STaT-pathway verloopt, is het niet
verwonderlijk dat ook bij deze mole-
cule zich meer neveneffecten zullen
voordoen.
verhoogt de `cyclisch adenosine
monofosfaat'-levels waardoor TNf--
productie onderdrukt wordt. apre-
milast is effectief (fase 2) maar niet
superieur tegenover andere behande-
lingen (41% bereikt een PaSI-75; ter
vergelijking: 80% bereikt een PaSI-75
met infliximab). Bovendien worden
er meer (milde) neveneffecten ge-
zien werden. actueel lijkt apremilast
dus niet zo effectief als de bestaande
biologicals maar (vergelijkende) fase
3 studies zijn lopende.
ze oraal ingenomen kunnen worden (in
tegenstelling tot de meestal subcutane
of intraveneuze toediening van biologi-
cals) en hierdoor ook minder duur zijn.
Bovendien lijken sommige van deze small
molecules (met name tofactitinib) ook in
topische vorm een efficiëntie te hebben.
Toekomstige studies zullen moeten uit-
wijzen welke van deze nieuwe behande-
lingen het meest efficiënt en veilig zijn.
THE AMEriCAN wAy
shops met praktische tips. Voor de der-
matochirurgie waren deze voornamelijk
gericht op artsen die `micrographically
oriented histological surgery' (MoHS)
uitvoeren. Een aantal zaken waren ech-
ter zeker nuttig voor ieder van ons, zelf
voor degenen onder ons die enkel biop-
sies uitvoeren.
Wanneer we de indicatie tot cutane chirur-
gie stellen, zijn er toch een aantal algemene
medische zaken waar we oog voor moeten
hebben. Zo is de algemene ziektegeschie-
denis van de patiënt de eerste beslissende
maar als we eerlijk zijn, laten we ons soms
toch verleiden tot het overgaan van een
ingreep op een patiënt die meer baat zou
hebben aan een conservatieve therapie.
We mogen de interne geneeskunde niet uit
het oog verliezen. Zaken zoals het hebben
van een pacemaker, arteriële hypertensie,
hartklepaandoeningen en bloedingsziekten
hebben een zeer belangrijke impact op het
gebruikte materiaal of het verloop van de
ingreep en de genezing.
het toedienen van profylactische antibi-
otica 30 à 60 minuten voor MoHS, geba-
seerd op de commensale flora van iedere
anatomische zone. Lorraine Rosamilia
(Hershey, Pennsylvania State University)
gaf echter te kennen dat het inschatten
van de nood hiertoe sterk afhing van de
persoonlijke voorkeur van de chirurg. De
amerikaanse richtlijnen raden bv. aan
om voor ingrepen in de lies cephalexine
of ducloxacilline te geven. Voor de orale
regio is dit ampicilline (of clindamycine
daan wordt, is het toedienen van profy-
lactisch aciclovir van 2 dagen vóór tot 10
dagen na de ingreep.
riel, wel aseptisch (patiënten en perso-
neel komen met hun normale kledij en
schoenen binnen in de interventieruimte,
er wordt tussen de verschillende MoHS-
etappes buiten gegaan,...). Er zijn studies
die aantonen dat het gebruik van steriele
verschil maakt in postingreepinfecties bij
flappen en enten. Correct reinigen van de
handen blijft uiteraard noodzakelijk.
meest gebruikte antiseptische middelen
(Tabel 2).
tegen chronische pijn. De meeste research
op gebied van pijnbestrijding is ameri-
kaans. Het was dan ook te verwachten