![]() zine en desloratadine) behoren tot klasse B en kunnen de hele zwangerschap wor- den gebruikt. Opgelet voor het sedatieve effect van bepaalde antihistaminica op baby's van moeders die borstvoeding meer risico's in dat de lokale varianten. Er zijn weinig gegevens beschikbaar over het gebruik ervan tijdens de zwanger- schap. Ze moeten dan ook worden ver- meden. Terbinafine is een geneesmiddel van ca- tegorie B en de eerste systemische be- handeling voor een infectie met derma- tofyten tijdens de zwangerschap als die infectie een systemische behandeling vereist. Griseofulvine en imidazolen behoren alle- maal tot categorie C. In dierstudies bleek griseofulvine aanleiding te geven tot een verhoogd risico op skeletafwijkingen en afwijkingen van het CZS, en op in utero overlijden. Bepaalde studies wijzen ook op een verhoogd risico op een Siamese tweeling. Ketoconazol kan de synthese van andro- genen inhiberen, wat het risico op seksu- ele ambiguïteit verhoogt voor foetussen van het mannelijke geslacht. Het kan ook een invloed hebben op de progesteron- secretie en interfereren met de vroege zwangerschap en de implantatie. Itraconazol en fluconazol, van catego- rie C, zijn uitgebreid onderzocht in co- hortstudies, die geen teratogeniciteit bij mensen aan het licht brachten. Bij dieren werden wel teratogene effecten vastge- steld. Rapporten over de teratogene effecten van fluconazol spreken elkaar tegen. Be- perkte gegevens suggereren dat continue dagelijkse doses van 400mg/dag of meer tijdens het eerste trimester teratogeen zouden kunnen zijn. Het risico op een ongunstige afloop voor de foetus na lage doses over een korte periode lijkt laag te zijn (1, 2, 12). geen verhoogde incidentie is vastgesteld van aangeboren misvormingen bij ge- bruik tijdens de zwangerschap. Het mag echter enkel worden gebruikt in geval Een hogere concentratie aciclovir wordt teruggevonden in de moedermelk, maar bij mensen is geen enkel schadelijk effect aangetoond. Voor famciclovir en valaciclovir, eveneens van klasse B, zijn de gegevens beperkter. studies hebben teratogene effecten aan het licht gebracht, maar dan in doses die ook toxisch waren voor het moederdier. Er zijn echter veel en geruststellende ge- gevens over het gebruik ervan bij zwan- gere vrouwen (27). Ivermectine wordt in lage concentraties uitgescheiden in de moedermelk. Een onderzoek van artikels rechtvaardigt het gebruik van ivermectine bij vrouwen die borstvoeding geven als het kind ouder is dan 7 dagen. chloroquine zijn de bloedconcentraties in de navelstreng vergelijkbaar met die bij de moeder. De gegevens die zijn ge- publiceerd over zwangere vrouwen die werden blootgesteld aan hydroxychlo- roquine zijn talrijk en geruststellend. Er werden geen specifieke aangeboren af- wijkingen vastgesteld. Tot op vandaag is geen enkel oftalmologisch effect gevon- den bij de follow-up van in utero bloot- gestelde kinderen. Het is aangetoond dat de stopzetting van hydroxychloroquine lupus kan uitlokken. De meeste specia- listen raden dan ook aan om de behan- deling gedurende de volledige zwanger- schap voort te zetten (28). Ondanks de weinige gepubliceerde gegevens wordt de toediening van hydroxychloroquine soms voortgezet tijdens de borstvoe- dingsperiode. Tot op vandaag is nog geen enkel specifiek voorval in het bijzonder oftalmologisch vastgesteld bij kinderen die borstvoeding kregen. De hoeveelheid hydroxychloroquine die de baby via de melk binnenkrijgt, is klein: het kind krijgt minder dan 2% van de dosis van de moe- der binnen. moet als eerste geneesmiddel worden gebruikt in de behandeling van pijn bij zwangere vrouwen. neesmiddelen (NSAID's) behoren tot klasse B. Ze worden beschouwd als klasse D als ze worden gebruikt tijdens het der- de trimester van de zwangerschap omdat er associaties zijn gerapporteerd met oli- gohydramnion en een vroegtijdige slui- ting van het arteriële kanaal. C en kunnen aanleiding geven tot een ri- sico op neonatale respiratoire depressie en een risico op neonatale ontwennings- verschijnselen. ale moment voor een dermatologische operatie zich in de loop van het 2 24) of na de bevalling om een risico op een miskraam of een vroeggeboorte te vermijden (1). ging om compressie van de vena cava door de zwangere baarmoeder te ver- mijden. Als deze houding niet mogelijk is, moet de voorkeur worden gegeven aan rechterzijligging boven rugligging. alcohol of chloorhexidine gebruikt. Po- vidonjood voor de slijmvliezen wordt beter vermeden omdat dit geassocieerd kan zijn met hypothyroïdie bij de foetus. tot klasse B en zijn niet geassocieerd met een verhoogd risico voor de foetus. Deze middelen houden enkel een risico in bij overdosering of intra-arteriële injectie (cardiaal risico of risico voor het CZS). potentiële risico wordt gecompenseerd door een lagere kans op bloedingen. Het kan aanleiding geven tot een afname van de bloeddoorstroming in de baarmoeder maar de hoeveelheden die in de derma- tologie worden gebruikt, zijn meestal klein (1). |