background image
Victoza
®
6 mg/ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen. Samenstelling: 6 mg/ml liraglutide (humaan glucagon-achtig
peptide-1 (GLP-1)-analoog, rDNA). Een voorgevulde pen bevat 18 mg liraglutide in 3 ml.
Farmaceutische vorm: Oplossing voor
injectie in een voorgevulde pen (injectie). Heldere, kleurloze, isotone oplossing; pH=8,15.
Indicatie: Victoza is geïndiceerd voor de
behandeling van volwassenen met type 2 diabetes mellitus om glykemische controle te bereiken: in combinatie met: metformine of
een sulfonylureumderivaat, bij patiënten bij wie onvoldoende glykemische controle werd bereikt bij maximaal verdraagbare
doseringen van monotherapie met metformine of een sulfonylureumderivaat of in combinatie met: metformine en een
sulfonylureumderivaat of metformine en een thiazolidinedion bij patiënten bij wie onvoldoende glykemische controle werd bereikt
bij een duale behandeling.
Dosering en wijze van toediening: Dosering: Ter verbetering van de gastro-intestinale verdraagbaarheid
is de startdosering 0,6 mg liraglutide per dag. Na ten minste één week dient de dosering te worden verhoogd naar 1,2 mg. Enkele
patiënten hebben naar verwachting baat bij een verhoging van de dosering van 1,2 mg naar 1,8 mg en op basis van klinische
respons, kan de dosering na ten minste één week worden verhoogd naar 1,8 mg om de glykemische controle verder te verbeteren.
Doseringen hoger dan 1,8 mg per dag worden niet aanbevolen. Victoza kan worden toegevoegd aan een bestaande behandeling
met metformine of aan een combinatiebehandeling met metformine en thiazolidinedion. De huidige dosis metformine en
thiazolidinedion kan ongewijzigd worden voortgezet. Victoza kan worden toegevoegd aan een bestaande behandeling met een
sulfonylureumderivaat of aan een combinatiebehandeling met metformine en een sulfonylureumderivaat. Als Victoza wordt
toegevoegd aan een behandeling met een sulfonylureumderivaat, moet een verlaging van de dosis sulfonylureumderivaat worden
overwogen om het risico op hypoglykemie te verlagen. Zelfcontrole van bloedglucosewaarden is niet nodig om de dosering van
Victoza aan te passen. Bij het starten van de behandeling met Victoza in combinatie met een sulfonylureumderivaat, kan zelfcontrole
van de bloedglucosewaarde echter nodig zijn om de dosis van het sulfonylureumderivaat aan te passen. Specifi eke doelgroepen:
Oudere patiënten (> 65 jaar): Er is geen dosisaanpassing nodig op basis van leeftijd. Er is beperkte therapeutische ervaring bij
patiënten 75 jaar. Patiënten met nierinsuffi ciëntie: Er is geen dosisaanpassing nodig bij patiënten met milde nierinsuffi ciëntie
(creatinineklaring 60-90 ml/min). Er is zeer beperkte therapeutische ervaring bij patiënten met matige nierinsuffi ciëntie
(creatinineklaring 30-59 ml/min) en geen therapeutische ervaring bij patiënten met ernstige nierinsuffi ciëntie (creatinineklaring
lager dan 30 ml/min). Victoza kan momenteel niet worden aanbevolen voor gebruik bij patiënten met matige en ernstige
nierinsuffi ciëntie, waaronder patiënten met end stage nierziekte (ESRD). Patiënten met leverfunctiestoornis: De therapeutische
ervaring bij patiënten met alle stadia van leverfunctiestoornissen is momenteel te beperkt om aan te bevelen voor gebruik bij
patiënten met een milde, matige of ernstige leverfunctiestoornis. Pediatrische patiënten: De veiligheid en werkzaamheid van Victoza
bij kinderen en jongeren tot 18 jaar zijn niet vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar Wijze van toediening: Victoza mag niet
intraveneus of intramusculair worden toegediend. Victoza wordt eenmaal daags toegediend op een willekeurig tijdstip, onafhankelijk
van de maaltijden, en kan subcutaan in de buik, de dij of de bovenarm worden geïnjecteerd. De injectieplaats en het tijdstip van de
injectie kunnen zonder aanpassing van de dosis worden gewijzigd. Victoza dient echter bij voorkeur elke dag rond hetzelfde tijdstip
te worden geïnjecteerd, wanneer het meest geschikte tijdstip is gekozen.
Contra-indicaties: Overgevoeligheid voor het werkzame
bestanddeel of voor één van de hulpstoffen.
