![]() dentie gebaseerd medisch kader waarin robotchirurgie het best tot haar recht komt, en aan de medici om de patiën- ten de beste zorg te bieden tegen te verantwoorden kosten." robotica in abdominale chirurgie' dingt Bert Dhondt mee naar de Vlaamse Scrip- tieprijs 2013, een initiatief van Scriptie vzw. De prijsuitreiking vindt plaats op centrum in Hasselt. Troisi, copromotor prof. dr. Yves Van Nieuwenhove, `De stand van zaken van robotica in abdominale chirurgie', Scriptie 2 het remgeld betaald door de actieve patiënt). fi lmomhulde tablet bevat respecti evelijk 5 mg, 10 mg donepezilhydrochloride, equivalent aan 4,56 mg, 9,12 mg donepezil. 3. FARMACEUTISCHE VORM Filmomhulde tablet. 4. THERAPEUTISCHE INDICATIES De symptomati sche behandeling van licht tot mati g ernsti ge Alzheimerdementi e. 5. DOSERING EN WIJZE VAN TOEDIENING Volwassenen/ Ouderen: De behandeling wordt ingesteld met een dosis van 5 mg/dag (eenmaal daagse toediening). Donepezil EG® moet `s avonds oraal worden ingenomen, onmiddellijk voor het slapen gaan. De dosis van 5 mg/dag dient minstens een maand te worden aangehouden, teneinde de eerste klinische reacti es op de behandeling te kunnen evalueren en de steady-state concentrati es van donepezilhydrochloride te bereiken. Afh ankelijk van de klinische evaluati e van de behandeling na toediening van 5 mg/dag gedurende een maand kan de dosis donepezilhydrochloride verhoogd worden tot 10 mg/dag (eenmaal daagse toediening). De maximale aanbevolen dagdosis is 10 mg. Doses van meer dan 10 mg/dag werden niet onderzocht in klinische studies. De behandeling moet ingesteld en gesuperviseerd worden door een arts met ervaring in de diagnose en behandeling van Alzheimerdementi e. De diagnose moet gesteld worden volgens aanvaarde richtlijnen (bijv. DSM IV, ICD 10). Een behandeling met donepezilhydrochloride mag alleen worden ingesteld indien een zorgverstrekker beschikbaar is die regelmati g zal toezien op het gebruik van het geneesmiddel door de pati ënt. De onderhoudsbehandeling kan worden voortgezet zolang er een therapeuti sch voordeel is voor de pati ënt. Daarom dient het klinische voordeel van donepezilhydrochloride regelmati g opnieuw te worden geëvalueerd. Stopzetti ng van de behandeling dient overwogen te worden wanneer er geen aanwijzingen meer zijn voor een therapeuti sch eff ect. De individuele reacti e op donepezilhydrochloride kan niet worden voorspeld. Na het staken van de behandeling wordt een geleidelijke vermindering van de gunsti ge eff ecten van Donepezil EG® gezien. Nier- en leverinsuffi ciënti e: Aangezien de klaring van donepezilhydrochloride door nierinsuffi ciënti e niet beïnvloed wordt, kan voor pati ënten met deze aandoening een zelfde doseringsschema worden toegepast. Gezien de mogelijk verhoogde blootstelling bij lichte tot mati ge leverinsuffi ciënti e, dient de dosisescalati e plaats te vinden in functi e van de individuele toleranti e. Er zijn geen gegevens beschikbaar voor pati ënten met ernsti ge leverinsuffi ciënti e. Kinderen en adolescenten: Donepezil EG® wordt niet aanbevolen voor het gebruik bij kinderen en adolescenten. 6. CONTRA-INDICATIES Overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel donepezilhydrochloride, piperidinederivaten of voor één van de hulpstoff en. 7. BIJWERKINGEN De meest voorkomende bijwerkingen zijn diarree, spierkrampen, vermoeidheid, misselijkheid, braken en slapeloosheid. De bijwerkingen die in meer dan een geïsoleerd geval gemeld werden, zijn hieronder per systeem/orgaanklasse en frequenti e opgenomen. De frequenti es zijn als volgt gedefi nieerd: zeer vaak ( 1/10), vaak ( 1/100, < 1/10), soms ( 1/1.000, < 1/100), zelden ( 1/10.000, < 1/1.000), zeer zelden (< 1/10.000) en niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald). Infecti