![]() een zeer hoog risico op heupfractuur lopen (1). We komen hier niet terug op de kosten van die fracturen voor de maatschappij of op de gevolgen van slechte therapietrouw (2). We willen er wel even aan herinneren dat de therapietrouw direct correleert met de frac- tuurremmende werkzaamheid van de osteo- poroseremmer (3). sumab de botdichtheid van de wervels met 10,1% en die van de heup met 5,7%. So- crates Papapoulos (Leiden) stelde vast dat dat effect tijdens de extensiefase nog toenam tot respectievelijk 15,2% en 7,5% na nog eens 3 jaar behandeling. Bij de patiënten in de pla- cebogroep steeg de botdichtheid met respec- tievelijk 9,4% en 4,8% na overschakeling op denosumab (4). Beter nog, de incidentie van nieuwe wervel- en andere fracturen bleef in alle subgroepen zeer laag tijdens de exten- siefase (4). Het aantal bijwerkingen "bleef laag en was vooral niet cumulatief", merkte hij op. Een ander voordeel van denosumab is dat het de incidentie van heupfracturen bij patiënten met een zeer hoog risico significant verlaagt (5) en dat effect bleef gehandhaafd in de extensiefase, ook bij vrouwen ouder dan 75 jaar (4). Eenzelfde resultaat werd bekomen zonder verandering van het aantal bijwerkin- gen, ongeacht de subgroep. "We kunnen dus concluderen dat denosumab doeltreffend blijft in de wervels, de heupen en elders, dat de botdichtheid gestaag toeneemt op alle onderzochte plaatsen en dat het zeer goed wordt verdragen." corticale bot wervel- en andere fracturen bij vrouwen ou- der dan 75 jaar, maar verlaagt de incidentie van heupfracturen niet significant (6). "Dat is waarschijnlijk toe te schrijven aan het feit dat de toename van de botdichtheid snel een plateau bereikt als bisfosfonaten worden ge- bruikt (6), merkte Serge Ferrari (Genève) op, wat niet zo is met denosumab (4)." Deno- sumab is de osteoporoseremmer waarvan het gunstige effect op het fractuurrisico het best kan worden verklaard door een verande- ring van de botdichtheid (7). "QCT toont aan waarom denosumab zo speciaal is. Bij ana- lyse van de verschillende botcompartimenten werd immers aangetoond dat denosumab ook en significant inwerkt op het corticale bot (9, 10)." Dat gunstige effect is waarschijnlijk de endosteale porositeit vermindert en zo het hele bot, zowel het corticale als het trabecu- laire bot, verbetert, wat niet het geval is met zoledroninezuur. Zoledroninezuur oefent zijn effect vooral uit op het trabeculaire bot (12). patiënten die al een behandeling hebben gekregen met alendronaat, significant meer stijgt bij overschakeling op denosumab dan bij overschakeling op een oraal bisfosfonaat. sterker corticaal en trabeculair bot kenmer- ken de specificiteit van denosumab binnen de groep van de osteoporoseremmers. Dat uit zich in gunstige effecten op alle plaatsen: de wervels, plaatsen buiten de wervels en de heupen en op alle leeftijden, ook boven de leeftijd van 75 jaar, concludeerden de ex- perts bij monde van John Kanis (Edinburgh), voorzitter van de sessie. 1. 1964-3. Published online: 15 march 2012. 9. 11. mcClung m, et al. J Clin Densitom. 2012 may 8. [Epub ahead 13. roux C, et al. aSBmr 2012. abstract#1228. 14. recknor C, et al. aSBmr 2012. abstract#Fr0388. gepresenteerd. Daarbij werd aangetoond dat denosumab de botdichtheid in de wervels en de heupen na 6-8 jaar blijft verhogen en de incidentie van patiënten, ook bij 75-plussers en na behandeling met bisfosfonaten. Het is nu ook bewezen dat denosumab een effect heeft op het corticale bot. Een samenvatting van het satellietsymposium dat door de firma Amgen werd gehouden tijdens het ESCEO- 13IOF-congres in Rome op 18 april 2013. |