background image
9
GUNAIKEIA
VOL 18 Nr 8
2013
van de eileider met daardoor een grote, oedemateuze
hemato salpinx (
Figuur 2A). De torsie wordt opgeheven
en de rechtereileider wordt verwijderd. Pathologisch-
anatomisch onderzoek toont een eileider van 9cm lang
met een zeer oedemateus en gestuwd paviljoen van 3cm
lang. Het histologisch onderzoek toont geen tumor of
ontstekingsinfiltraat. De isthmus van de eileider vertoont
geen bijzonderheden.
Klinische casus 2
Een 45-jarige patiënte (G3P3) komt op spreekuur wegens
buikpijn sinds 6 dagen en koorts tot 38°C. Er werd 22 jaar
geleden een laparoscopie uitgevoerd wegens een appen-
dicitis en 4 jaar geleden voor een sterilisatie met clips van
Hulka-Clemens. Bij gynaecologisch onderzoek is de holte
achter de vagina gevoelig. De baarmoeder is pijnlijk bij mo-
bilisatie. Een intravaginale echografie toont een cystisch
beeld van 9cm in de douglasholte. De ovaria zijn goed te
zien. Het laboratoriumonderzoek toont geen bijzonderhe-
den. Wegens de koorts met vermoeden van super infectie
wordt een behandeling met antibiotica gestart (cefuroxim
500mg 2x/d gedurende 5 dagen).
De klachten verdwijnen snel en gezien de stabiele resulta-
ten bij beeldvormingsonderzoek wordt een ovariostatische
behandeling met lynestrenol voorgeschreven in afwach-
ting van een MrI en diagnostische laparoscopie.
Enkele dagen later meldt de patiënte zich op de spoedge-
vallendienst wegens een recidief van pijn in het hypogas-
trium onder lynestrenol. De echografie toont een hypo-
echogeen beeld van de adnex van 7cm met een biloculair
beeld van 4cm. Gezien het recidief van de pijn wordt een
laparoscopie gepland.
De laparoscopie toont een drievoudige, geïsoleerde steel-
draai van de rechtereileider met een spontane scheur in
het proximale gedeelte van de eileider tussen de baarmoe-
der en de clips (
Figuur 2B). rechts is er een hemosalpinx
van ongeveer 7cm met een normaal ovarium. Er zijn geen
vergroeiingen of andere intra-abdominale letsels te zien
bij laparoscopie. De eileider wordt verwijderd.
Bij bacteriologisch onderzoek van de hemosalpinx wor-
den geen kiemen teruggevonden, maar het pathologisch-
anatomisch onderzoek toont een chronische salpingitis.
De wand van de eileider is abnormaal en fibreus en ver-
toont een chronisch ontstekingsinfiltraat met zeldzame
siderofagen.
Klinische casus 3
Een 39-jarige patiënte meldt zich wegens buikpijn met een
belangrijke peritoneale prikkeling. Het laboratoriumonder-
zoek toont geen bijzonderheden. Er is geen inflammatoir
syndroom. Een echografie toont een vochtcollectie. Gezien
dat beeld en de kliniek wordt een diagnostische laparosco-
pie uitgevoerd. We vinden een geïsoleerde steeldraai van
de linkereileider, die driemaal gedraaid is. De torsie werd
veroorzaakt door een terminale sessiele hydatide in een
vergroeiing tussen de achterzijde van het ligamentum la-
tum en het ovarium met vorming van een fibreuze brug
(
Figuur 2C).
De eileider is rond die brug gedraaid en is volledig genecro-
seerd aan de ingang. Na doorknippen van de brugvormige
vergroeiing krijgt de eileider zijn normale kleur niet terug.
Daarom wordt beslist de linkereileider te verwijderen.
Pathologisch-anatomisch onderzoek toont een belangrijke
segmentale stuwing van de hele wand van de eileider met
een histologisch beeld dat volledig strookt met torsie-
verschijnselen. Er is geen ander letsel te zien.
Figuur 2: Laparoscopisch beeld van een geïsoleerde torsie van de eileider. Figuur 2A: geïsoleerde torsie van de eileider met een grote hematosalpinx;
figuur 2B: spontane ruptuur van de proximale eileider als gevolg van de geïsoleerde steeldraai; figuur 2C: spontane torsie van de eileider op terminale
sessiele hydatide in een vergroeiing op de achterzijde van het ligamentum latum en het ovarium, met vorming van een fibreuze brug.