![]() geen pijn, geen anesthesie en een minder invasieve procedure. De klinische gegevens betreffende stereotactische radiotherapie zijn evenwel afkomstig van niet-gerando- miseerde fase I/II-studies. Het is bovendien moeilijk om deze studies onderling te verge- lijken door de verschillen in selectiecriteria en fractionering. het percentage controle na 1 jaar 70-100% (5). De tweejaarsoverleving bedraagt 84% (6) en 39% (7). Die spreiding is waarschijn- lijk toe te schrijven aan verschillen in het profiel van de onderzochte patiënten. De mediane overleving schommelt tussen 11,3 maanden (8) et 42,8 maanden. Die resulta- ten werden behaald bij zeer geselecteerde patiënten, die merendeels één enkele long- nodulus hadden (9). Het percentage graad 3-toxiciteit is lager dan 3-4%. met oligometastasen in de lever komt in aanmerking voor een chirurgische resectie. Bij geselecteerde patiënten met een beperkt aantal metastasen die niet kunnen worden geopereerd, kunnen verschillende andere ablatieve technieken worden toegepast, zoals radiofrequentieablatie, transarteriële chemo-embolisatie en percutane injectie van ethanol. De lever is erg gevoelig voor röntgenstralen en daarom is stereotactische radiotherapie van het lichaam met kleine fracties geïndiceerd. Dat resulteert in een bevredigende controle van de tumor (57- 100%) zonder belangrijke toxiciteit (5). De follow-up in die studies is echter nog beperkt. rapie bij oligometastasen van de wervels Chao et al. hebben aangetoond dat de tijd die verloopt sinds het stellen van de diagno- se van de primaire tumor en de Karnofsky- index belangrijk is (10). De mediane totale overleving was 21,2 maanden als er meer dan 30 maanden waren verlopen sinds het stellen van de diagnose en bij patiënten met een Karnofsky-index van meer dan 70. De mediane totale overleving bedroeg maar 8,7 maanden als er meer dan 30 maan- den waren verlopen bij patiënten met een Karnofsky-index gelijk aan of lager dan 70, of als er 30 maanden of minder waren verlopen bij patiënten jonger dan 70 jaar. Bij patiënten van 70 jaar of ouder waarbij de tijd tussen het stellen van de diagnose van de primaire tumor en het optreden van oligometastasen 30 maanden of minder bedroeg, was de mediane totale overleving 2,4 maanden. Ook het aantal metastasen speelt een rol (11). De literatuurgegevens over stereotactische radiotherapie bij oligometastasen van de bijnieren zijn zeer beperkt. er blijven toch nog meerdere vragen onbe- antwoord, zoals: welke patiënten vinden baat bij stereotactische radiotherapie? Wat is de beste dosis en wat is het beste frac- tioneringsschema? een verschil bestaat tussen oligometasta- sen en het stadium met veel metastasen. Beide entiteiten gaan gepaard met speci- fieke micro-RNA's (12). studies om stereotactische radiotherapie bij extracraniale oligometastasen te eva- lueren. Zo is er de SABR-COMET-studie, een gerandomiseerde fase II-studie waarin daardbehandeling wordt vergeleken met de standaardbehandeling bij patiënten met 5 metastasen of minder (13). De patiën- ten worden gestratificeerd naargelang het aantal metastasen (1-3 of 4-5). De SABR- COMET-studie onderzoekt het effect van stereotactische radiotherapie op de totale overleving en de levenskwaliteit. land) zegt dat bij de indicatie voor chirurgie bij oligometastasen rekening moet worden gehouden met meerdere factoren: reseceer- baarheid, controle van de primaire tumor, beperkt aantal metastasen, ligging, moge- lijkheid tot een andere, in opzet curatieve optie, risico's van de ingreep... (14). van 76 patiënten bij wie een resectie werd uitgevoerd van longmetastasen van een niet-kleincellige longkanker (15). Achttien patiënten vertoonden synchrone metasta- sen in dezelfde lob en bij deze patiënten werd doorgaans een lobectomie uitgevoerd. Zestien patiënten vertoonden synchrone metastasen in een andere lob. Bij 42 pati- enten met een recidief werd 49 keer een metastasectomie uitgevoerd. het percentage ziektevrije overleving na 5 jaar was 41,3% bij patiënten met synchrone metastasen in dezelfde lob (Figuur 1a). De mediane ziektevrije overleving in die groep was 39,1 maanden. Bij synchrone metastasen in een andere lob was de totale overleving na 5 jaar nog maar 30,7% terwijl de recidiefvrije over- leving 12,5% bedroeg. De mediane totale overleving was 37,7 maanden (Figuur 1b). |