background image
22
I
De Specialist
13-16
9 oktober 2013
www.despecialist.eu
B
ij de preventie van trombo-embolie
bij patiënten met niet-valvulaire
atriumfibrillatie (AF) vormen de
nieuwe orale anticoagulantia (NOAC) in-
middels een alternatief voor vitamine K-
antagonisten (VKA). De European Society
of Cardiology (ESC) raadt de NOAC zelfs
aan als eerstelijnstherapie in die indicatie
(1). Ze bieden ontegensprekelijk meerdere
voordelen zoals een voorspelbare werking,
het feit dat er geen monitoring hoeft te
gebeuren, minder interacties met voedsel
en geneesmiddelen, een kortere plasma-
halfwaardetijd en een betere verhouding
tussen werkzaamheid en veiligheid.
Moeilijk te vatten informatie
Momenteel zijn er 3 NOAC in de handel te
verkrijgen (dabigatran, rivaroxaban, apixa-
ban; tabel 1) en momenteel is er nog een
vierde in onderzoek (edoxaban). De samen-
vatting van de productkenmerken (SPK)
van die anticoagulantia bevat uitgebreide
informatie. "Het probleem is dat er zeer
veel informatie wordt gegeven, dat die in-
formatie voor de vier geneesmiddelen zeer
gelijklopend is, maar dat er toch belangrijke
nuances zijn. Te veel informatie zou dan
ook verwarrend kunnen zijn in plaats van
te helpen. De SPK bevat bovendien niet het
advies dat de artsen nodig hebben in hun
praktijk, gezien de beperkingen als gevolg
van wettelijke bepalingen", onderstreept
prof. Hein Heidbuchel (UZ Leuven) (3).
Praktische antwoorden
Daarom hebben de European Heart Rythm
Association
(EHRA) en de ESC een prak-
tische gids opgesteld voor het starten
en het beheer van een behandeling met
NOAC (2). Er worden vijftien klinische
scenario's besproken, waarbij dan concre-
te, op bewijskracht gestoelde antwoorden
worden gegeven (zie kader). Het geheel
werd gecoördineerd door prof. Heidbu-
chel. Prof. Peter Sinnaeve en prof. Peter
Verhamme, beiden van de UZ Leuven,
hebben meegeschreven aan het artikel.
Prof. Heidbuchel verhult niet dat de zwakte
van die `praktische richtlijnen' toe te schrij-
ven is aan de informatie zelf. Voor som-
mige scenario's zijn er inderdaad nog niet
veel gegevens beschikbaar. Op deze manier
worden er echter wel praktisch mogelijke
adviezen gegeven, met bijvoorbeeld een
klassement van de metingen en bepalin-
gen van stollingsfactoren. De adviezen
gaan overigens verder dan farmaceutische
firma's kunnen gaan. Ook moet gezegd
worden dat de farmaceutische firma's bij-
zonder goed hebben meegewerkt (3).
Het is daarbij de bedoeling te komen tot
een oordeelkundig gebruik van de NOAC,
om zo maximaal te kunnen genieten van
de voordelen ervan, zonder de veiligheid
van de patiënten in het gedrang te bren-
gen. Uit een analyse blijkt dat de over-
grote meerderheid van de accidenten im-
mers toe te schrijven is aan onvoldoende
voorzichtigheid of het niet-naleven van de
bijsluiters en andere richtlijnen.
De 2 publicaties en een kaart voor de fol-
low-up van de patiënten zijn te verkrijgen
op de website www.NOACforAF.eu. Die
website zal regelmatig worden bijgewerkt
naarmate er nieuwe gegevens verschijnen.
Dr. Jean-Yves Hindlet
Referentie
1. AJ Camm, et al. 2012 focused update of the ESC
Guidelines for the management of atrial fibrilla-
tion. European Heart Journal. 2012; 33:2719-47.
2. Hein Heidbuchel, Peter Verhamme, Marco Alings
et al. European Heart Rhythm Association Prac-
tical Guide on the use of new oral anticoagu-
lants in patients with non-valvular atrial fibril-
lation. Europace 2013;15:625­51 (lang artikel,
dat kan worden gedownload) et European Heart
Journal 2013 doi: 10.1093/eurheartj/eht134
(kort artikel, dat kan worden gedownload)
3. http://eurheartj.oxfordjournals.org/con-
tent/34/11/791.full.pdf
JS0783N
Handleiding
nieuwe orale
anticoagulantia
De nieuwe orale anticoagulantia zijn de eerstelijnsbehandeling
geworden bij de preventie van trombo-embolie bij niet-valvulaire
atriumfibrillatie (1). Er moeten echter nog heel wat vragen wor-
den beantwoord omtrent het gebruik van die geneesmiddelen in
specifieke klinische situaties. Om die reden hebben de EHRA en
de ESC onder het voorzitterschap van prof. Hein Heidbuchel (UZ
Leuven) een praktisch document opgesteld, met het oog op een
goed gebruik van de nieuwe orale anticoagulantia (2).
De 15 praktische punten die aan bod komen
1) Starten van een behandeling met NOAC en follow-up van de patiënten
2) Hoe het antistollingseffect van NOAC meten?
3) Medicamenteuze interacties en farmacokinetiek van NOAC
4) Overschakeling tussen anticoagulantia
5) De therapietrouw verzekeren
6) Wat te doen in geval van fouten bij de toediening?
7) Patiënten met chronische nierinsufficiëntie
8) Wat te doen bij een (vermoede) overdosering zonder bloeding of als
een stollingstest wijst op een bloedingsrisico?
9) De aanpak van hemorragische complicaties
10) Wat met patiënten die een geprogrammeerde chirurgische ingreep of
een ablatie moeten ondergaan?
11) Patiënten die dringend moeten worden geopereerd
12) Wat met patiënten met een AF en coronairlijden?
13) Cardioversie van een patiënt die wordt behandeld met een NOAC
14) Patiënten onder NOAC met een CVA
15) NOAC vs. VKA bij patiënten met AF en kanker
MEDISCH & WETENSCHAPPELIJK NIEUWS
Prof. Heidbuchel:
"Er worden praktisch
mogelijke adviezen
gegeven, met
bijvoorbeeld een
klassement van de
metingen en bepalingen
van stollingsfactoren".
Dabigatran
(Pradaxa
®
)
Rivaroxaban
(Xarelto
®
)
Apixaban (Eliquis
®
)
Edoxaban (in
onderzoek)
Werking
Directe
trombineremmer
Factor Xa-remmer
Factor Xa-remmer
Factor Xa-remmer
Dosering
2x150 mg/d
2x110 mg/d
20 mg/d
15 mg/d
2x5 mg/d
2x2,5 mg/d
(60, 30, 15 mg/d)
Fase III
RE-LY
ROCKET-AF
ARISTOTLE,
AVERROES
(ENGAGE-AF)
Tabel 1: Nieuwe orale anticoagulantia die al zijn goedgekeurd door het EMA of die nog worden onderzocht bij de
preventie van trombo-embolie bij atriumfibrillatie