background image
Bloedvaten, Hart, Longen
n
Vol 18
n
Nr 5
n
2013
42
"Het is wenselijk om de patiënten snel ge-
noeg na de diagnose van idiopathische long-
fibrose door te verwijzen", benadrukt Geert
Verleden. Als de geschatte wachttijd langer
is dan de verwachte overleving, heeft de
arts twee ongemakkelijke keuzemogelijkhe-
den: afzien van een transplantatie of ervan
uitgaan dat het gaat om een noodgeval, wat
dan weer ethische problemen creëert ten
opzichte van de andere patiënten op de lijst.
De Meester en zijn medewerkers toonden
aan dat de mortaliteit op de wachtlijst voor
een longtransplantatie varieert naargelang
de entiteit in kwestie (11). Voor longfibrose
bedraagt de mortaliteit op de wachtlijst
25% na inschrijving.
Welke resultaten?
Een Engelse studie demonstreerde dat de
overleving na transplantatie korter is bij
patiënten die werden behandeld voor een
diffuse parenchymateuze aandoening dan
bij patiënten die werden getransplanteerd
wegens een andere aandoening (12).
Voorlopig hebben we geen sluitend ant-
woord op de vraag of een enkele dan wel
een dubbele transplantatie moet worden
uitgevoerd (13), maar we stellen vast dat
het aantal dubbele transplantaties in stij-
gende lijn gaat (14).
Een longtransplantatie is geassocieerd met
winst op het vlak van overleving bij inter-
stitiële longziekte: het risico op overlijden
na transplantatie is lager dan het risico op
overlijden op de wachtlijst (12). Tot slot
zorgt een transplantatie voor een verbete-
ring van de levenskwaliteit bij patiënten met
interstitiële longziekte en meer specifiek in
geval van idiopathische longfibrose (15).
Dit is een congresverslag. Het doel ervan is om informatie te
verstrekken over onderzoek in dit domein. Bepaalde gegevens
worden mogelijk niet erkend door de Belgische autoriteiten op
het vlak van gezondheidszorg.
Referenties
1.
du Bois RM, et al. Am J Respir Crit Care Med
2011;184:1382-9.
2.
du Bois RM, et al. Am J Respir Crit Care Med
2011;184:459-66.
3.
Demedts M, et al. N Engl J Med 2005;353:2229-42.
4.
Raghu G, et al. Am J Respir Crit Care Med 2011;183:788-824.
5.
The IPF Clinical Research Network. N Engl J Med
2012;366:1968-77.
6.
Wells AU, et al. Eur Respir J 2012;39:805-6.
7.
Noth I, et al. Am J Respir Crit Care Med 2012;186:88-95.
8. www.ema.europa.eu
9.
Taniguchi H, et al. Eur Respir J 2010;35:821-9.
10.
Noble PW, et al. Lancet 2011;377:1760-9.
11.
De Meester J, et al. J Heart Lung Transplant 2001;20:518-24.
12.
Titman A, et al. Am J Transplant 2009;9:1640-9.
13.
Force, et al. Ann Thorac Surg 2011;91:244-9.
14.
J Heart Lung Transplant 2012;31:1045-95.
15.
Finlen-Copenland, et al. Chest, in press.
Characteristics
Age (y)
56,6 ± 8,6
Duration of disease
(y)
3,4 ± 3,9
FVC (% pred)
54,5 ± 15,2
FEV
1
(% pred)
57,0 ± 14,8
TLC (% pred)
52,9 ± 14,2
Dlco (%)
32,1 ± 9,4
PAP (mmHg)
35,9 ± 12,7
6MWT (m)
324 ± 125
Waiting time to Tx
(d)
223 ± 218
Tabel 4: Kenmerken van getransplan-
teerde patiënten met idiopathische
longfibrose in het UZ Leuven.
P N E U M O L O G I E