijk worden
herhaald. Bovendien zijn er maar weinig (hyper)gespecia-
liseerde laboratoria die een histomorfometrisch onderzoek
van het bot uitvoeren. Daarom wordt bij de diagnose, de
follow-up en de monitoring vaak de voorkeur gegeven aan
botbiomarkers. Na een kort overzicht van de pathofysiologie
bespreken we de klassieke en nieuwe biomarkers die inte-
ressant zijn bij het evalueren van botombouw. Eerst zouden