background image
OrthO-rheumatO | VOL 11 | Nr 3 | 2013
31
Vijf op 90 (6%) van de patiënten stierven aan een therapie
gerelateerde oorzaak. Bij vier van hen ging het om cardio
vasculaire complicaties. De overleving bedroeg 78 procent
na 5 jaar en de recidiefvrije overleving bedroeg na 5 jaar
70 procent. Voorts noteerden de auteurs na 1, 2 en 3 jaar
significant betere rodnanhuidscores en een betere ge-
forceerde vitale capaciteit na 1 jaar (p = 0,009), na 2 jaar
(p = 0,02) en 3 jaar (p = 0,004). De totale longcapaciteit en
diffusie capaciteit voor CO waren niet significant verbeterd
na HSCT. Wel was de gemiddelde diffusiecapaciteit voor
CO significant verbeterd bij patiënten met een normaal
echocardiogram (p = 0,005) of een normaal ecg bij de start
(p = 0,05).
De auteurs dringen aan op het herzien van de richtlijnen
voor cardiale screening bij patiënten met systeemsclerose
voor een correcte inschatting van het therapiegerelateerde
risico op basis van structuur, functie en elektrofysiologie
van het hart.
antI-tnf-InItIatIe en rIsIco op herpes zoster
Bij patiënten met reumatoïde artritis of andere ontstekingsziekten gaat de opstart van anti-TNF-therapie niet
gepaard met een verhoogd risico op herpes zoster ten opzichte van de opstart van een niet-biologische behande-
ling. Zo besluit een Amerikaans onderzoeksteam in de JAMA.
De reactivering van varicella zostervirus kan belangrijke
implicaties hebben voor de volksgezondheid. De voorliefde
van het virus voor ouderen of personen met een vermin
derde immuniteit maakt een dergelijke reactivering tot een
belangrijke oorzaak van morbiditeit, met pijn, depressie
en langdurige invaliditeit vanwege postherpesneuralgie.
Voorts is geweten dat herpes zoster bij personen met een
verminderde immuniteit aanleiding kan geven tot belang
rijke complicaties en zelfs sterfte.
Onder patiënten met reumatoïde artritis is het risico op
herpes zosterinfectie 2 tot 3 maal hoger dan bij leeftijdsge
noten die deze aandoening niet hebben. Weinig is bekend
over de eventuele bijdrage van biologische immunosup
pressiva tot dit verhoogde risico. Deze behandelingen,
waaronder antiTNF, werden al in verband gebracht met
een verhoogd risico op tuberculose en andere opportunis
tische infecties.
In de context van het `Safety Assessment of Biologic The-
rapy
', een Amerikaans initiatief ter evaluatie van de vei
ligheid van biofarmaca, analyseerden Kevin Winthrop en
collega's een uitgebreide retrospectieve cohort. Deze cohort
combineert de data uit vier grote Amerikaanse databan
ken die het voorkomen van herpes zoster evalueerden bij
personen met verschillende ontstekingsziektes. Concreet
gingen Winthrop en zijn team na of initiatie van antiTNF
therapie bij deze aandoeningen gepaard gaat met een
toename van het risico op herpes zoster, en of de mono
klonale antilichamen infliximab en adalimumab een gro
ter herpes zosterrisico inhouden dan etanercept. Onder
de nieuwe antiTNFgebruikers (n = 33.324) stelden de
onderzoekers 310 herpes zosterinfecties vast (12,1/1.000
patiëntjaren voor reumatoïde artritis; 11,3/1.000 patiënt
jaren voor inflammatoire darmziekten en 4,4/1.000 pa
tiëntjaren voor psoriasis, psoriasisartritis en spondylitis
ankylosans). Het gebruik van corticoïden ( 10mg/dag)
bij opstarten van antiTNF ging gepaard met een groter
risico dan nietgebruik, voor de verschillende ziektebeel
den (hazard ratio 2,13; 95%betrouwbaarheidsinterval
1,64 2,75). Voor patiënten met reumatoïde artritis was
de gecorrigeerde incidentie vergelijkbaar bij het opstarten
van antiTNF en van non-biologicalstherapie, en ook ver
gelijkbaar voor de drie bestudeerde antiTNF's.
De auteurs concluderen dat het opstarten van antiTNF
therapie bij patiënten met reumatoïde artritis of andere
inflammatoire aandoeningen niet gepaard gaat met een
hoger risico op herpes zoster dan de opstart van non-biolo-
gicals
in deze populatie.
Burt r, oliveira m, shah s. Cardiac involvement and treatment-related mortality after non-
myeloablative haemopoietic stem-cell transplantation with unselected autologous peripheral
blood for patients with systemic sclerosis: a retrospective analysis. lancet 2013;381:1116-24.
winthrop k, Baddley j, Chen l, et al. association between the initiation of anti-tumor necrosis
factor therapy and the risk of herpes zoster. jama 2013;309:887-95