![]() kunnen we een eventueel verband leggen tussen de pijn en de symboliek ervan (geloof, persoonlijke of relationele geschiede- nis). In alle gevallen waarin psychologische problemen het klini- sche beeld domineren en de pijn moeilijk te controleren is, is het belangrijk om organische mentale stoornissen (gedrags- stoornissen geassocieerd met hersenletsels of metabole stoor- nissen) uit te sluiten. is van kapitaal belang. Het zorgteam moet pluriprofessioneel zijn samengesteld en alle beschikbare complicaties en facilitei- ten omvatten (zoals een psycholoog en ergotherapeut). De behandeling moet al zeer vroeg tijdens de ziekenhuisopname beginnen en ook thuis nog worden voortgezet. Het zorgteam heeft de taak om naar de patiënt te luisteren, hem te geloven en hem te begeleiden. Het moet de patiënt en zijn relatie met zijn omgeving evalueren en de patiënt steunen, hoe hij ook reageert (bijvoorbeeld door opstandigheid). Deze complexe taak kan de zorgverleners uitputten (burn-out, hen een gevoel van mislukking geven en hen zich doen afvragen of wat ze doen wel zin heeft). Het risico bestaat dat de relatie tussen de pijn- patiënt en het zorgteam wordt gedehumaniseerd. Ook het ontstaan van professionele stress, psychosomatische sympto- men en diverse verslavingen zijn risico's die we niet mogen uitsluiten (zie hieronder: teamzorg). chronische pijn en de kwaliteit van de ondersteunende zorg in het algemeen te verbeteren, moeten we dus aandacht eenvoudigst en efficiëntst door regelmatig (één keer per dag) vergaderingen te organiseren waaraan alle zorgverleners deel- nemen, om de toestand van de patiënten met refractaire pijn te evalueren. Tijdens deze overlegmomenten moeten zorgver- de groep. De groep zal hier meestal op anticiperen en de col- lega bijstaan. Het is inderdaad frequent dat teamleden moeilijke momenten doorstaan bij het lijden van hun zieke en dit na enige tijd soms zwaar psychologisch en lichamelijk doorweegt. Deze vergaderingen moeten worden aangevuld met interne opleidingen (ideaal met medewerking van externe docenten) en externe opleidingen die regelmatig worden georganiseerd, kwestie van de therapeutische doelen en middelen regelmatig bij te stellen en de problemen bij hun realisatie te identificeren. deren, is ook de kwaliteit van de werkomstandigheden belang- rijk. De meest gehoorde klachten van het personeel van de eenheid ondersteunende verzorging zijn gebrek aan erkenning, tijdsgebrek ten opzichte van de patiënt en een gebrek aan op- leiding. De werkomstandigheden van de zorgverleners moeten dus worden verbeterd. De zorgverleners de gelegenheid ge- ven om samen te komen is daarin essentieel. Ze moeten sa- men een volwaardige pluri- en interdisciplinaire benadering kunnen bepalen met soms een louter palliatief doel. strijkt dus verschillende aspecten: pathofysiologie, behandeling, beschikbare middelen, denkbeelden en synergie van compe- tenties. Die malaise is ook psychologisch omdat het in een situ- atie die snel evalueert moeilijk is om alle factoren tegelijk te controleren. Ten slotte is de malaise ook sociaal, want noch tij- dens de opleiding noch op politiek niveau wordt dit domein duidelijk erkend. Kankerpatiënten zijn vaak complexe pijnpatiënten lijdend aan angst en depressie. Angst en depressie verlagen de pijndrem- pel. Vaak is een psychologische behandeling aangewezen: door de aandacht af te leiden (bijvoorbeeld door hypnose). Hierdoor neemt de angst af en kan de patiënt hersencircuits activeren pijnsyndroom de autonomie conflicten geneesmiddelen burn-out, van afstand situaties / uitwerking van behandelingsprojecten |