background image
15
GUNAIKEIA
VOL 18 Nr 2
2013
waargenomen tijdens de zwangerschap. De auteurs con-
cludeerden dat een zwangerschap bij een vrouw met een
ANCA-positieve vasculitis in remissie het risico op relaps
niet blijkt te verhogen. Overleg, een zorgvuldig beleid en
een frequente follow-up zijn essentieel.
De zwangerschap bij onze patiënte hield vier grote risico's
in:
- repercussies van de ziekte op de foetus: `contami-
natie' van de foetus door autoantistoffen van de
moeder;
- risico op pre-eclampsie;
- repercussies van de aandoening en de behandeling
ervan op de foetus;
- repercussies van de zwangerschap op de ziekte.
`Contaminatie' van de foetus door
autoantistoffen van de moeder
In de literatuur zijn meerdere zwangerschappen bij vrou-
wen met een MPA beschreven, met een wisselende afloop.
Sommige auteurs beschrijven een transfer van ANCA van
moeder op foetus met een pneumorenaal syndroom bij de
pasgeborene als gevolg. Dat wijst erop dat ANCA's een im-
munopathogene rol hebben (6, 7), wat ook wordt beves-
tigd door andere studies (3, 8). Andere auteurs (5, 9) heb-
ben een overdracht van antistoffen van de moeder naar de
foetus gerapporteerd zonder symptomen van vasculitis bij
het kind. Die auteurs vragen zich dan ook af of de auto-
antistoffen wel een rechtstreekse pathogene rol spelen. Zij
stellen dat de ziekte pas zal optreden indien er nog an-
dere cofactoren zijn zoals een genetische aanleg, en dat
de ANCA's dan pas pathogeen zouden worden. Mogelijk
spelen microbiële factoren ook een rol (3).

Heeft het zin om de ANCA-titer te volgen? Zoals al gezegd,
hebben meerdere auteurs vragen bij de immunopathogene
rol van ANCA's (3, 8). Bepaling van de ANCA's heeft maar
zin als dat iets zegt over de prognose (of diagnose) van de
aandoening wat de moeder en de foetus betreft. Voor zo-
ver ons bekend, is het niet duidelijk of schommelingen van
de ANCA-titer een voorspellende waarde hebben (3, 10).
Er zou echter wel een verband kunnen bestaan tussen een
stijging van de Pr3-ANCA-titer en het optreden van een
recidief (3, 10) en een persisterende ANCA-titer na remis-
sie zou gepaard kunnen gaan met een hoger risico op
recidief (3).
In de studie van Tuin
et al (5) werd de ANCA-titer regel-
matig gecontroleerd. tijdens slechts vijf van de 20 zwan-
gerschappen was de ANCA-titer onmeetbaar laag bij de
bevruchting, maar de titer is tijdens alle zwangerschap-
pen stabiel gebleven, behalve bij één patiënte bij wie de
titer nogal schommelde; die patiënte heeft een recidief
ontwikkeld na 28 weken zwangerschap.
In die studie werd de ANCA-titer niet bepaald bij de
pasgeborenen omdat ze geen tekenen of symptomen van
vasculitis vertoonden.
Als een pneumorenaal syndroom zou worden vermoed
bij een pasgeborene, zou het beleid kunnen worden ge-
volgd dat wordt beschreven in de
case report van Bansal
en tobin (7): de behandeling starten met hydrocortison
3mg/kg en die dosering snel afbouwen over 3 weken en
wisseltransfusie.
Pre-eclampsie
Pre-eclampsie is een mogelijke complicatie van de zwan-
gerschap en kan gevaarlijk zijn voor de moeder én het
kind (convulsies, eclampsie, loslating van de placenta,
vroeggeboorte, intra-uteriene groeiachterstand, acuut
long oedeem, hematoom onder het leverkapsel, hersen-
bloeding, HEllP-syndroom, diffuse intravasale stolling...).
Bij onze patiënte had zich dat kunnen uiten in een toe-
name van de proteïnurie, een plotselinge verergering van
de AHt en de proteïnurie of optreden van andere tekenen
en symptomen van pre-eclampsie na 20 weken zwanger-
schap. Er moet dus bijzonder goed worden gelet op teke-
nen en symptomen van pre-eclampsie, zoals verergering
van de proteïnurie, AHt, bandvormige buikpijn, hoofdpijn,
nausea, braken, oedeem, scotomen, epistaxis...
De oorzaak van pre-eclampsie is nog altijd niet ontrafeld,
maar wel zijn enkele risicofactoren bekend: placentaire
factoren (hyperplacentose, abnormale inplanting), gene-
tische aanleg (familiale antecedenten), eerste zwanger-
schap, vaatlijden bij de moeder, auto-immuunziekte. 20%
van de vrouwen met een chronische AHt ontwikkelt een
pre-eclampsie (11).
Onze patiënte vertoonde drie risicofactoren voor pre-
eclampsie: eerste zwangerschap, vaatlijden (AHt, MPA) en
terrein van auto-immuniteit (MPA).
Een belangrijk punt bij onze patiënte was de AHt. Ondanks
de verschillende behandelingen bleef de bloeddruk moei-
lijk onder controle te houden. In de studie van tuin (5),
Pre-eclampsie is een mogelijke
complicatie van de zwangerschap en
kan gevaarlijk zijn voor de moeder én
het kind (convulsies, eclampsie, loslating
van de placenta, vroeggeboorte, intra-
uteriene groeiachterstand, acuut
longoedeem, hematoom onder het
leverkapsel, hersenbloeding, HEllP-
syndroom, diffuse intravasale stolling...).