beleid voor beroepsonderwijs. EQAVET is de afkorting voor het Europees referentiekader voor kwaliteitsborging in het beroepsonderwijs- en opleiding. EQAVET is ontwikkeld om de kwaliteit in het beroepsonderwijs te bevorderen en ondersteunt individuele lidstaten bij het promoten en monitoren van constante kwaliteitsverbetering van het beroepsonderwijs, op zowel stelsel- als instellingsniveau. EQAVET is een belangrijk onderdeel van het Europees beroepsonderwijsbeleid en is complementair aan initiatieven als EQF en ECVET. Binnen het Leonardo da Vinci- en het Grundtvigprogramma is er een groot aantal projecten gefinancierd met als thema kwaliteitszorg. Deze thematische groep richt zich op het verbinden van deze projecten en het verspreiden van de projectresultaten. OeAD-GmbH van Oostenrijk. Nederland is één van de veertien deelnemende landen. De activiteiten van het thematisch netwerk zijn met een eindconferentie in november 2012 afgerond. van 117 projecten uit het Leonardo da Vinci en het Grundtvig programma. Projecten die een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van kwaliteitsborging in het beroepsonderwijs, -opleiding en volwasseneneducatie. Er is gekeken hoe ze zich verhouden tot het Europese referentiekader voor kwaliteitsborging (EQAVET) en wat de resultaten zijn. Van deze projecten zijn 39 projecten geselecteerd als best practices. experts kennis van de projectresultaten en gingen met elkaar in gesprek over kwaliteits- zorg in het onderwijs. en volwasseneneducatie zoals beleidsmakers, sociale partners, stakeholders, projectleider, Nationale Agentschappen en de Europese Commissie. Met de deelnemers werd gediscussieerd over de voorwaarden voor succesvolle zelfevaluatie, hoe deze kan leiden tot verbetering, wat zijn geschikte tools en hoe deze de ontwikkeling van een kwaliteitscultuur kan ondersteunen. De deelnemers werden geďnformeerd over de Europese trends op het gebied van kwaliteitsborging in beroepsonderwijs en -opleiding en volwasseneneducatie. Diverse Nederlandse deelnemers namen kennis van de QALLL projectresultaten en bespraken gezamenlijk wat de toegevoegde waarde van deze resultaten in Nederland is. |