![]() prognose kunnen voorspellen. lende kandidaat-biomarkers onderzocht, die deel uitmaken van de HER2-signaalcascade. Een aantal markers kon een idee geven van de prognose van de ziekte, maar behandeling met pertuzumab bleef in al deze groepen een klinisch voordeel opleveren. Het lijkt erop dat een PIK3CA-mutatie een hoog- risicogroep kan identificeren, terwijl het behandelingseffect van pertuzumab wel behouden blijft in deze groep. De waarde van klassieke markers voor resistentie, zoals PI3K, p95HER2 of PTEN, kon in de CLEOPATRA-populatie niet bevestigd worden. HER2 vooralsnog de enige biomarker is voor selectie van patiënten voor HER2- gerichte therapie. de eerder vermelde NeoSphere-studie vond een suggestief verband tussen een exon 9-mutatie van PIK3CA en resi- duele ziekte (10). Dit kon echter in de Tryphaena-studie niet bevestigd worden (11). muunmarkers van belang zijn voor de inschatting van respons en residuele ziekte (12). om behandelingsbeslissingen te nemen voor HER2-gerichte therapie. Het be- lang van een accurate HER2-bepaling is daarbij nog altijd essentieel. heden bij HER2-positieve, gemetasta- seerde borstkanker zorgt ervoor dat de progressievrije overleving en glo- bale overleving significant verder stijgt. Leidde de introductie van trastuzumab bij een behandeling met taxanen nog tot een mediane progressievrije overleving van 11,7 maanden, dan loopt die nu, na toevoeging van pertuzumab, verder op naar 18,5 maanden. ime t ession (mon Trastuzumab + taxane Pertuzumab + trastuzumab + taxane er in 1 analysis showed significant benefit for pertuzumab arm in 1 de doorbraak die de introductie van trastuzumab heeft bete- kend bij de behandeling van HER2-positieve borstkanker. Hier- door kon bijvoorbeeld de overleving bij HER2-positieve geme- tastaseerde borstkanker significant verlengd worden (1, 2). Ondertussen worden er nieuwe middelen ontwikkeld die verdergaan op dit ingeslagen pad (3). Eén ervan is pertuzu- mab, een monoklonaal antilichaam dat de HER2-dimerisatie en HER2-signaalcascades krachtig afremt. middelen complementaire werkingsmechanismen hebben. Trastuzumab verhindert onder andere de proteolytishe af- splitsing van het extracellulaire gedeelte van de HER2-recep- tor, waardoor de receptor intact blijft. Bijkomend stimuleert trastuzumab ADCC en blokkeert het de HER2-signaaltrans- ductie. Pertuzumab bindt op een ander epitoop van de HER2- receptor, waardoor dimerisatie verhinderd wordt tussen HER2 en andere HER-receptoren zoals HER1 en HER3, en zoals trastuzumab stimuleert pertuzumab eveneens ADCC (4,5). Na de fase 2-studies volgde een placebogecontroleerde fase 3-studie, de CLEOPATRA-studie, waarin pertuzumab als eer- stelijnsbehandeling toegediend werd bij 808 vrouwen met gemetastaseerde, HER2-positieve borstkanker. In de contro- learm bestond de behandeling uit placebo plus trastuzumab in combinatie met docetaxel. In de actieve studiearm kregen de combinatie met docetaxel (6). Anti-HER2-behandeling werd in beide armen gegeven tot progressie van de ziekte. Het primaire eindpunt van de studie was progressievrije over- leving. Overleving was een secundair eindpunt. In de groep met pertuzumab haalde de progressievrije over- leving 18,5 maanden, tegenover 12,4 maanden in de controle- groep, een significant voordeel van 6,1 maanden voor de pertuzumab-arm (HR:0,62; p<0,001) (Figuur 1). Ook op het gebied van overleving viel een significant voor- deel op te tekenen voor de pertuzumab-arm. Bij de laatste analyse bedroeg de mediane overleving 37,6 maanden in de controlegroep, terwijl die in de groep met pertuzumab nog niet bereikt was (HR: 0,66; p = 0,0008) (Figuur 2) (7). Er kwamen iets meer bijwerkingen voor in de groep met com- binatietherapie, zoals diarree, rash, mucosa-inflammatie, pru- ritis, febriele neutropenie en droge huid. In de meerderheid van de gevallen was de gradatie van die bijwerkingen laag. Voor bijwerkingen vanaf graad drie kwam febriele neutropenie wat vaker voor (13,7% vs 7,6%). De meeste bijwerkingen lijken gedurende de eerste cycli op te treden, de periode dat ook do- cetaxel gegeven wordt. Toevoeging van pertuzumab had geen ongunstige invloed op cardiale bijwerkingen. Ondertussen is pertuzumab verder getest in fase 2-onder- zoek in vroegere stadia van de ziekte, als neoadjuvante the- rapie (in de NeoSphere-studie) (8) en wordt het middel nog verder als neoadjuvante therapie bestudeerd, met of zonder anthracyclines (FEC-schema) in de Tryphaena-studie (9). Een fase 3-studie met pertuzumab als adjuvante therapie, de APHINITY-studie, loopt nu nog. Een EORTC-studie met per- tuzumab in eerstelijn HER2+ metastatische borstkanker bij oudere patiënten zal weldra ook starten. zijn die respons op een bepaalde therapie kunnen voorspel- docetaxel verlengt significant de mediane progressie- vrije overleving met 6,1 maanden (van 12,4 maanden naar 18,5 maanden) en geeft een significant overle- vingsvoordeel (HR: 0,66) als éérstelijnsbehandeling van gemetastaseerde, HER2-positieve borstkanker. |