background image
6
l
Neuron
·
Vol 17
·
Nr 7
·
2012
N1831N
B
egeleiding
van
patiënten
met
een
depressie
:
hoe
zien
apothekers
hun
rol
en
in
welke
mate
vervullen
ze
deze
rol
?
Tijdens de laatste drie decennia is de rol van de apotheker steeds meer gaan
kaderen binnen een patiëntgeoriënteerd praktijkmodel, farmaceutische zorg
genaamd, waarin samenwerking met andere gezondheidprofessionals en het publiek
centraal staat. Dit model werd reeds geïmplementeerd voor het merendeel van de
fysieke ziekten, maar met betrekking tot geestelijke gezondheid blijft de rol van de
apotheker nog steeds onderhevig aan verandering.
Het objectief van deze studie bestaat erin een evaluatie te maken van de attitude, de
huidige praktijk, de ondervonden problemen en vormingsbehoeften die apothekers
ervaren met betrekking tot de farmaceutische zorg voor mensen met een depressie.
Hiertoe werd een enquête ontwikkeld, gericht aan alle leden van het apothe-
kersnetwerk van de Vlaamse Gemeenschap, "Surplus Network". Deze enquête
peilde naar 1) de houding en de huidige praktijk van apothekers in het kader van
de behandeling van depressie en in het kader van farmaceutische zorg voor mensen
met andere ziekten; 2) barrières die het aanbieden van farmaceutische zorg aan
mensen met een depressie mogelijk bemoeilijken; en 3) vormingsbehoeften. Voor het
analyseren van de data werden Wilcoxon-testen gebruikt.
Hoewel de resultaten geen verschil aantonen wat betreft de houding van apothekers
tegenover mensen met een depressie versus andere ziekten, geven apothekers toch
aan beduidend minder zorg te verstrekken aan mensen met een depressie in
vergelijking met mensen met andere ziekten. Als barrières in het verstrekken van zorg
aan depressieve patiënten werden niet alleen het gebrek aan informatie over de
persoon en zijn behandeling genoemd, maar ook het feit dat depressie een moeilijke
aandoening is, in de hand gewerkt door het ontbreken van een opleiding in geestelijke
gezondheid en het ontbreken van tijd en privacy in de apotheek. Deze barrières,
alsook de aangegeven behoeften aan opleiding, kunnen de self-efficacy van
apothekers, en dus ook de huidige omgangsvormen, negatief beïnvloeden.
Hieruit kan men besluiten dat de praktijk, ondanks de positieve attitude die apothekers
aannemen ten aanzien van de zorg voor depressieve patiënten, vandaag nog
duidelijke gebreken vertoont. Om de farmaceutische zorg voor deze doelgroep te
verbeteren, moet er dus meer aandacht komen voor de problemen en
vormingsbehoeften die de apothekers in de dagelijkse praktijk ervaren.
Inleiding en achtergrond
De afgelopen decennia is de rol van de officina-apotheker aanzienlijk veranderd.
Waar vroeger vooral de nadruk lag op het bereiden en afleveren van geneesmiddelen,
is de focus nu meer verschoven naar het begeleiden van de patiënt bij het gebruik van
geneesmiddelen (1, 2). Sinds de wet van 01/05/2006 tot wijziging van het KB 78 over
de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen is deze verschuiving ook in België
juridisch verankerd. Alle verouderde verwijzingen in KB 78 naar de taak van de
apotheker in de artsenijbereidkunde werden vervangen door begrippen die verband
hielden met farmaceutische zorg. Het gewijzigde KB 78 en de publicatie van de Gids
voor Goede Officinale Farmaceutische Praktijken
(GGOFP, 21/01/2009) geven de
apotheker nu een duidelijke verantwoordelijkheid in de begeleiding van de patiënt.
"De farmaceutische zorg omvat alle handelingen die de apotheker stelt, alsook alle
diensten die hij aan een patiënt verleent, met als doel zijn levenskwaliteit te verbeteren
door het behalen van farmacotherapeutische doelstellingen op preventief, curatief of
palliatief vlak.
" (GGOFP).
Sophie Liekens
1
, Tim Smits
2
,
Gert Laekeman
1
, Veerle Foulon
1
1. Research Centre for Pharmaceutical care
and Pharmaco-economics, KU Leuven
2.
Centre for Media Culture and
Communication Technology, KU Leuven
en Marketing management, Lessius
University College
Keywords:
depression ­ pharmacists'
attitudes ­ pharmacist ­ patient
communication ­
pharmaceutical care