background image
Skin
Vol 16
Nr 3
2013
25
speciale vorm van PPPP, waarbij de uit-
einden van de vingers of de tenen wor-
den aangetast, vaak asymmetrisch. Er is
een erytheem bedekt met puistjes en
schilfers. De ziekte evolueert traag en
de letsels blijven jarenlang vrij beperkt.
aantasting van de nagels is mogelijk met
onyxis en perionyxis. Er kan osteolyse
van het eindkootje optreden en de let-
sels kunnen gepaard gaan met psoriati-
sche artritis. PPPP wordt beschouwd als
een ernstige vorm van psoriasis en dat
om meerdere redenen: de behandeling
is complex, de letsels reageren niet goed
op biologische geneesmiddelen en er is
een vrij hoog risico op ontwikkeling van
psoriatisch gewrichtslijden (24%). Tot
slot heeft deze vorm van psoriasis een
sterke weerslag op de levenskwaliteit en
de ernst ervan wordt onderschat met de
PaSI (Psoriasis Area and Severity Index)
en de DLQI (Dermatology Life Quality
index
).
De behandeling van PPPP blijft moeilijk.
als lokale corticoïden (± calcipotriol)
of plaatselijke PUVa-therapie (of uv B
TLo1) mislukken, kunnen tacrolimus of
retinoïden worden voorgeschreven. als
derdelijnstherapie worden metotrexaat,
ciclosporine, de combinatie PUVa + reti-
noïden en zelfs dynamische fototherapie
(1 studie) gegeven. Biologische genees-
middelen worden voorgeschreven als
vierdelijnstherapie, maar ustekimumab
is in deze indicatie minder werkzaam
dan bij psoriasis vulgaris. En als dat alles
nog geen resultaat oplevert, kan worden
geprobeerd met TNf-alfa-antagonisten,
soms in combinatie met metotrexaat.
SyNDrooM VaN fIESSINGEr-LEroy
(fLr)
Het syndroom van fLr wordt geken-
merkt door een urethritis, een asym-
metrische, acute of subacute polyartri-
tis en conjunctivitis. De postvenerische
vorm van artritis wordt veroorzaakt door
Chlamydia trachomatis, Mycoplasma of
Ureaplasma. Mogelijke verwekkers van
gastro-intestinale infecties die een syn-
droom van fiessinger-Leroy kunnen ver-
oorzaken, zijn Salmonella, Shigella, yer-
sinia of Campylobacter. In 20% van de
gevallen, vooral de postvenerische vor-
men, worden de huid en de slijmvliezen
aangetast en dat hoofdzakelijk in de vorm
van erosies in de mond en een niet-ero-
sieve balanitis circinata. Minder vaak vin-
den we een palmoplantaire keratodermie
in de vorm van `tapijtnagels', psoriatische
plekken op de ledematen en subunguale
hyperkeratose. Een dergelijke `tapijtnagel-
keratodermie' moet vooral worden on-
derscheiden van een palmoplantaire
papuleuze syfilis (daarom een syfilissero-
logie aanvragen). Het syndroom van fLr
wordt behandeld als een spondylartritis:
niet-steroïdale ontstekingsremmende
middelen, sulfasalazine, metotrexaat of
TNf-alfa-antagonisten. Bij een reactieve
artritis na een Chlamydia-infectie zijn
cyclines (doxycyline 200mg/d geduren-
de 3 weken) geïndiceerd om de urethritis
te behandelen, maar ook om het optre-
den van artritis te voorkomen en de ernst
ervan te verminderen.
SaPHo (SyNOVITIS-ACNE-
PUSTULOSIS HyPEROSTOSIS-
OSTEOMyELITIS SyNDROME
)
SaPHo wordt gekenmerkt door een
combinatie van reumatologische ver-
schijnselen en neutrofiele huidaandoe-
ningen. reumatologische verschijnselen
zijn aantasting (hyperostose en osteïtis)
van de voorste thoraxwand (65-90%), de
wervelkolom (30%) en de sacro-iliacale
gewrichten (10-50%). Zeer vaak wor-
den de gewrichten in de buurt van de
botletsels aangetast en treedt een en-
thesopathie op. Er kunnen verschillende
huidletsels optreden voor, tegelijk met
of na de osteoarticulaire aantasting: pal-
moplantaire pustulose (50-75% van de
gevallen) (figuren 5 en 6), acne fulmi-
nans en conglobata, hidrosadenitis sup-
purativa, syndroom van Sweet, pyoderma
Tabel 1: Dyshidrotisch eczeem en psoriasis pustulosa.
dyshidrotisch eczeem
Psoriasis pustulosa
Klinisch beeld
Vesikels +/- pustulae
Pustulae + erythematosquameuze plekken
Handpalm, voetzool, zijkant vingers
Handpalmen = duimmuis
Voetzolen = mediaan en mediaal deel van voetgewelf en hielen
Soms eczeem op afstand
Typische letsels van psoriasis op andere plaatsen
Histologie
Spongiotische vesikels
Spongiforme pustulose
Onderzoeken
Soms positieve bacteriologie
Pleistertests noodzakelijk
Negatieve bacteriologie
Pleistertests zinloos
Tabel 2: Differentiaaldiagnose van
palmoplantaire pustulose.
Palmoplantaire psoriasis pustulosa
Syndroom van Fiessinger-Leroy
SAPHO
Dyshidrose
Pustulosis subcornealis van de Sneddon-Wilkinson
Neutrofiele dermatosen
Steriele eosinofiele pustulose, ziekte van Ofuji
Paradoxale reacties op TNF-alfa-antagonisten
Geïsoleerde palmoplantaire pustulose
Figuur 3: Psoriasis: samenvloeiende
pustulae, erytheem en keratose alleen van
de pols.
Figuur 4: Psoriasis: vooral aantasting van
de thenar en de hypothenar.