één ziekenhuis op vier dat, gemiddeld genomen, het gewone bedrijfsresultaat daalt, maar dat er globaal een stijging is van het uiteindelijke resultaat dankzij toegenomen uitzonderlijke opbrengsten. "Door de iets sterkere stijging van de loonkosten in vergelijking met de omzet daalt het (structurele) gewone bedrijfsresultaat 99 die een negatief gewoon bedrijfsresultaat behaalden. In 2010 waren dat 30 en in 2008 20 instellingen. Het uitzonderlijke resultaat de toekenning van belangrijke inhaalbedragen die de ziekenhuizen nog te goed hadden uit het verleden (herziening tot boekjaar 2006), waardoor het uiteindelijke resultaat zullen afnemen, omdat vanaf boekjaar 2007 (volgende herziening) de nieuwe ziekenhuisfinanciering voor het eerst voor 100% zal ingaan. Door de nieuwe ziekenhuisfinanciering sluit het uitgekeerde budget immers dichter aan bij het budget waarop de ziekenhuizen recht hebben. Toch zullen er de komende jaren nog structureel belangrijke inhaalbedragen uitgekeerde vergoedingen in het verleden aan de ziekenhuizen in het kader van het sociaal akkoord onvoldoende waren." Wat het uiteindelijke resultaat van de ziekenhuizen betreft, stellen we sinds 2008 een stijging vast van het aantal ziekenhuizen dat in het rood gaat (zie grafiek op de cover). In 2010 waren ze met 18, in 2011 waren er dat al 15. sector van de algemene ziekenhuizen voor 91.447 voltijdse werkplaatsen zorgt. In dit cijfer zijn de artsen niet inbegrepen (met uitzondering van enkele algemene ziekenhuizen met een universitair karakter). Artsen hebben het statuut van een zelfstandige binnen algemene ziekenhuizen en worden dus niet weergegeven op de payroll van het ziekenhuis. In 2011 steeg het aantal VTE met 2,03%, ofwel een effectief aantal van 1.815 VTE. amlodipinebesilaat overeenkomend met 5 mg amlodipine. Elke harde capsule bevat amlodipinebesilaat overeenkomend met 10 mg amlodipine.Hulpstoffen: Voor een volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. en het Pfi zer-logo op de andere zijde. eenmaal daags 5 mg Amlor, te verhogen tot een maximumdosis van 10 mg, afhankelijk van de reactie van de individuele patiënt. Amlor is bij hypertensieve patiënten gebruikt in combinatie met een thiazidediureticum, alfablokker, bètablokker of een angiotensin converting enzyme inhibitor (ACE-remmer). Bij angina kan Amlor worden gebruikt als monotherapie of in combinatie met andere anti-anginale geneesmiddelen bij patiënten met angina die refractair is voor nitraten en/of voor geschikte doses bètablokkers. Er is voor Amlor geen dosisaanpassing nodig bij gelijktijdige toediening van thiazidediuretica, bètablokkers en ACE-remmers. Speciale patiëntgroepen Gebruik bij ouderen Amlor in gelijke doses gebruikt bij oudere of jongere patiënten wordt even goed verdragen. Voor ouderen worden normale doseringsschema's aanbevolen, maar verhogen van de dosering dient met voorzichtigheid te gebeuren (zie rubrieken 4.4 en 5.2). Leverinsuffi ciëntie Er is geen doseringsaanbeveling vastgesteld voor patiënten met een milde tot matige leverinsuffi ciëntie; daarom moet de dosis met zorg worden gekozen en beginnen aan de onderkant van het doseringsbereik (zie rubrieken 4.4 en 5.2). De farmacokinetiek van amlodipine is niet onderzocht bij ernstige leverinsuffi ciëntie. In patiënten met ernstige leverinsuffi ciëntie dient amlodipine met de laagste dosering geïnitieerd te worden en vervolgens langzaam verhoogd te worden. Nierinsuffi ciëntie Veranderingen in amlodipineplasmaconcentraties vertonen geen correlatie met de mate van nierinsuffi ciëntie, daarom wordt de normale dosering aanbevolen. Amlodipine is niet dialyseerbaar. Pediatrische patiënten Kinderen