Bijwerkingen: In 5 grote klinische langetermijnstudies zijn meer dan 2.500 patiënten
behandeld met alleen Victoza of met Victoza in combinatie met metformine, een sulfonylureumderivaat (met of zonder metformine)
of metformine plus rosiglitazon. De meest frequent gerapporteerde bijwerkingen tijdens klinisch onderzoek waren aandoeningen
van het gastro-intestinale systeem: misselijkheid en diarree kwamen zeer vaak voor, terwijl braken, obstipatie, abdominale pijn en
dyspepsie vaak voorkwamen. Bij het begin van de behandeling met Victoza kunnen deze gastro-intestinale bijwerkingen frequenter
voorkomen. Bij voortzetting van de behandeling nemen deze bijwerkingen gewoonlijk binnen enkele dagen of weken af. Hoofdpijn
en rhinofaryngitis kwamen ook vaak voor. Daarnaast kwam hypoglykemie vaak voor, en zeer vaak als Victoza wordt gebruikt in
combinatie met een sulfonylureumderivaat. Ernstige hypoglykemie is voornamelijk waargenomen bij de combinatie met een
sulfonylureumderivaat. Hieronder staan de bijwerkingen die zijn gemeld tijdens fase-3-combinatiestudies met Victoza. Er worden
bijwerkingen vermeld die optraden met een frequentie van > 5% als ze zich vaker voordeden bij met Victoza behandelde patiënten
dan bij patiënten behandeld met een comparator. Tevens zijn de bijwerkingen vermeld die optraden met een frequentie van 2%
als de frequentie meer dan 2 maal zo groot was als de frequentie voor patiënten behandeld met een comparator. Rhinofaryngitis:
vaak (lira+glim, lira+met+rosi), bronchitis: vaak (lira+met+glim), hypoglykemie: zeer vaak (lira+met+glim), vaak (lira+glim,
lira+met+rosi), anorexia: vaak (lira+met, lira+glim, lira+met+glim, lira+met+rosi), verminderde eetlust: vaak (lira+met,
lira+met+rosi), hoofdpijn: zeer vaak (lira+met), vaak (lira+met+glim, lira+met+rosi), duizeligheid: vaak (lira+met), misselijkheid:
zeer vaak (lira+met, lira+met+glim, lira+met+rosi), vaak (lira+glim), diarree: zeer vaak (lira+met, lira+met+glim, lira+met+rosi),
vaak (lira+glim), braken: zeer vaak (lira+met+rosi), vaak (lira+met, lira+glim, lira+met+glim), dyspepsie: vaak (lira+met, lira+glim,
lira+met+glim, lira+met+rosi), buikpijn: vaak (lira+met+glim), obstipatie: vaak (lira+glim, lira+met+glim, lira+met+rosi), gastritis:
vaak (lira+met), winderigheid: vaak (lira+met+rosi), abdominale distensie: vaak (lira+met+rosi), gastro-oesophagale refl uxziekte:
vaak (lira+met+rosi), abdominale klachten: vaak (lira+glim), kiespijn: vaak (lira+met+glim), virale gastro-enteritis: vaak
(lira+met+rosi), vermoeidheid: vaak (lira+met+rosi), pyrexie: vaak (lira+met+rosi), Reacties op de injectieplaats*: vaak (lira+met,
lira+glim, lira+met+rosi), soms (lira+met+glim). lira=liraglutide, met=metformine, glim=glimepiride, rosi=rosiglitazon. Spontane
meldingen (soms)*: malaise, acuut nierfalen, nierinsuffi ciëntie, dehydratatie, urticaria. * Niet in overeenstemming met eerder
genoemde criteria maar wordt toch beschouwd als gemelde bijwerking. In een klinische studie met Victoza als monotherapie trad
hypoglykemie minder op dan bij patiënten die werden behandeld met de actieve comparator (glimepiride). De meest frequent
gerapporteerde bijwerkingen waren maagdarmstelselaandoeningen en infecties en parasitaire aandoeningen. Hypoglykemie: De
meeste episoden van bevestigde hypoglykemie tijdens klinische studies waren mild. Er werden geen episoden van ernstige
hypoglykemie waargenomen in het onderzoek waarin Victoza werd gebruikt als monotherapie. Ernstige hypoglykemie kan soms
voorkomen en is voornamelijk waargenomen als Victoza wordt gecombineerd met een sulfonylureumderivaat (0,02 gevallen/
patiëntjaar). Er werden zeer weinig episoden (0,001 gevallen/patiëntjaar) waargenomen bij de toediening van Victoza in combinatie
met andere orale bloedglucoseverlagende geneesmiddelen dan sulfonylureumderivaten. Gastro-intestinale bijwerkingen: Wanneer
