background image
Bloedvaten
Hart
Longen
10x per jaar
(speciale uitgaven
inbegrepen)
Bloedvaten, Hart, Longen is
een tijdschrift
uitgegeven voor
specialisten in cardiologie,
pneumologie, interne
geneeskunde, intensieve
zorgen en cardiovasculaire
chirurgie
Oplage
5.400 exemplaren
Redacteurs
Philippe Mauclet
Jean-Yves Hindlet
Lieven DeNorre
Johan De Neve
Pierre-Emmanuel Dumortier
Alex Van Nieuwenhove
Erik Briers
Productie
Sandrine Virlée
Coördinatie
Orianne du Quesne
Publiciteit
Anne Piret
a.piret@rmnet.be
Sales Manager
Catherine Motte
Medical Director
Dominique-Jean Bouilliez
Verantwoordelijke uitgever
Dr Vincent Leclercq
Jaarlijks abonnement
abonnement@rmnet.be
e
120
Alle rechten voorbehouden,
inclusief vertalingen,
zelfs gedeeltelijk.
Verschijnt eveneens
in het Frans.
Copyright
Reflexion Medical Network
Varenslaan 6
1950 Kraainem
tel 02/785.07.20
Lid van de Unie van de Uitgevers
van de Periodieke Pres
W O O R D V O O R A F
Bloedvaten, Hart, Longen
n
Vol 18
n
Nr 5
n
2013
3
De neuro-psycho-ethiek
moet aandacht hebben
voor pathologische
hersenveroudering
Dementie ­ het geleidelijke verlies van de verschillende cognitieve vermogens ­ wordt in onze samenle-
ving steeds frequenter. Die evolutie creëert ­ zeker in een context van financiële crisis ­ nieuwe medisch-
juridische en ethische problemen!
Aan de medisch-juridische aspecten, die vooral zijn gericht op de bescherming van de persoon en zijn
familie tegen onberedeneerde handelingen, is ondertussen hard gewerkt en er bestaan talrijke bescher-
mingsmogelijkheden (1, 2). De bio-ethiek ­ die verband houdt met medisch, biologisch en farmaceutisch
onderzoek en de toepassing daarvan bij bejaarden ­ ondervindt geen cruciale problemen dankzij de vrij
recente updates en gedragscodes (voor toestemming...).
Maar er blijven nog veel ethische problemen bestaan en ze worden steeds pertinenter, choquerend zelfs. Zo
is er bijvoorbeeld de vraag of er grenzen zijn aan de kosten die een samenleving kan dragen voor medische
zorgen en terugbetalingen voor degenen die dement worden. Het ziet ernaar uit dat de staat, vroeger de
`verzorgingsstaat' genoemd, niet langer de budgettaire kost van ouderenzorg op zich kan blijven nemen. Die
kost vertegenwoordigde in 2011 ongeveer 8% van het BBP en wordt voor 2030 geschat op 9,4%. De glo-
bale budgettaire kost voor veroudering (met vooral de betaling van de pensioenen, zelfs rekening houdend
met de recente hervorming) wordt respectievelijk geschat op 25,3 % en 29,5% van het BBP (3).
Momenteel lijkt het alsof de getroffen maatregelen erg versnipperd zijn: kostenverlaging is de eerste
motivatie, zonder rekening te houden met de gezondheidstoestand en de specifieke problemen van deze
patiënten. Sommige terugbetalingscriteria en de toepassing ervan grenzen aan het belachelijke (opname
in een marge van 5 punten op een schaal van 30, verplichte combinatietherapie...). Bovendien wordt de
manier waarop die terugbetalingen regelmatig worden geweigerd, ten minste tijdelijk, bijzonder onaan-
genaam omdat de ziekenfondsen de reglementen pietluttig toepassen (4).
We evolueren dus naar een zorgsysteem met twee snelheden, volgens de financiële reserves van de zieke
en zijn familie! De situatie is niet duidelijk en dat creëert veel discussie en ergernis als patiënten zich
met elkaar gaan vergelijken. Er rust ook een zware last op artsen die ­ vaak op administratief overdreven
en pijnlijke manier ­ de theoretische rechten van hun patiënten moeten afdwingen, en altijd rekening
houdend met de Evidence-Based Medecine. Evidence-based Medicine speelt wel degelijk een rol, in het
bijzonder in het domein van de veroudering, waarin de financiële kostenlast, gezien het toenemende
aantal bejaarden, zwaar zal worden. Maar dat betekent niet dat we die mensen in de kou moeten laten
staan. Ze hebben recht op adequate medische zorgen! Maar hoe doen we dat?
De oprichting of verbetering van een platform voor constructieve dialoog lijkt absoluut noodzakelijk om
het woord te geven aan de verschillende betrokkenen, inclusief de patiëntenverenigingen. We moeten
de situatie overzichtelijker maken, al moeten er wellicht ook grenzen worden gesteld aan de kostelijke
behandeling van bepaalde zeer geëvolueerde situaties, maar op een eenvoudige manier, die voor alle
partijen beheersbaar en aanvaardbaar is. Het gaat niet enkel om de wat ruwe, technische gegevens. We
zouden ook blijk moeten geven van wat meer menselijkheid, iets wat nu sterk ontbreekt, zelfs in onze
zogenaamde geëvolueerde beschaving... (5)!
Jean-Emile Vanderheyden
Referenties
1.
Verrycken M. Problèmes juridiques liés à la démence. Dans «La prise en charge des démences». Coord. Van-
derheyden JE, Kennes B. Eds De Boeck, Bruxelles 2009:255-98.
2.
Madiou JP. Démences et maladie d'Alzheimer. La Lettre du Neurologue 2012; suppl 1 au Vol XVI (7):13-6.
3.
Thomasson A. Réforme des pensions: un impact légèrement positif sur le coût du vieillissement.
Le Journal du Spécialiste 12-8 / 24 octobre 2012.
4.
Vanderheyden JE. Les mutuelles ont-elles perdu les pédales? Neurone 2012;17(8):3.
5.
Gil R. Neuro-éthique, vieillissement et maladie d'Alzheimer. Neurologie Libérale (Revue de l'ANLLF)
2012;2:23-7.
N1888N