background image
MEDI-
SfEEr
421
15
3 oktober 2013
GeNeeSkUNde
Hendrik Peuskens over alcoholverslaving
en het morele model
Dienst psychiatrie, UZ KU Leuven
M
inister Jo vandeurzen,
vlaams minister van
Welzijn, volksgezondheid en
Gezin, stelde bij zijn bezoek
aan de vlaamse vereniging
voor alcohol- en andere drug-
problemen (vad) in 2012 de
aanwezigen gerust. Wat betreft
zijn administratie was het
morele model van versla ving
­ waarbij men zich beperkt
tot een `eigen schuld, dikke
bult'-redenering ­ volledig
achterhaald en als toehoorder
was ik gerustgesteld dat alle
relevante biopsychosociale
nuances meegenomen worden
in de beleidsbeslissingen rond
de aanpak van middelengerela-
teerde problemen.
In de dagelijkse realiteit
lijkt echter het morele model
`alive and kicking'. In onze
maatschappij blijven we op een
erg dubbele manier omgaan
met alcohol en alcohol-
problemen ­ ter illustratie de
volgende overwegingen.
terwijl alcoholconsumptie
doorgaans de norm is bij aller-
hande sociale gelegenheden,
gemeentes, landsdelen en zelfs
landen zich identificeren met
hun lokale gealcoholiseerde
drank en toeristische diensten
de wereld uitnodigen om zich aan `deze nationale trots' tegoed te
doen, weten we ons in belgië gewaarschuwd met de boodschap
`ons vakmanschap drink je met verstand'.
Wordt deze leuze als een gegeven geponeerd, dan verwijst dit
naar een individuele verantwoordelijkheid van de drinker en
verontschuldigt het de aanbieder, de producent en bij uitbreiding
elke vrolijke omstaander van enige betrokkenheid. Interpreteer
je deze spreuk als een opdracht, dan is zij erg paradoxaal, omdat
alcohol zoals we nu weten een bijzonder krachtige drug kan
zijn, onze traagredenerende `verstandige' hersensystemen dempt
en vertraagt, en tegelijkertijd op neurofysiologisch vlak scherp
bijdraagt tot het ontwikkelen van associaties en automatismen die
samenhangen met het gebruik. Scherp geanalyseerd, impliceert
deze leuze echter dat te veel drinken enkel over het niet nemen
van de eigen verantwoordelijkheid gaat.
recent onderzoek van de
studiedienst van de vlaamse
regering bij meer dan 1.200
personen leerde het volgende:
22 procent vindt dat een man
met een ernstige leverziekte
de kosten voor zijn verzorging
uit eigen zak moet betalen,
indien hij jarenlang te veel
alcohol heeft gedronken. 27
procent vindt dat een vrouw
die na een auto- ongeluk in
coma ligt, zelf moet opdraaien
voor haar verzorging, als ze
enkele glazen alcohol had ge-
dronken en drugs had geno-
men vóór ze achter het stuur
plaatsnam. (dS 13 maart
2013: Zelf verantwoordelijk?
Zelf betalen). de publicatie
leverde voer voor discussie
over het solidariteitsprincipe,
het verabsoluteren van indi-
viduele verantwoordelijkheid
en over het miskennen van de
rol van genetische factoren,
sociale context enz... bekijk
je het glas halfvol, dan stel je
je misschien gerust dat een
grote meerderheid (nog) een
tussenkomst bij verzorging
steunt? Wel, dan blijft de
verrassing groot dat onze
patiënten daadwerkelijk op
problemen stuiten wanneer
ze zich laten verzorgen: de
aanvullende hospitalisatieverzekeringen van de meeste grote
verzekeringsmaatschappijen in belgië sluiten cliënten uit wanneer
het gaat om middelengerelateerde aandoeningen.
een alcoholprobleem ontwikkelen en verslaafd zijn, blijft aldus
sterk gestigmatiseerd en het moreel veroordelen van mensen met
alcoholproblemen draagt nog steeds bij tot het uitstellen van hulp
en bemoeilijkt zodoende voortdurend de hulpverlening. Met
de huidige stand van de wetenschap zijn er meer genuanceerde
manieren om de eigen verantwoordelijkheid te integreren binnen
een biopsychosociale hulpverleningscontext.