background image
I
13
Medi-Sfeer
432
26 december 2013
B
elgië is rijk aan `entiteiten'die re-
gelmatig `adviezen' uitbrengen over
wat wel en wat niet moet gebeu-
ren bij gezondheidsproblemen. De Hoge
Gezondheidsraad zet de krijtlijnen uit
voor diagnose en behandeling van ADHD,
het WIV-ISP maakt SOA-statistieken op
en formuleert preventieve maatregelen,
het federaal geneesmiddelenagentschap
vaardigt veranderingen van indicaties of
afleveringsregime uit enz. De informatie
richt zich daarbij tot de patiënten en/of
de zorgverleners.
Naast `algemene' adviezen zijn er ook aan-
bevelingen en richtlijnen voor de klinische
praktijk van de zorgbeoefenaars, bijvoor-
beeld opgesteld door hun wetenschap-
pelijke verenigingen. Doel daarvan is de
zorgkwaliteit te verbeteren.
Het federale Kenniscentrum noteert nu
dat België heel wat `richtlijn-producenten'
telt en dat er dus veel inspanningen wor-
den geleverd. Tegelijk zorgt dit soms voor
tegenstrijdigheden. Volgens een recent
KCE-rapport in opdracht van het Belgisch
centrum voor Evidence-Based Medicine
(Cebam) is dat echter niet de kern van het
probleem. Het zwakke punt is de versprei-
ding van de aanbevelingen en de toepas-
sing ervan in de dagelijkse praktijk.
Niet altijd receptief
Momenteel gebeurt de verspreiding van
richtlijnen vooral via direct mail of via
minder dure elektronische versies. Soms
komen daar conferenties van opinion lea-
ders bij, consensusvergaderingen en/of
het (vertrouwelijke) bezoek van zelfstan-
dige vertegenwoordigers. We kunnen van
softwareprogramma's voor dossierbeheer
verwachten dat ze geleidelijk ook relevan-
te reminders geven.
Maar zelfs al verloopt de verspreiding van
de informatie prima, toch is er volgens het
KCE een opvallend struikelblok namelijk
de matige receptiviteit van de artsen. Zij
verdrinken soms in een zee van informatie
over hetzelfde onderwerp. Af en toe leg-
gen ze de richtlijnen ook gewoon naast
zich neer. Of ze wantrouwen ze. Wellicht
omdat ze ze niet beschouwen als hulpmid-
delen maar als indicatoren die (ooit) kun-
nen worden ontkracht. Het KCE zou het
verstandig vinden artsen hiervoor meer
te sensibiliseren. Vooral dan via universi-
teiten en wetenschappelijke verenigingen
want zij hebben een doorslaggevende rol
in de EBM-cultuur en de toepassing van
aanbevelingen. Tevens moeten de artsen
meer betrokken worden bij het ontwikke-
lingsproces van richtlijnen.
EBMPracticeNet
Op basis van literatuuronderzoek en in-
terviews van protagonisten formuleerde
het KCE enkele mogelijke verbeteringen.
In een op te richten coördinatiegroep voor
de verspreiding van richtlijnen zouden alle
actoren moeten worden samengezet. Die
groep krijgt als taak de bestaande richt-
lijnen te inventariseren en toekomstige
prioriteiten te identificeren. Redactiegroe-
pen zouden voorstellen en strategieën
moeten ontwikkelen voor de verspreiding
via diverse kanalen. Het KCE denkt aan
een databank met daarin alle richtlijnen
met hun bron, validatiestadium en bewijs-
niveau. Die databank zou via een uniek
portaal toegankelijk moeten zijn voor de
zorgverleners en moet uitgerust zijn met
een performante zoekmotor. Dit platform
zou het EBMPracticeNet kunnen zijn dat
gefinancierd wordt door het Riziv en on-
der toezicht staat van CEBAM en dat ove-
rigens nu al een centraliserende rol speelt.
Het KCE beveelt ook aan de richtlijnen in
verschillende versies te verspreiden -poc-
ket, overzichtsfiches, gemakkelijk toepas-
bare modellen maar ook het integrale
document. Bij voorkeur zijn ze in realtime
beschikbaar tijdens het contact met de
patiënt. Het KCE vindt ook dat sommige
hulpmiddelen die nu gebruikt worden
om nationale aanbevelingen op te stel-
len, aangewend kunnen worden voor de
invoering/aanpassing van internationale
richtlijnen. Verder wil het KCE dat alleen
kwalitatief goede richtlijnen worden ver-
spreid, `gelabeld' via een expliciete valida-
tieprocedure.
In zijn besluit wijst het KCE er nog op dat
`reglementaire' interventies (bijvoorbeeld
inzake medische verantwoordelijkheid)
en financiële maatregelen (stimuli voor
de verstrekkers) de houding van zorgbe-
oefenaars ten opzichte van de richtlijnen
kunnen beïnvloeden. Ze hebben dus ook
invloed op de uiteindelijke impact ervan.
Daarom suggereert het KCE om een link
te leggen tussen de terugbetalingsmoda-
liteiten en de inhoud van de richtlijnen.
Johanne Mathy
Referentie
1. Dissemination and Implementation of Clinical
Practice Guidelines in Belgium, KCE Report 212,
2013.
MS8118N
Verspreiding van praktijkrichtlijnen
kan een pak efficiënter
Bereiken aanbevelingen voor een goede praktijk hun doel, de zorg-
verleners, en dus indirect ook de patiënten die er hun voordeel
mee doen? In een recent rapport pleit het federale Kenniscentrum
(KCE) alvast voor een efficiëntere verspreidingsstrategie.
BEROEPSNIEUWS
MS8118BN
V
rijdag 29 november was de be-
kende econoom professor Paul De
Grauwe (London School of Eco-
nomics en voormalig senator voor Open
VLD) te gast op de jaarvergadering van
de Medische kring van het AZ Maria Mid-
delares in Gent. Circa 300 huisartsen en
specialisten en hun partners waren afge-
zakt naar de historische locatie Het Pand
in hartje stad. De Grauwe onderhield de
toehoorders over de "fundamentele con-
structiefouten in het Europese financieel-
economische huis". Tijdens het vragenuur-
tje werd gepolst naar de mening van De
Grauwe over de Belgische vastgoedmarkt.
De professor toonde zich optimistisch.
Volgens hem moeten we niet vrezen voor
Griekse, Spaanse of Ierse toestanden. Fun-
damenteel is onze vastgoedsector gezond.
"De prijzen stijgen, ons banksysteem is
conservatiever en er is in België zeker geen
sprake van een vastgoedzeepbel," aldus de
topeconoom.
Wel erg negatief was De Grauwe over
een recente regeringsmaatregel. Op een
vraag van moderator en VRT-journalist
Ivan De Vadder noemde de voormalige li-
berale senator de belastingverhoging met
150% op de liquidatiebonus van ven-
nootschappen "een ongelooflijke flater".
"Het is niet te begrijpen dat Open VLD de
eigen kiezers zo in de voet schiet", aldus
De Grauwe die eraan toevoegde dat be-
drijfsleiders geen andere keuze rest dan
hun zaak op te doeken. "Zoniet dreigt een
flink verlies", zei hij nog.
Een stijlvol wandelbuffet sloot een
geslaagde avond gastronomisch af.
G.V.
Paul De Grauwe
te gast bij
medische kring AZ Maria Middelares Gent