Victoza werd gecombineerd met metformine, maakte 20,7% van de patiënten melding van ten minste één episode van misselijkheid
en maakte 12,6% van de patiënten melding van ten minste één episode van diarree. Wanneer Victoza werd gecombineerd met een
sulfonylureumderivaat, maakte 9,1% van de patiënten melding van ten minste één episode van misselijkheid en maakte 7,9% van
de patiënten melding van ten minste één episode van diarree. De meeste episoden waren mild tot matig van aard en traden
dosisafhankelijk op. Bij voortzetting van de behandeling namen bij de meeste patiënten die in eerste instantie last hadden van
misselijkheid, de frequentie en ernst hiervan af. Patiënten ouder dan 70 jaar ondervinden mogelijk meer gastro-intestinale klachten
bij behandeling met liraglutide. Patiënten met milde nierinsuffi ciëntie ondervinden mogelijk meer gastro-intestinale klachten bij
behandeling met liraglutide. Terugtrekking uit de studies De incidentie van terugtrekking uit de gecontroleerde langetermijnstudies
(26 weken of langer) als gevolg van bijwerkingen was 7,8% voor patiënten behandeld met Victoza en 3,4% voor patiënten behandeld
met de comparator. De meest voorkomende bijwerkingen bij patiënten behandeld met Victoza die leidden tot terugtrekking uit de
studies waren misselijkheid (2,8% van de patiënten) en braken (1,5%). Immunogeniciteit: Overeenkomstig de mogelijk immunogene
eigenschappen van geneesmiddelen op basis van eiwitten en peptiden kunnen patiënten na behandeling met Victoza antilichamen
tegen liraglutide ontwikkelen. Gemiddeld ontwikkelde 8,6% van de patiënten antilichamen. De vorming van antilichamen is niet
geassocieerd met een verminderde werkzaamheid van Victoza. Tijdens alle klinische langetermijnstudies met Victoza zijn enkele
gevallen (0,05%) van angio-oedeem gemeld. Reacties op de injectieplaats: Reacties op de injectieplaats zijn gemeld bij ongeveer
2% van de personen die Victoza kregen in gecontroleerde langetermijnstudies (26 weken of langer). Deze reacties waren doorgaans
mild van aard. Pancreatitis: Tijdens klinische langetermijnstudies met Victoza zijn enkele gevallen (<0,2%) van acute pancreatitis
gemeld. Pancreatitis is ook gemeld na het in de handel brengen. Schildklierbijwerkingen: Het totale aantal schildklierbijwerkingen
in alle middellange en langetermijnstudies is 33,5, 30,0 en 21,7 gevallen per 1000 patiëntjaren bij blootstelling aan liraglutide,
placebo en comparators; respectievelijk 5,4, 2,1 en 1,2 gevallen betreffen ernstige schildklierbijwerkingen. Schildkliertumoren, een
verhoogde calcitoninespiegel en struma waren de meest frequent gerapporteerde schildklierbijwerkingen. Het aantal gevallen per
1000 patiëntjaren bij blootstelling aan liraglutide was 6,8, 10,9, en 5,4 in vergelijking met respectievelijk 6,4, 10,7 en 2,1 bij
blootstelling aan placebo en respectievelijk 2,4, 6,0 en 1,8 bij blootstelling aan de comparator.
Afl everingswijze: medisch
voorschrift.
Houder van de Vergunning voor het in de Handel Brengen (VHB): Novo Nordisk A/S, Denemarken. Nummer van de
VHB: EU/1/09/529/002 (2 voorgevulde pennen). Datum van herziening van de tekst: 05/2012.
Victoza
®
is een merknaam, eigendom van Novo Nordisk A/S, Denemarken
* gebaseerd op metingen zoals de beoordeling met het homeostasemodel
van de bètacelfunctie (HOMA-B) en de pro-insuline/insulineratio (zie SPK)
1. SPK Victoza
®
MEI 2012
Terugbetaald voor type 2 diabetespatiënten onvoldoende gecontroleerd op orale bitherapie (zie RIZIV site)
M
M
é
é
é
r
d
d
a
a
n
n
n
g
g
l
u
c
o
s
s
e
e
v
e
r
l
a
g
g
e
e
n
n
,
Victoza
®
: eerste humane GLP-1 analoog in 1x/dag
·
Signifi cante en duurzame HbA
1c
verlaging
1
·
Duurzame gewichtsafname
1
·
Verlaging van de systolische bloeddruk
1
·
Verbetering van de bètacelfunctie
*
105,80 Af
DIAB/08-2012/306/V1/NL