ontstaan uit een fusie van CINOP Expertisecentrum en het Max Goote Kenniscentrum. Zoals bij de oprichting is vastgelegd, is de organisatie in 2011 geëvalueerd om te bepalen of ecbo de oorspronkelijke doelstellingen realiseert. Klik hier voor het rapport van de nemers aan activiteiten en ontvangers van publicaties en nieuwsbrieven gevraagd hoe ze ecbo en de producten en diensten waarderen en welke suggesties ze hebben voor de verdere ontwikkeling van het expertisecentrum. het expertisecentrum doet. Professionals in de sector werken samen met ecbo vanwege de aanwezige kennis en exper- tise. Sterke punten van ecbo zijn volgens ruim 80%: de deskundigheid en het werken aan vragen uit de praktijk. De producten en diensten zijn bruikbaar, toegankelijk en inhoudelijk van goede kwaliteit. Hiermee heeft ecbo toege- voegde waarde voor de kennisinfrastructuur van de bve- sector. Het valt op dat de suggesties vooral aanmoedigend zijn: ecbo mag zich duidelijker profileren als onafhankelijk, als netwerkpartner en denktank. Verder mag ecbo zich nog meer richten op de praktijk van de bve-sector en op de samenwerking met partners. de ontwikkelsuggesties voor de komende meerjarenpro- grammering. In de eigen organisatie brengt ecbo meer thematische focus aan. Ecbo wil daarbij nog meer praktijk- gericht te werk gaan en een zichtbare, verbindende rol vervullen in de bve-kennisinfrastructuur. Ecbo verbindt zich daarom met sleutelpersonen in de bve-sector, zoals nu gebeurt via de Kenniskring Innovatiemanagers en het verspreidt wetenschappelijke en praktijkgerichte kennis die relevant is voor de sector beroepsonderwijs, volwasseneneducatie en de samen- leving. Daarvoor benut het expertisecentrum verschillende vormen: van drukwerk en websites tot lezingen, werkbezoeken en vormen van debat. Internationale contacten en bijzondere leerstoelen helpen het niveau van het onderwijs- systeem scherp te houden. |