background image
MS7796N
MEDEDELING VAN DE FIRMA PFIZER
Varenicline is doeltreffend en wordt goed verdragen,
zelfs door kwetsbare patiënten
Naar een interview met dr. Aad Bosmans
1
, door dr. Jean-Yves Hindlet
1. Afdeling Psychiatrie-Tabakologie, AZ Sint-Maria Halle en CHU Brugmann
Rookstop is belangrijk voor de volksgezondheid. Efficiënte hulpmiddelen bij het stoppen met roken die goed worden verdragen, zijn dan ook belangrijk.
De studie die we hier bespreken met dr. Aad Bosmans, toont aan dat varenicline (Champix
®
) doeltreffend is en goed wordt verdragen door patiënten
die een depressie in engere zin vertonen of vertoond hebben. De conclusie is dubbel belangrijk: die populatie rookt immers meer (1) en zou misschien
ook gevoeliger kunnen zijn voor eventuele negatieve effecten van varenicline.
Kwetsbare populaties
onderzoeken
Varenicline (Champix®) is een partiële
nicotinereceptoragonist die geïndiceerd
is bij rookstop. Varenicline werd eerst
onderzocht in de algemene populatie.
Omdat de werkzaamheid en de veilig-
heid echter ook moesten worden onder-
zocht in specifieke populaties, heeft Pfi-
zer studies uitgevoerd bij kwetsbaardere
patiënten zoals patiënten met stabiele
cardiovasculaire aandoeningen, COPD-
patiënten en patiënten met schizofrenie
of schizoaffectieve stoornissen (2-4). De
voorliggende studie werd uitgevoerd bij
patiënten met een majeure depressie of
recente antecedenten van een majeure
depressie. Het studieprotocol werd op-
gesteld in samenwerking met het EMA
om er zeker van te zijn dat alle vragen
betreffende die specifieke populatie zou-
den worden beantwoord.
Werkzaamheid en veiligheid
bij rokers met (een
voorgeschiedenis van)
majeure depressie (5)
De studie werd uitgevoerd bij 525 man-
nen en vrouwen van 18-75 jaar die ge-
motiveerd waren om te stoppen met
roken. De patiënten kregen varenicline
gedurende 12 weken en werden dan
gedurende 40 weken gevolgd. De pa-
tiënten vertoonden een depressieve
stoornis - zonder psychotische symp-
tomen - en waren stabiel onder behan-
deling met antidepressiva of waren de
afgelopen 2 jaar met succes behan-
deld.
De studie toont aan dat het percentage
rookstop na 12 weken behandeling (pri-
mair eindpunt) en het percentage rook-
stop na 52 weken (secundair eindpunt)
hoger waren bij de patiënten die gedu-
rende 12 weken met varenicline waren
behandeld dan in de placebogroep. Het
percentage continue onthouding tijdens
week 9 tot 12 bedroeg 35,9% met
varenicline en 15,6% met de placebo.
Het percentage continue onthouding tij-
dens week 9-52 bedroeg respectievelijk
20,3% en 10,4%.
De frequentste bijwerkingen van vareni-
cline waren nausea (27,0% vs. 10,4%),
hoofdpijn (16,8% vs. 11,2%), abnormale
dromen (11,3% vs. 8,2%), prikkelbaar-
heid (10,9% vs. 8,2%) en insomnia
(10,9% vs. 4,8%).
Er werden verschillende psychiatrische
schalen gebruikt om de impact op de
depressie, de angst en zelfmoordge-
dachten in detail te evalueren. Zelfs bij
de patiënten van die populatie, die toch
als kwetsbaar worden beschouwd,
werd geen verschil in depressie of zelf-
moordgedrag waargenomen tussen de
twee behandelingsgroepen. We vermel-
den daarbij dat er nooit een oorzakelijk
verband kon worden aangetoond tus-
sen varenicline en zelfmoord.
Bijzonderheden en
kwetsbaarheden van
psychiatrische populaties
"In vroegere studies uitgevoerd in de
algemene populatie bleek de veiligheid
van varenicline geruststellend (6). Het
logische vervolg was dan ook vareni
cline te testen bij verschillende psychia
trische populaties, die op meerdere
punten verschillen van de algemene po
pulatie. Psychiatrische aandoeningen
gaan immers gepaard met een hoog
risico op nicotineverslaving (52%, dus
tweemaal zo hoog als in de algemene
bevolking; ongeveer 90% van de pa
tiënten met schizofrenie rookt) (7) en op
zelfmoord. Daarnaast verhoogt intens
roken het risico op zelfmoord (de sero
toninerge functie vermindert dan, wat
de agressiviteit en het dodelijke karakter
van zelfmoordpogingen verhoogt) (8).
