![]() screenen. Een te vroege screening kan echter fout-negatieve uitkomsten geven bij genetische aandoeningen waarvan het fenotype zich pas na verloop van tijd manifesteert. Meestal wordt de screening uitgevoerd op de leeftijd van 12-14 jaar. netische aandoeningen (bv. hypertrofische cardiomyopathie) wordt een screeningonderzoek aanbevolen om de 2 jaar tot de leeftijd van 20 jaar en daarna om de 5 jaar tot de leeftijd van 35 jaar. zorgvuldig lichamelijk onderzoek. De arts moet goed letten op alarm- tekenen zoals pijn in de borstkas bij inspanning, ongewone kortade- migheid, hartkloppingen en een syncope tijdens volle inspanning of net na de inspanning. Er is veel discussie over de vraag of er aanvullende onderzoeken moeten worden uitgevoerd en meer bepaald een ecg. Sommigen beperken zich tot een eenvoudige klinische screening met anamnese en lichamelijk onderzoek zonder aanvullende onderzoeken. Dat is de houding van de amerikaanse wetenschappelijke verenigingen, die in 1996 een 12 puntenscreening hebben voorgesteld (2) (Tabel 4). de lage prevalentie van hartaandoeningen die een plotselinge dood veroorzaken; oorzaken en waarvoor dan weer dure aanvullende onderzoeken worden uitgevoerd, mogelijk ook bij gezonde sporters; dilatatie van de aorta, catecholaminerge tachycardie); die nodig zijn voor die screening; sporten (?). meer gedetailleerde vragenlijst dan het amerikaanse protocol en vullen die aan met een ecg (Europese vereniging voor cardiologie, Internatio- naal Olympisch Comité, FIFa...) (3-5). Er zijn tal van argumenten pro uitvoering van een ecg: van de risicopersonen; zeldzaam en kunnen worden behandeld (minder lichamelijke in- spanning, medicamenteuze behandeling, chirurgie, inplanting van een defibrillator). Het eerste symptoom van veel van die aandoe- ningen is plotselinge dood en dan kan je de diagnose natuurlijk niet meer stellen; onderzoek. Zo is het ecg abnormaal bij 95% van de patiënten met een hypertrofische cardiomyopathie; QT, kort QT, brugada, aV-blok); kost een ecg momenteel 17,53 euro); artsen competentie inzake elektrocardiografie te vragen met vooral een goede kennis van de bijzonderheden van het ecg bij jongeren en sporters. De artsen zouden het ecg moeten interpreteren vol- gens de criteria van Seattle, die recentelijk werden gepubliceerd (Tabel 5) (6); sitieve uitkomsten bij andere screeningonderzoeken (borstkanker...); voege is, is de sterfte bij sporters gedaald met 89% (7). 7% van |