background image
47
Onco
l
Vol 7
l
Nr 3
l
2013
sche) zelf controle wil houden over zijn pijn. Via deze evaluatie
kunnen we een eventueel verband leggen tussen de pijn en de
symboliek ervan (geloof, persoonlijke of relationele geschiede-
nis). In alle gevallen waarin psychologische problemen het klini-
sche beeld domineren en de pijn moeilijk te controleren is, is
het belangrijk om organische mentale stoornissen (gedrags-
stoornissen geassocieerd met hersenletsels of metabole stoor-
nissen) uit te sluiten.
De rol van het zorgteam bij de behandeling van een pijnpatiënt
is van kapitaal belang. Het zorgteam moet pluriprofessioneel
zijn samengesteld en alle beschikbare complicaties en facilitei-
ten omvatten (zoals een psycholoog en ergotherapeut). De
behandeling moet al zeer vroeg tijdens de ziekenhuisopname
beginnen en ook thuis nog worden voortgezet. Het zorgteam
heeft de taak om naar de patiënt te luisteren, hem te geloven
en hem te begeleiden. Het moet de patiënt en zijn relatie met
zijn omgeving evalueren en de patiënt steunen, hoe hij ook
reageert (bijvoorbeeld door opstandigheid). Deze complexe
taak kan de zorgverleners uitputten (burn-out, hen een gevoel
van mislukking geven en hen zich doen afvragen of wat ze doen
wel zin heeft). Het risico bestaat dat de relatie tussen de pijn-
patiënt en het zorgteam wordt gedehumaniseerd. Ook het
ontstaan van professionele stress, psychosomatische sympto-
men en diverse verslavingen zijn risico's die we niet mogen
uitsluiten (zie hieronder: teamzorg).
Om de kwaliteit van de behandeling van kankerpatiënten met
chronische pijn en de kwaliteit van de ondersteunende zorg in
het algemeen te verbeteren, moeten we dus aandacht
schenken aan de goede werking van het zorgteam. Dat kan het
eenvoudigst en efficiëntst door regelmatig (één keer per dag)
vergaderingen te organiseren waaraan alle zorgverleners deel-
nemen, om de toestand van de patiënten met refractaire pijn
te evalueren. Tijdens deze overlegmomenten moeten zorgver-
leners ook hun persoonlijke problemen kunnen bespreken in
de groep. De groep zal hier meestal op anticiperen en de col-
lega bijstaan. Het is inderdaad frequent dat teamleden moeilijke
momenten doorstaan bij het lijden van hun zieke en dit na
enige tijd soms zwaar psychologisch en lichamelijk doorweegt.
Deze vergaderingen moeten worden aangevuld met interne
opleidingen (ideaal met medewerking van externe docenten)
en externe opleidingen die regelmatig worden georganiseerd,
kwestie van de therapeutische doelen en middelen regelmatig
bij te stellen en de problemen bij hun realisatie te identificeren.
Om een empathische behandeling van de pijnpatiënt te garan-
deren, is ook de kwaliteit van de werkomstandigheden belang-
rijk. De meest gehoorde klachten van het personeel van de
eenheid ondersteunende verzorging zijn gebrek aan erkenning,
tijdsgebrek ten opzichte van de patiënt en een gebrek aan op-
leiding. De werkomstandigheden van de zorgverleners moeten
dus worden verbeterd. De zorgverleners de gelegenheid ge-
ven om samen te komen is daarin essentieel. Ze moeten sa-
men een volwaardige pluri- en interdisciplinaire benadering
kunnen bepalen met soms een louter palliatief doel.
De malaise die bestaat rond de pijn van kankerpatiënten be-
strijkt dus verschillende aspecten: pathofysiologie, behandeling,
beschikbare middelen, denkbeelden en synergie van compe-
tenties. Die malaise is ook psychologisch omdat het in een situ-
atie die snel evalueert moeilijk is om alle factoren tegelijk te
controleren. Ten slotte is de malaise ook sociaal, want noch tij-
dens de opleiding noch op politiek niveau wordt dit domein
duidelijk erkend.
Kankerpatiënten zijn vaak complexe pijnpatiënten lijdend aan
angst en depressie. Angst en depressie verlagen de pijndrem-
pel. Vaak is een psychologische behandeling aangewezen: door
de aandacht af te leiden (bijvoorbeeld door hypnose). Hierdoor
neemt de angst af en kan de patiënt hersencircuits activeren
Soort interventie
Doel
Middelen
Herkenning van het probleem
Klinische evaluatie / identificatie van het
pijnsyndroom
Schalen / vragenlijsten
Toediening van geneesmiddelen
Behoud van de levenskwaliteit,
de autonomie
Specifieke geneesmiddelen
Technische benadering
De systemische bijwerkingen verminderen
Epidurale / intrathecale katheters
Psychosociale evaluatie
Situeren van de context / opsporen van
conflicten
Gesprekken / familieconferenties
Psychiatrische evaluatie
Voorkomen / identificeren van lijden
Gesprekken, ondersteuning met
geneesmiddelen
Supervisie van de zorgteams
Behoud van de cohesie / preventie van
burn-out, van afstand
Gerichte analyse van moeilijke, conflictuele
situaties / uitwerking van
behandelingsprojecten
Tabel 2: Essentiële interacties ten aanzien van refractaire pijn.