![]() hoofdstuk over de ziekenhuizen in het boek `Dokter ik heb ook iets te Nuyens op blz 11). Het ziekenhuisland- schap van de toekomst wordt bekeken door de bril van Peter Degadt, gedelegeerd bestuurder van Zorgnet Vlaanderen, en professor Dirk Ramaekers, tot voor kort algemeen hoofdarts van het Ziekenhuis- netwerk Antwerpen. Sinds 1 oktober is hij medisch directeur bij de CM. In de inleiding van deze "volledige stand van zaken van onze gezondheidszorg" le- zen we overigens dat alle schrijversduo's autonoom aan de slag gingen. Met uitzon- huis, dat de twee uitgenodigde auteurs besloten gezamenlijk te schrijven. "Wat op zichzelf een niet onbelangrijke vaststelling is", zo luidt het. en Ramaekers erop dat er zich een expo- nentiële explosie van medische kennis voordoet. Deze komt echter niet altijd bij de patiënt terecht. "Vooruitgang", zeggen beiden, "betekent op de eerste plaats dat ziekenhuizen zich inzetten om de bewezen werkzame technieken ook daadwerkelijk hoeft niets te kosten." Daarnaast stellen ze vast dat `product- innovaties' nieuwe geneesmiddelen, im- plantaten, scanners... altijd duurder zijn dan de producten van de vorige generatie. Bovendien richten ze zich ook steeds meer tot kleinere patiëntengroepen. Met andere woorden: de kostprijs neemt toe terwijl de doelgroep versmalt. De hamvraag is ech- ter wie dat allemaal zal blijven betalen? Ramaekers en Degadt menen dat de toe- nemende publieke verantwoording en responsabilisering van artsen en zieken- huizen ook "de volledige diagnostische en therapeutische vrijheid" onder druk zet." Voor de twee auteurs is het zonneklaar dat ziekenhuizen steeds meer de kosten- effectiviteit van hun handelen zullen moe- ten bewijzen. "Het alternatief is", stellen ze, "de weg van privatisering en ongere- guleerde marktwerking waar deze vragen niet gesteld worden." en sub- en superspecialisaties in de zie- kenhuizen is in hun ogen trouwens volop bezig. Volgens de CM-arts en de Zorgnet- beheerder doet zich zowel een verdere schaalvergroting van de ziekenhuizen als meer taakverdeling voor. Terwijl "steeds mondiger wordende patiënten zelf kennis verwerven." Tot slot wijzigt ook de taakverdeling tus- sen de verschillende zorgechelons. Op de eerste lijn vervullen zorgverstrekkers een meer coachende rol op de domeinen van preventie en opvolging van chronische ziekten. Structureel verwerven ze boven- dien een meer prominente plaats bij het verwijzen van de patiënt naar de juiste zorg op de juiste plaats. ook mondiger zijn. Dankzij e-health-toepassingen kan hij bovendien mee zijn eigen dossier beheren. Bovendien kunnen via de sociale media binnen patiëntenverenigingen ervaringen worden uitgewisseld." iets te zeggen meer in de publieke ruimte, maar bij deze voorstelling hield hij zelfs opfrissen: Marcel De Brabanter schreef geschiedenis als de syndicale tegenpool van de legendarische artsenleider André Wynen. Decennia lang vochten beide Uiteraard is De Brabanter niet louter een getuige. Na de Tweede Wereldoorlog gaf hij mee gestalte aan de Belgische gezond- heidszorg. Wanneer hij daarop als 93-jarige terugblikte, wees hij er vooreerst op dat er in 1944 geen ziekenfondsen, artsen- of patiëntenorganisaties betrokken waren bij de oprichting van de verplichte ziektever- zekering. Waar de ziekenfondsen snel hun weg vonden naar het overleg ging dat voor de artsen heel wat trager. Het probleem was, dixit De Brabanter "dat geneesheren meenden geen overleg te kunnen heb- ben met niet-geneesheren. Ten einde raad vaardigden de ziekenfondsen in de raden dan maar hun medische adviseurs af." heren" tot het besluit dat een nieuw be- leid zich opdrong. Hun taak bestond in de relatie tussen de ziekenfondsen als verte- genwoordigers van de patiënten en het georganiseerde medische korps gestalte te geven. Dit `paritaire comité", dat ak- koorden afsluit, kwam tot stand in 1963. "Met een zekere fierheid" stelt De Braban- ter vast dat het vijftig jaar later nog steeds bestaat. Anno 2013 moet het paritaire comité de medicomut dus volgens de voormalige artsenleider snel twee problemen oplos- sen. Ten eerste dringt een herijking van de erelonen zich op. Dit om "duidelijkheid te verschaffen over het deel onkosten en het deel zuiver honorarium." De Braban- ter: "Het spreekt vanzelf dat dit maar oplosbaar is door de ziekenhuisorganisa- ties bij de werkzaamheden van het pari- tair comité geneesheren-ziekenfondsen te betrekken." Ten tweede moet volgens hem ook de extramurale specialistische sector dringend in kaart worden gebracht. patiëntenorganisaties maar best in de overeenkomstensystemen kunnen worden ingeschakeld. de webshop van de uitgeverij; (2) wordt verrekend nadat u het boek in de webshop hebt toegevoegd aan uw winkelmandje; (3) geldt enkel indien u gebruikmaakt van bovenstaande actie-url en dit (4) zolang de voorraad strekt. voorgesteld. Naast de auteurs tekende ook de bijna 93-jarige Marcel De Brabanter present, stichter en erevoorzitter van het Algemeen Syndicaat van Geneeskundigen van België. exemplaren weg van het boek `Dokter ik heb ook iets te zeggen' van Yvo Nuyens en Hugo De Ridder (235 blz., winkelwaarde 19,99 euro, ISBN978 94 014 0808 0). De eerste vijf lezers die een mail sturen naar Sandrine Sluysmans (s.sluysmans@rmnet.be) hebben prijs. We publiceren de namen van de winnaars in onze volgende editie. Daarnaast geeft uitgeverij Lannoo in samenwerking met de Specialist 20% korting (*) bij aankoop van dit boek. In plaats van 19,99 euro betaalt u 15,99 euro. De korting wordt verrekend nadat u het boek hebt toegevoegd aan uw winkelmandje. Surf hiervoor naar |