background image
32
l
Neuron
·
Vol 17
·
Nr 7
·
2012
meerderjarig en bewust zijn op het ogen-
blik van het verzoek en moet hij of zij
zich bevinden in een medisch uitzichtlo-
ze toestand van aanhoudend en ondraag-
lijk fysiek of psychisch lijden dat niet te
lenigen is en dat het gevolg is van een
ongeneeslijke aandoening die veroor-
zaakt werd door een ziekte of ongeval.
De arts moet ook steeds een tweede onaf-
hankelijke arts consulteren voor advies.
Euthanasie is een uitzonderlijke hande-
ling en vereist ook een vorm van maat-
schappelijke controle om misbruiken te
voorkomen. De wetgever heeft er daarom
voor gekozen om de arts te verplichten
om ieder geval van euthanasie te melden
aan de Commissie (4-7). Deze Commissie
heeft onder andere als taak om aan de
hand van de door de artsen ingediende
registratiedocumenten te controleren of
zij bij de uitvoering van de euthanasie
aan alle wettelijke voorwaarden en pro-
cedures hebben voldaan (5, 6). Indien de
commissieleden van oordeel zijn dat de
arts alle wettelijke voorwaarden heeft
nageleefd, dan is de zaak afgehandeld.
Oordelen ze daarentegen dat de wet ge-
schonden is, dan kunnen de commissie-
leden beslissen om het dossier te verzen-
den naar de procureur des Konings, die
de arts kan vervolgen (5-7). De Commis-
sie spreekt zich binnen twee maanden
uit. Indien alles volgens de wet verlopen
is, wordt de arts daarvan niet verder op de
hoogte gesteld. Enkel indien de Commis-
sie bijkomende informatie nodig heeft of
opmerkingen wil geven, zal ze de arts
contacteren en haar oordeel meedelen.
De hoofddoelen van de meldingsproce-
dure zijn, naast zorgvuldig medisch han-
delen bevorderen, onder meer openheid
creëren rond euthanasie en uniforme re-
gistratie van euthanasiegevallen in heel
België mogelijk maken (8).
Om de implementatie van de euthana-
siewet en de zorgvuldigheid van de
praktijk in ons land te evalueren, werd in
het kader van het IWT-SBO-project `Mo-
nitoring the quality of end-of-life Care in
Flanders
' (MELC-project) een studie op-
gezet over de melding van euthanasie en
het naleven van de wettelijke voorwaar-
den en procedures door artsen. Dit arti-
kel geeft een weergave van de belang-
rijkste resultaten van die studie.
Melding van euthanasie
Kenmerken van gemelde
euthanasiegevallen
Op basis van een analyse van de regis-
tratiebestanden van gemelde euthanasie-
gevallen opgevraagd bij de Commissie
(9) blijkt dat er in België tussen 22 sep-
tember 2002 en 31 december 2009 in
totaal 3.443 euthanasiegevallen door
artsen gemeld werden. Het aantal ge-
melde euthanasiegevallen stijgt boven-
dien elk jaar: van 235 in 2003 tot 822 in
2009 (Figuur 1). Van alle gemelde eutha-
nasiegevallen werd 82,2 procent gemeld
door Nederlandstalige artsen en 17,8
procent door Franstalige artsen.
Van alle gemelde euthanasiegevallen
was 51,8 procent man en 48,2 procent
vrouw. De meeste patiënten die eutha-
nasie verkregen waren tussen de veertig
en negenenzeventig jaar oud (76,5%).
Euthanasie komt weinig voor bij patiën-
ten van 80 jaar of ouder: 21 procent van
de bestudeerde gevallen betrof mensen
ouder dan tachtig. Hun aandeel onder
de euthanasiegevallen is sinds 2008 en
2009 wel significant toegenomen ten
opzichte van de vorige jaren (van gemid-
deld 17,0% van alle gemelde gevallen
tussen 2002 en 2007 tot gemiddeld
24,7% in 2008 en 2009). De euthanasie
vond in bijna de helft van de gevallen
(48,8%) plaats in het ziekenhuis en in
43,2 procent van de gevallen thuis. In
900
800
700
600
500
400
300
200
100
0
2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009
Totaal meldingen
Nederlandstalig
Franstalig
7
37
46
59
88
83
126
166
17
198
301
329
340
412
548
656
24
235
347
388
428
495
704
822
Figuur 1: Trends in het aantal meldingen van euthanasie in België, 2002-2009.