background image
MEDI-
SFEER
420
12
19 september 2013
De IASP
(International Society
for the Study of Pain)

omschrijft pijn als
een onaangename sensorische en emotionele gewaarwording die
wordt geassocieerd met reële of potentiële weefselbeschadiging of
wordt beschreven in termen van deze beschadiging. Elk woord van
deze omschrijving werd doordacht gebruikt. "Bij neuropathische pijn
moeten we beseffen dat de onaangename gewaarwording kan worden
geassocieerd met mogelijke letsels"
, benadrukt prof. Jeanjean. Ze pre-
ciseert: "Anders gezegd: we kunnen de diagnose van neuropathische
pijn stellen zonder dat we met paraklinische middelen het bestaan van
een letsel moeten aantonen
".
Zoeken naar de zwakke schakel
Voordat we een overzicht geven van de geneesmiddelen en hun ac-
tieterrein, herhalen we even enkele anatomische gegevens. Ter hoog-
te van de perifere zenuwen wordt de influx die wordt gegenereerd
door een pijnstimulus getransporteerd door weinig gemyeliniseerde
A-deltavezels of niet-gemyeliniseerde, langzaam geleidende C-vezels
van klein kaliber. De belangrijkste neurotransmitter daarvan is de
P-stof.
Op spinaal niveau gaat de influx door de dorsale hoorn van het rug-
genmerg, waar P-stof en glutamaat worden vrijgezet. Vervolgens
wordt hij meegevoerd door het ruggenmerg om de sensorische
cortex te bereiken via de thalamus.
Tegelijk moduleren de neerwaartse pijnbanen de informatieoverdracht
ter hoogte van de dorsale cortex van het ruggenmerg. Dit neerwaartse
systeem is dubbel: het gebruikt zowel noradrenerge als serotoninerge
neuronen. De serotoninerge receptoren van deze neerwaartse pijn-
banen maken een modulering van het signaal mogelijk.
Nociceptief of neuropathisch?
Neuropathische pijn onderscheidt zich op verschillende vlakken van
nociceptieve pijn (
Tabel 1). Ze wordt gegenereerd door een aantas-
ting van het zenuwstelsel en is van pathologische aard: de sensoriële
stoornissen die ermee geassocieerd worden, zorgen ervoor dat de
pijn op zich een ziekte wordt. De intensiteit van neuropathische pijn
staat niet in verhouding tot de intensiteit van de stimulus. Doorgaans
wordt gedacht dat deze entiteit refractair is voor morfine, maar dat
is niet altijd het geval.
Neuropathische pijn kan veel verschillende oorzaken hebben.
Meestal gaat het om pijnsyndromen van perifere oorsprong, zoals
diabetesneuropathie, postzosterpijn of trigeminusneuralgie. Pijn-
syndromen van centrale oorsprong komen minder vaak voor. Ze
omvatten fantoompijn of worden soms waargenomen als gevolg van
GeneesKunde
MS7743N
"
There are wounds that never show on
the body that are deeper and more hurtful
than anything that bleeds
"
(Laurell K. Hamilton)
Dr. Philippe Mauclet,
naar een mededeling van prof. Anne Jeanjean
(Neurologie, Clin Univ St-Luc, UCL, Brussel)
Neuropathische pijn wordt gekenmerkt door zeer specifieke aspecten op het vlak van definitie, klinisch
beeld en fysiopathologie. Er bestaan heel wat verschillende geneesmiddelen om deze pijn te behandelen.
Vraag is wanneer en hoe we deze middelen kunnen gebruiken.
Tabel 1: Soorten pijn.
Nociceptieve pijn
Neuropathische pijn
- perifeer letsel
- Intact zenuwstelsel
- Acuut, bescherming
- Intensiteit = stimulus
- Morfinegevoelig
- Gevolg van beschadiging
van het centrale of perifere
zenuwstelsel, echt of vermeend
- Chronisch, pathologisch
- Intensiteit
stimulus
- Bekend als weinig
morfinegevoelig