en adolescenten van 6 tot 17 jaar met hypertensie. De aanbevolen antihypertensieve orale dosis bij pediatrische patiënten van 6 tot 17 jaar is 2,5 mg eenmaal daags als startdosis, verhoogd tot 5 mg eenmaal daags als de beoogde bloeddruk na 4 weken niet is bereikt. Doses hoger dan 5 mg per dag zijn niet onderzocht bij pediatrische patiënten (zie rubrieken 5.1 en 5.2). Doses van 2,5 mg amlodipine zijn met dit product niet mogelijk. Kinderen onder de 6 jaar Er zijn geen gegevens beschikbaar. Wijze van toediening Harde capsule voor orale toediening shock (inclusief cardiogene shock), obstructie van het uitstroomkanaal van het linker ventrikel (bijv., ernstige aortastenose), hemodynamisch instabiel hartfalen na een acuut myocardinfarct. volgende bijwerkingen zijn waargenomen en gerapporteerd tijdens behandeling met amlodipine met de volgende frequenties: Zeer vaak ( (waaronder angstgevoelens), depressie: soms, Verwardheid: zelden, Somnolentie, duizeligheid, hoofdpijn (vooral aan het begin van de behandeling): vaak, Tremor, dysgeusie, syncope, hypo-esthesie, paresthesie: soms Hypertonie, perifere neuropathie: zeer zelden Visusstoornissen (waaronder diplopie): soms, Tinnitus: soms, Palpitaties: vaak, Myocardinfarct, aritmie (waaronder bradycardie, ventriculaire tachycardie en atriale fi brillatie): zeer zelden, Overmatig blozen: vaak, hypotensie: soms, Vasculitis: zeer zelden, Dyspneu, rhinitis: soms, Hoesten: zeer zelden, Buikpijn, misselijkheid: vaak, Braken, dyspepsie, veranderingen in de stoelgang (waaronder diarree en constipatie), droge mond: soms, Pancreatitis, gastritis, gingiva-hyperplasie: zeer zelden, Hepatitis, geelzucht, leverenzymen verhoogd*: zeer zelden, Alopecie, purpura, huidverkleuring, hyperhidrose, pruritus, huiduitslag, exantheem: soms, Angio-oedeem, erythema multiforme, urticaria, exfoliatieve dermatitis, Stevens-Johnson-syndroom, Quincke-oedeem, fotosensitiviteit: zeer zelden, Enkelzwelling: vaak, Artralgie, myalgie, spierkramp, rugpijn: soms, Urinelozingsaandoening, nycturie, toegenomen urinelozingsfrequentie: soms Impotentie, gynaecomastie: soms, Oedeem, vermoeidheid: vaak, Pijn op de borst, asthenie, pijn, malaise: soms, Gewichtstoename, gewichtsafname: soms. *meestal samenhangend met cholestase. Uitzonderlijke gevallen van extrapyramidaal syndroom zijn gerapporteerd. EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/HERNIEUWING VAN DE VERGUNNING A.Datum van eerste verlening van de vergunning: 07/07/1989 B. Datum van hernieuwing van de vergunning: 08/12/2003 OEX12N0014480-10/2012 ziekenhuizen voor een bedrag van 1,2 miljard euro (+9,01%). De toename is grotendeels te wijten aan investeringen in grotere (nieuwbouw)projecten. Het volstaat enkele ziekenhuizen te bezoeken om vast te stellen dat ze (bijna) allemaal grootschalige werken aan het uitvoeren zijn. Het investeringsniveau is nagenoeg identiek in Vlaanderen, Wallonië en Brussel. De experts van Belfius stellen eveneens bijna geen verschil vast in het investeringsvolume van openbare en privéziekenhuizen. "Uit de balans is af te leiden dat de investeringen in de eerste plaats werden gefinancierd met financiële langetermijnschulden die werden aangegaan bij de kredietinstellingen (+9,8%). Daarnaast hebben de instellingen ook weer in belangrijke mate aan autofinanciering gedaan. De vrije cashflow die de sector realiseerde (490 miljoen euro) werd hiervoor in belangrijke mate gebruikt (circa 400 miljoen euro)", zeggen de auteurs van de studie. Bovendien hebben de ziekenhuizen hun aangelegde voorzieningen sterk verhoogd met het oog op de pensioenproblematiek, waarmee vooral de openbare ziekenhuizen geconfronteerd worden. |