En bovendien werd er een verband be
schreven tussen het aantal pogingen
tot rookstop en depressie (dat zou te
wijten zijn aan het daaruit voortvloeien
de gevoel van mislukking) (9)."
Een goed uitgevoerde studie (5)
"Voor deze gerandomiseerde, dubbel
blinde, placebogecontroleerde studie
werd een groot aantal patiënten gere
kruteerd, een homogene, coherente
groep patiënten die een majeure de
pressie hadden of vertoond hadden.
Theoretisch was het niet uitgesloten dat
de rookstop in die groep het risico op
depressie zou kunnen verhogen. Met
psychiatrische schalen werden rele
vante psychiatrische aandoeningen op
gespoord. Voor zover mij bekend, werd
de statistische analyse
lege artis uitge
voerd."
Het belang van de studie
"Rookstop is heel belangrijk voor de
volksgezondheid aangezien roken hoge
humane en financiële kosten met zich
meebrengt. Tegen die achtergrond is
een hulpmiddel bij rookstop dan ook
cruciaal. Meerdere studies hebben aan
getoond dat het percentage rookstop
hoger is met varenicline dan met alter
natieve middelen (10). Daarom moesten
we nog gerustgesteld worden over de
veiligheid van varenicline.
Psychiatrische patiënten krijgen maar
zelden de raad om te stoppen met ro
ken. Daarvoor bestaan meerdere ver
klaringen: vrees voor verergering van de
psychiatrische aandoening, de veron
derstelling dat de patiënten er toch niet
in zullen slagen, of omdat andere proble
men prioritair worden geacht. Psychia
trische patiënten vertonen nochtans een
heel hoog cardiovasculair risico (obesi
tas, metaboolsyndroom, diabetes,...)
(11). Rookstop is de efficiëntste preven
tieve maatregel, meer dan bijvoorbeeld
een controle van de serumlipiden of de
bloeddruk (12)."
Veiligheid (5)
"De verschillende psychiatrische scha
len toonden geen verschil tussen va
renicline en de placebo. Er blijken dus
geen objectieve redenen te zijn om va
renicline te wantrouwen. We mogen de
patiënten en onze collega's dus gerust
stellen in die zin. Zelf heb ik nooit een
geval van zelfmoord gekend onder va
renicline. Ik heb wel al eens de behande
ling veiligheidshalve stopgezet wegens
een verergering van de depressie, om
dat ik niet wist of de verergering toe te
schrijven was aan de rookstop dan wel
aan varenicline.
De frequentste bijwerkingen zijn nausea,
hoofdpijn en slaapstoornissen (abnor
male dromen, inslaapstoornissen,...).
Die eerste twee kunnen gemakkelijk
worden behandeld.
De slaapproblemen vergen meer aan
dacht. Ze kunnen getuigen van een
verergering van de depressie of kunnen
te wijten zijn aan de rookstop of vareni
cline. De therapietrouw van de patiënten
blijkt in elk geval goed te zijn."
Werkzaamheid (5)
"Na 52 weken bedroeg het percen
tage rookstop 20,3% met varenicline
en 10,4% met de placebo. Deze cijfers
zijn vergelijkbaar met wat doorgaans in
de algemene populatie wordt waarge
nomen, hoewel het toch ging om een
`moeilijke' populatie, waarin het slaag
percentage lager is. Depressieve pa
tiënten vertonen immers meer ontwen
ningssymptomen, wat een negatieve
invloed heeft op het slaagpercentage
(13)."
Bij wie varenicline
gebruiken?
"Varenicline vermindert de ontwennings
symptomen en de
craving (de onbedwing
bare zin om te roken). Varenicline heeft
echter maar zin als de patiënt gemotiveerd
is. Motivatie is een
conditio sine qua non
voor een geslaagde rookstop (14).
Dr. Aad Bosmans
De auteurs besluiten dat een behandeling met varenicline
bij rokers met (een voorgeschiedenis van) een majeure
depressie:
·
de kansen op rookstop na 12 weken behandeling
significant verhoogt in vergelijking met de placebo;
·
de kansen op blijvende rookstop na 1 jaar ook significant
verhoogt;
·
goed wordt verdragen en geen invloed heeft op de
psychiatrische aandoening van de patiënt.
De Specialist
13-21
26 december 2013
www.despecialist.eu
JSC058N.indd 1
17/12/13 16:11