background image
MEDI-
SfEEr
421
37
3 oktober 2013
CaHIer
PréveNtIoN
katerN
aGeING
Het verborgen gelaat
van de ziekte van Alzheimer:
de neuro-inflammatoire aspecten
Dr. Jean-Emile Vanderheyden,
in samenwerking met prof. Jean-Noel Octave
(voorzitter van het Institut de Neuroscience (IoNS), UCL)
katerN
aGeING
niet-steroïdale anti-inflammatoire genees-
middelen (NSaId's) namen, minder ri-
sico liepen op evolutie naar de ziekte van
alzheimer. Sindsdien wordt bij alzheimer
ook een inflammatoire component ver-
moed. In't velt et al. (2) publiceerden in
2001 een Nederlandse epidemiologische
studie bij een cohort van bijna 7.000 vrij-
willigers vanaf 55 jaar: ze stelden vast dat
langdurig gebruik van NSaId's ­ gedu-
rende minstens 24 maanden ­ bescherming
lijkt te bieden tegen alzheimer, maar niet
tegen vasculaire dementie! Het relatieve ri-
sico op de ontwikkeling van de ziekte van
alzheimer bedroeg 0,95 bij patiënten die
gedurende korte tijd NSaId's namen, 0,20
voor langdurig gebruik en 0,76 voor lang-
durig gebruik van acetylsalicylzuurzouten
­ wat erop wijst dat dit type behandeling
in deze context nutteloos is.
Maar de behandeling van deze aandoening
met NSaId's gaf zeer zwakke resultaten (3).
de componenten waarvan wordt ver-
moed dat ze een rol spelen in de neuro-
inflammatoire reactie zijn de microgliacel-
len en astrocyten, het complementsysteem,
cytokines en chemokines (3). als belang-
rijke immuuncellen in de hersenen zijn mi-
crogliacellen gevoelig voor hun omgeving
en worden ze dus onder andere geacti-
veerd door de seniele plaques: ze kunnen
dus het bèta-amyloïde peptide fagocyteren
en pro-inflammatoire cytokines vrijzetten,
die vervolgens inwerken op de omliggende
neuronen (3).
De ontstekingsreactie
van de glia en
microgliacellen
van de zone van de
hippocampus wordt
in het kader van de
ziekte van Alzheimer
voornamelijk
gemedieerd door de
vrijzetting van
een cytokine, de
interleukine IL1
bèta.
Wat is de oorsprong
van de (micro)gliale
ontstekingsreactie bij de
ziekte van Alzheimer?
de ontstekingsreactie van de gliacel-
len (astro cyten en oligodendrocyten) en
vooral de microgliacellen van de zone van
de hippocampus wordt in het kader van
alzheimer voornamelijk gemedieerd door
de vrijzetting van een cytokine, de interleu-
kine 1-bèta of IL1-bèta. dit wordt aange-
maakt als het inflammasoom, een cytoplas-
matisch eiwitcomplex, wordt geactiveerd
door de aanwezigheid van abnormale ­ en
dus te elimineren ­ stoffen zoals abnormale
eiwitaggregaten. Het door het NLrP3-
gen gecodeerde inflammasoom (4-5) is een
complex van meerdere eiwitten dat het
caspase 1 activeert, wat aanleiding geeft
tot de secretie van pro-inflammatoire cyto-
kines: de interleukines IL1-bèta en IL-18
(
figuur) (6). Het inflammasoom wordt
niet enkel geactiveerd door micro-organis-
men, maar ook door metabole disfuncties,
zoals het geval is bij alzheimer (6).
deze ontstekingsreactie lijkt heilzaam te
zijn zolang ze niet te hevig is, en leidt on-
der meer tot gliale stimulatie van de vroege
eliminatie van die aggregaten, bijvoorbeeld
via fagocytose door de microgliacellen. als
er echter te veel interleukines, meer spe-
cifiek IL1-bèta, worden vrijgezet, heeft
Welke
symptomen?
typisch voor de ziekte van
alzheimer zijn de moeilijkheden
om nieuwe informatie op te slaan
of zich recente gebeurtenissen te
herinneren. feiten uit het verleden
worden dan weer goed onthouden.
de symptomen zijn het gevolg
van een opslagprobleem, en zijn
dus weinig of niet gevoelig voor
contextuele details! deze verstoring
van het recente episodische
geheugen kan echter onopgemerkt
blijven in het routinematige,
repetitieve functioneren van een
bejaarde. Problemen met het
procedurele geheugen kunnen
daarentegen gemakkelijker worden
vastgesteld (bijvoorbeeld verlies van
het gebruikelijke vermogen om een
toestel te programmeren, zoals een
wekker, een tv of een videorecorder,
een recept te volgen om iets te
bereiden, telkens opnieuw in het
kookboek moeten kijken), evenals
de topografische problemen
(verloren lopen in de eigen
buurt...). Geheugenproblemen
door afleiding, verstrooidheid of
een slechte organisatie, wanorde...
zijn niet typisch.
ook aandachtsproblemen komen
voor, en ­ op het vlak van taal ­
woordvindingsstoornissen die vroeg
verschijnen voor voorwerpen, heel
gebruikelijke namen of voornamen.
dit alles geeft aanleiding tot het
klassieke symptoom van `het
hoofd naar de partner draaien'
tijdens de anamnese en het
neuropsychologische onderzoek.
desoriëntatie in tijd en ruimte en
­ vaak paranoïde ­
gedragsstoornissen,
verschijnen meestal iets
later.
Zeldzamer is ontregeling
van de slaap door de
aandoening (met als
gevolg een verstoord
nycthemeraal ritme,
onder andere door het
typische `sundowning'
of opwinding `s
avonds, afname van de
paradoxale of reM-slaap
(Rapid Eye Movements),
en vervlakking van de
temperatuurcurve). Maar
ook dan moet worden gedacht aan
de ziekte van alzheimer.
behandeling
enkel cholinesteraseremmers (rivastigmine, donepezil,
galantamine) en memantine (glutamaatantagonist op
de NMda-receptor) zijn op ebM-niveau erkend als
werkzame geneesmiddelen op basis van uiteenlopende
studies, de eerste voor de lichte tot matig-ernstige
stadia van de aandoening en het laatste voor de matig-
ernstige tot ernstige stadia. de resultaten blijven
hoofdzakelijk beperkt tot een vertraging van de
evolutie van de aandoening, met weinig of geen reële
cognitieve verbetering. de gedragsstoornissen kunnen
wel worden verbeterd, zodat tijdelijk nog een relatieve
autonomie mogelijk is.