background image
I
17
De Specialist
13-2
13 februari 2013
www.despecialist.eu
D
e problemen waarmee jonge meisjes en adolescenten geconfronteerd kunnen worden,
zijn talrijk. "Denk maar aan hormonale stoornissen, de menstruatiecyclus bij meisjes
met anorexia nervosa, soa's en anatomische afwijkingen",
somt prof. dr. Martine Cools
(pediatrie, kinder- en adolescentenendocrinologie en diabetologie) op. "Zij konden vroeger
uiteraard ook al terecht in het UZ Gent, maar nu is er een raadpleging voorzien die specifiek voor
hen bedoeld is."
"Jonge meisjes konden in de vrouwenkliniek terecht, tussen andere patiënten door. Dat was
toch een drempel? Daarom hebben we besloten om gerichte consultaties voor kinder- en
adolescentengynaecologie te organiseren",
vult prof. dr. Kristien Roelens aan. Als de jonge
meisjes en adolescenten al in de `normale' vrouwenkliniek terecht konden, wat verandert
er dan? "De klemtoon ligt -- nog sterker dan in de normale afdeling gynaecologie -- op
de multidisciplinaire aanpak. Voor adolescenten komt er wekelijks een apart consult in de
Vrouwenkliniek, tenzij ze liever naar de polipediatrie komen. En voor meisjes jonger dan 12 is er
voortaan wekelijks een gynaecologisch consult op de polipediatrie. De setting is niet onbelangrijk",

zegt dr. Mireille Merckx, een ervaren en gespecialiseerde kindergynaecologe die mee instaat
voor de raadplegingen.
"Communicatie is erg belangrijk, zowel met het kind als met de ouders. In een kindvriendelijke
omgeving voelen meisjes zich meer op hun gemak. Terwijl je met hen praat over hun leefwereld
doe je de nodige onderzoeken. Zoiets moet je leren. Ik hoop dan ook dat ik geïnteresseerde jongere
collega's nog wat tips kan bijbrengen",
aldus Merckx.
Filip Ceulemans
V
oor het project werkt het UZA samen met het Britse NHS Institute for Innovation and
Improvement
. Door in dit project te stappen -- als allereerste ziekenhuis in België --
hoopt het UZA een JCI-accreditering in de wacht te slepen. Deze accreditering staat
voor de hoogst mogelijke kwaliteitsstandaard die men kan nastreven en wordt uitgereikt door
de Joint Commission International. Het ziekenhuis startte ongeveer anderhalf jaar geleden, in
september 2011 met de implementatie van het programma. Het kent een totale doorlooptijd
van twee tot tweeënhalf jaar. Binnen deze periode zal het programma op maar liefst
24 verpleegeenheden toegepast worden.
Kleurcodering
Het programma is modulair opgebouwd. In de basismodules ligt de focus op meting,
opvolging en verbetering van prestatie-indicatoren tijdens de wekelijkse teammeetings van de
verpleegafdeling. Daarvoor worden verschillende visuele tools gebruikt. Men meet bijvoorbeeld
de tijd die men aflegt tussen verschillende punten en brengt de processen visueel in kaart.
Verder worden de afdelingsruimtes efficiënter en veiliger georganiseerd. Daarbij wordt
aandacht besteed aan de juiste plaatsing van materiaal en kleurcoderingen. Ook werd er een
digitale visualisatietool ontwikkeld die de status van gehospitaliseerde patiënten toont, wat
de patiëntveiligheid verhoogt. Dankzij deze tool moeten verpleegkundigen elkaar ook minder
storen met vragen over een patiënt.
Bottom-up
Essentieel bij de implementatie van het programma is de bottom-up benadering, waarbij de
ervaring en de competenties van de medewerkers optimaal benut worden. Het verpleegteam
haalt zelf probleemgebieden aan, plant verbeteracties, ontwikkelt standaarden en volgt ze
op. Dankzij het volgen van een verbetercyclus vermijdt men overhaaste of ondoordachte
verbeteracties. Deze aanpak draagt eveneens bij tot een aantrekkelijke werkomgeving voor de
medewerkers, waarin eigen initiatief en ontwikkeling wordt aangemoedigd.
Onderzoek in het Verenigd Koninkrijk toont aan dat dankzij dit programma het aandeel dat
verpleegkundigen aan directe patiëntenzorg (aan het bed) besteden stijgt, de gemiddelde
hospitalisatieduur verkort, ziekteverzuim vermindert en het aantal ziekenhuisinfecties afneemt.
Ook het aantal klachten van patiënten daalt en de patiënttevredenheid stijgt.
In het UZA zijn de eerste resultaten zichtbaar op volgende domeinen: processen worden
geoptimaliseerd waardoor er meer tijd vrijkomt voor de patiënten en minder tijd wordt
verloren aan het over en weer lopen; er wordt bespaard op voorraden door ze beter af te
stemmen op de vraag; dankzij kleurcoderingen vindt men het materiaal onmiddellijk terug.
Door de prestaties continu op te volgen zijn de verpleegkundige teams zich ook meer bewust
van de zorgkwaliteit op de eigen afdeling.
Filip Ceulemans
JS0372N
SAMENWERKING MET NHS
UZA gaat voor JCI-accreditering
Om de zorgkwaliteit in het ziekenhuis verder en continu te
verbeteren, introduceerde het UZA in Antwerpen het initiatief
`productive ward, releasing time to care'. Met dit initiatief slaagt het
ziekenhuis erin de kwaliteit, de veiligheid en de tevredenheid van
medewerkers op de verpleegafdelingen significant te verhogen.
Dat gebeurt door `niet-waardetoevoegende' activiteiten af te
schaffen en ruimtes op de verpleegafdelingen efficiënter in te richten.
De verpleegteams zelf hebben hierbij een dikke vinger in de pap.
ZIEKENHUIS ACHTER DE SCHERMEN
UZ GENT RICHT ZICH OP KINDEREN EN ADOLESCENTEN
Gynaecologie op maat
Het UZ Gent startte begin dit jaar met een afzonderlijke
polikliniek kinder- en adolescentengynaecologie. Deze gerichte
gynaecologische raadplegingen zijn voornamelijk gericht op
jonge meisjes en adolescenten met te vroege of te late puberteit,
pijnlijke menstruatie, vaginale infecties en stoornissen in de
geslachtsontwikkeling.
JS0372BN
Essentieel bij de implementatie van het programma is
de bottom-up benadering, waarbij de ervaring en de
competenties van de medewerkers optimaal benut
worden. Het verpleegteam haalt zelf probleemgebieden
aan, plant verbeteracties, ontwikkelt standaarden en volgt
ze op.
I
17