es en parasitaire aandoeningen: Vaak: Verkoudheid. Voedings- en stofwisselingsstoornissen: Vaak: Anorexie. Psychische stoornissen: Vaak: Hallucinati es**, agitati e**, agressief gedrag**. Zenuwstelselaandoeningen: Vaak: Syncope*, duizeligheid, slapeloosheid. Soms: Epilepti sch insult*. Zelden: Extrapiramidale symptomen. Hartaandoeningen: Soms: Bradycardie. Zelden: Sino-atriaal blok, atrioventriculair blok. Maagdarmstelselaandoeningen: Zeer vaak: Diarree, misselijkheid. Vaak: Braken, buikklachten. Soms: Gastro-intesti nale bloeding, maagdarmzweren. Lever- en galaandoeningen: Zelden: Leverdysfuncti e waaronder hepati ti s***. Huid- en onderhuidaandoeningen: Vaak: Uitslag, pruriti s. Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen: Vaak: Spierkrampen. Nier- en urinewegaandoeningen: Vaak: Urinaire inconti nenti e. Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen: Zeer vaak: Hoofdpijn. Vaak: Vermoeidheid, pijn. Onderzoeken: Soms: Lichte toename van de serumconcentrati e van creati nekinase. Letsels, intoxicati es en verrichti ngscomplicati es: Vaak: Ongeval. *Bij het onderzoek van pati ënten met syncope of epilepti sche insulten moet de mogelijkheid van hartblok of lange sinusale pauzes overwogen worden. **Gevallen van hallucinati es, agitati e en agressief gedrag verdwenen bij dosisverlaging of stopzetti ng van de behandeling. ***In gevallen van onverklaarbare leverdysfuncti e dient het staken van Donepezil EG® te worden overwogen. 8. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN Eurogenerics NV. 9. NUMMERS VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN 5 mg: BE362153. 10 mg: BE362162. 10. AFLEVERING Op medisch voorschrift . 11. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST 06/2013. nieuwe driejarige overeenkomst tussen de Belgische Associatie van Urologie (BAU) en het Riziv van kracht over de voorlopige tegemoetkoming in de kosten van het gebruiksmateriaal bij endoscopisch uitgevoerde robotgeassisteerde radicale prostatectomieën. Volgens dat akkoord hebben patiënten recht op een tegemoetkoming in de kosten als de ingreep plaatsvindt in een van de `gemachtigde verplegingsinrichtingen'. Een ziekenhuis is `gemachtigd' als het een dienst urologie heeft met tenminste 3 VTE-urologen. Op zijn minst 2 van die urologen moeten ervaring hebben met het routinematig uitvoeren van endoscopische robotgeassisteerde radicale prostatectomieën en met een erkend zorgprogramma oncologie. Ze moeten dus een specifieke opleiding gevolgd hebben voor het werken met een robot en al minimum 25 robotgeassisteerde prostatectomieën achter de rug hebben als `hoofdoperator'. Voor de aanvang van dit jaar hadden patiënten die een robotgeassisteerde radicale prostatectomie ondergingen al recht op terugbetaling via de verplichte verzekering (sinds 1 oktober 2009). Dat vorige akkoord liep eind vorig jaar ten einde en werd meteen vernieuwd tot 31 december 2016. Daarmee gaven de betrokken partijen stilzwijgend toe dat sinds het afsluiten van de eerste overeenkomst in 2009, geen afdoende bewijs geleverd was voor de meerwaarde van robotassistentie bij radicale prostatectomieën. Het vernieuwde akkoord maakt verder onderzoek nu mogelijk. Ten laatste tegen 1 juni 2016 moeten de BAU en de verzekeringsinstellingen een uitgebreid eindrapport opstellen met de verzamelde gegevens over de robotgeassisteerde radicale prostatectomieën in ons land. Via een werkgroep zal dat rapport bij de Technische Raad voor Implantaten belanden, die aan de hand daarvan een al dan niet een definitieve regeling over de terugbetaling zal uitwerken. markt moet ervoor zorgen dat de kostprijs naar beneden gaat. Die concurrentie is essentieel voor de toekomst van de technologie in de gezondheidszorg. |