![]() gekenmerkt door de opstapeling van vet- ten in de hepatocyten. De diagnose is een mogelijkheid na uitsluiting van een secun- daire oorzaak: alcohol, geneesmiddelen, toxische stoffen, virussen... Op histolo- gisch vlak moet een onderscheid worden gemaakt tussen gewone steatose (NAFLD, nonalcoholic fatty liver disease), een inerte ziekte, en niet-alcoholische steatohepatitis (NASH, nonalcoholic steato-hepatitis), een progressieve aandoening die kan evolueren naar steatose en terminale leverziekte. steatohepatitis de opstapeling van lipidenvacuoles in de levercellen. Het kan gepaard gaan met de aanwezigheid van glycogeeninsluitsels in de kernen, wat wijst op hyperglykemie en insulineresistentie. als daar drie factoren bijkomen. De eerste factor: tekens van hepatocellulaire aantas- ting, gekenmerkt door ballooning van de hepatocyten, die opgezwollen en disfunc- tioneel zijn. Deze toestand kan geassocieerd zijn met tekens van necrose en apoptose. Het tweede pathognomonische element van niet-alcoholische steatohepatitis op histologisch vlak is ontsteking, het derde pericellulaire fibrose. steatose naar steatohepatitis zijn nog niet helemaal opgehelderd. vorm van de ziekte en vertegenwoordigt 75% van de gevallen. Evolutieve of termi- nale vormen worden vastgesteld bij 10 tot 25% van de patiënten. tose (NAFLD) in de algemene bevolking 20%. Bij personen met zware obesitas kan ze echter oplopen tot 80%. De entiteit is de meest frequente oorzaak van een verhoging van de transaminasen. manifestatie van het metaboolsyndroom wisseling van koolhydraten en vetten. Het is ook de eerste plaats waar voedingsstoffen en bacteriële of neuro-endocriene factoren passeren. Er is steeds meer bewijs voor het concept dat steatohepatitis een cardiovas- culaire risicofactor is. De lever zou overigens actief kunnen bijdragen aan de ontluiking van het metaboolsyndroom, zonder er uit- sluitend de weerspiegeling van te zijn. verband bestaat tussen de Body Mass In- dex en de verminderde gevoeligheid voor insuline. Ook blijkt dat er grote interindi- viduele verschillen in dat verband bestaan (Figuur 1) (1). Sommigen zijn van mening dat de aanwezigheid van vet in de lever de kanbijdragenaandepathogenievandiabetestype2. naarsteatohepatitis.Ookdeinsulinegevoeligheidenhetcardiovasculaire risicomoetenwordengeëvalueerd. |